KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
I997-XXIII-2
Ook al had Vitruvius vooral de architectonische ruimte
voor ogen, zijn oorspronkelijke driedeling lijkt toch heel
goed hanteerbaar als we het hebben over het gebruik van
die ruimte. Venustas vertaalt zieh dan in diversiteit, utillitas
in een begrip als intensiteit en firmitas zien we terug in de
term continu'iteit.
Bij continu'iteit beseffen we dat de ruimte om ons heen het
historisch archief is waarin ligt opgeslagen hoe we in het
verleden met die ruimte zijn omgesprongen. Overal zijn
sporen te vinden van onze voorouders en van de oorsprong
van onze cultuur. Hoewel het landschap verändert in de
tijd, heefit het toch ook een eigen identiteit (vergelijk rivie-
renlandschap met coulissenlandschap).
Bij intensiteit willen we erachter komen hoe intensief de
ruimte gebruikt wordt. Verkwisten we geen ruimte door
deze slechts een paar uur per dag te gebruiken? Of gebrui-
ken we bepaalde stukken juist te intensief, zodat er in de
toekomst niets van overblijft?
Divers ruimtegebruik betekent dat er een keuze is. Hoe
meer funeties de ruimte heeft, des te meer keuzemogelijk-
heden er zijn voor de gebruikers, nu en in de toekomst.
Tabel 1. Mogelijke
Aan de hand van deze driedeling is een reeks onderwerpen onderwerpen 'duur-
verzameld die mogelijk het 'duurzaam ruimtegebruik' in zaam ruimtege-
beeld kan brengen (zie tabel 1). brüik'.
Thema
Onderwerp
Diversiteit Eigendomsverhoudingen, multilunctionele gebouwen, funetio-
neel gebruik van de ruimte, aantal funeties per hectare, natuur
op landbouwbedrijven, recreatie in bossen, waterwinning in na
tuur- en landbouwgebieden
Intensiteit Aantal bewoners per hectare, activiteitendichtheid, inrichtings-
dichtheid, grondprijzen, investeringen per hectare, vastgoedprijs
per regio, energiegebruik per regio, leegstandcijfers, autokilome-
ters per wegvak
Continu'iteit Ontwikkeling infrastruetuur (weg, water, spoor), historische
binnensteden, ontwikkeling kustlijn, verkavelingen, ontginnin-
gen, ongestoorde natuurgebieden, industriele monumenten
Tegelijkertijd dringt het besef op dat het niet mogelijk is al
die verzamelde onderwerpen in een poster te verwerken.
Ook zijn er niet van alle onderwerpen gegevens beschik-
baar. Als dan ook nog blijkt dat vanwege de tijdsplanning
van het boek het niet mogelijk is extra onderzoek te doen,
dan wordt selectie op het beschikbaar zijn van gegevens een Tabel2. Geselec-
voor de hand liggend criterium. Een aantal uitwerkingen teerde uitwerkin-
wordt geselecteerd (zie tabel 2). gen.
Thema Uitwerking
Diversiteit Bodemgebruik, bodemfuneties, aantal gebruiksfuneties per 25 ha.
Intensiteit Woondichtheid, werkdichtheid, verkeersintensiteit
Continu'iteit Morfologie van land en water, ontginningen en verkavelingen
(percelering)
Deze uitwerkingen leveren in eerste aanzet bruikbare legen-
da-eenheden op. Nu we weten wat we in beeld willen bren
gen, rieht de aandacht zieh vervolgens al snel op de vraag
hoe we het een en ander willen verbeeiden: we komen op
het terrein van de vormgeving en de produetie. Aangezien
de vormgeving een belangrijk deel van
het productieproces is volgt daar eerst
iets over. Vervolgens wordt ingegaan
op de rest van de produetie.
Vormgeving
Er zijn nu drie thema's die elk een ver
schallend aspect van het hoofdthema
duurzaam ruimtegebruik uitwerken.
De poster bestaat dus in elk geval uit
drie beeldreeksen, maar men is het er
over eens dat de poster eigenlijk ook
een grote kaart met een integraal beeld
als blikvanger moet hebben. Dat bete
kent dat het niet een enkelzijdige,
maar een dubbelzijdige poster gaat
worden: een kant met de 'blikvanger'
en een kant met de thema-uitwerkin-
gen. Het spreekt voor zieh dat de pos
ter full-color moet worden uitgevoerd
en qua formaat moeten we rekening
houden met Ruimtelijke Verkennin
gen, omdat de poster achter in het
boek moet worden gevouwen. We
komen dan uit op 350 x 515 mm; dit is
twee maal de breedte en twee maal de
hoogte van het boek. De thema's di
versiteit, intensiteit en continu'iteit,
krijgen elk eenderde van het poster-
blad tot hun beschikking. Per thema
wordt er een grotere kaart gemaakt en
drie kleinere kaartjes. Verder is er maar
beperkte ruimte beschikbaar voor toe-
lichtende tekst, want het is de bedoe-
ling dat de beeiden voor zichzelf spre-
ken (zie figuur 2). Kartografisch gezien
zijn de kleuren zo logisch mogelijk ge-
kozen (wonen rood, werken paars,
water blauw) zodat de legenda eerder
een bevestiging van een vermoeden
wordt dan een eye-opener. Met name
bij diversiteit en intensiteit gaat het er
om een globale indruk te geven en niet
om precies een getal af te kunnen
lezen aan een bepaalde tint. Daarom is
de legenda voorgesteld als een traploze
schaal en niet als een classificatie.
Verbindingen
Het is belangrijk dat er eenheid bestaat
tussen de drie thema-uitwerkingen on-
derling en daarnaast tussen de voor- en
achterkant van de poster. Bij de
thema-uitwerkingen zijn deze verbin-
dingen gelegd door voor alle drie de-
zelfde opzet te kiezen: drie kleine
beeldjes plus tekst die samen de vierde,
grotere kaart verklaren. Door per
thema een kleur te kiezen, zoals bij-
voorbeeld groen voor continu'iteit,
wordt binnen dat thema de samen
hang versterkt. De samenhang verster-
22