tere aantal kaarten in de media het on-
derzoek op dit gebied in de vs nog
maar van beperkte omvang is. Zij
voerde hiervoor een drietal mogelijke
redenen aan:
Er is sprake van een algemene ver-
schuiving binnen het kartografisch
onderzoek in de vs van aandacht
voor het product (de kaart) naar aan
dacht voor de technologie voor het
maken van kaarten.
Het soort onderzoek dat nodig is,
vooral onder de gebruikers, is relatief
moeilijk uit te voeren.
Kartografen zijn bang dat de uitkom-
sten van hun onderzoek geen effect
zullen hebben op de journalistieke
kartografie. Belangrijk is hier dat in-
formatie wordt uitgewisseld met de
grafici die de kaarten daadwerkelijk
maken, en het onderwijzen van kar-
tografische principes.
Behalve de onderzoeken van Griffin en
Stevenson in 1992 en 1994 naar het ef
fect van een kaart bij een nieuwsbe-
richt op het begrip bij de lezers kent
Gilmartin geen voorbeelden van on
derzoek op dit gebied waarbij een
puur wetenschappelijke benadering
werd gehanteerd. Wel is sprake van
een vrij groot aantal 'evaluaties' van
kaarten in de krant en op televisie,
vooral tijdens en na de Golfoorlog.
De grootste bijdrage in Amerika komt
ongetwijfeld van Mark Monmonier. In
zijn boek Maps with the News [1989]
behandelde hij uitvoerig alle aspecten
van kaarten voor de massamedia,
waarbij de nadruk ligt op de invloed
van de moderne technologie en de in-
frastructuur van de 'news industry' op
de ontwikkeling van dit kaartgenre.
Canada
Het verslag van Majella Gauthier be-
gon met een körte terugblik op het
verleden, waarbij werd stilgestaan bij
de conferentie van de Canadian Carto-
graphic Association in 1986 te Vancou-
ver, waar van gedachten werd gewis-
seld over kaarten in de massamedia
door academici en ontwerpers. Hieruit
kwam een eerste publicatie voort
[Gauthier, 1986]. Heiaas heeft de con
ferentie niet geresulteerd in de beoog-
de toename van het onderzoek op dit
gebied. Wel is een afstudeeronderzoek
bekend van Brousseau [1988] m.b.t.
kaarten in vijf Frans-Canadese kran-
ten. De belangrijkste conclusie is dat
er (zoals wel vaker wordt gehoord) een
gebrek aan kartografische kennis be-
stond bij de ontwerpers.
Vervolgens werd ingegaan op het on-
derwijs aan de Universiteit van Que
bec te Chicoutimi. Het maken van een
kaart in journalistieke stijl is een ver-
plicht onderdeel van het geografie-pro-
gramma, en de beste producten din
gen mee naar een geldprijs in een wed-
strijd die georganiseerd wordt door de
Canadian Cartographic Association.
Hierbij moet wel opgemerkt worden
dat alleen Studenten geo-/kartografie
deze oefening meemaken; helaas komt
het merendeel van de ontwerpers van
journalistieke kaarten nog steeds uit
andere disciplines, zoals grafisch ont-
werp en journalistiek.
Tenslotte werden de Canadese massa
media in detail behandeld. De hoofd-
redacteur van de krant Globe and Mail
benadrukte in 1996 in een artikel van
eigen hand het belang van goede kaar
ten bij het nieuws in de krant, terwijl
Le Soleil in 1994 bij de vervanging van
drukpersen de mogelijkheid aangreep
om een nieuwe, duidelijke huisstijl
voor kaarten en infographics in te voe
ren, die 00k goed aansloeg bij het pu-
bliek. Canadian Geographie Magazine
maakt als enig tijdschrift in Canada
gebruik van de kennis van een karto-
graaf. Radio-Canada, een TV-station, is
op kaartgebied geheel onafhankelijk
van persdiensten, en hanteert voor elk
programma een andere, passende huis
stijl. Daarnaast werkt op dit moment
de Universiteit van Quebec aan een
Atlas du Quebec voor het Internet met
als voornaamste doel het verduidelij-
ken van de sociaal-ruimtelijke trends
binnen de provincie.
Voor de toekomst hoopt Gauthier op
het dichten van de kloof tussen karto
grafie en journalistiek/infografiek, waar-
van beide zij den zouden kunnen pro
fiteren.
Verenigd Koninkrijk
Peter Vujakovic gaf in zijn paper een
nieuwe richting aan het kartografisch
onderzoek in het Verenigd Koninkrijk
op het gebied van kaarten in de massa
media - door aandacht te besteden aan
de funetie die deze kaarten vervullen
in de ontwikkeling van het wereld-
beeld van de lezers. De term 'Geopoli-
tiek' mag hierbij opnieuw gebruikt
worden. Momenteel wordt het (weini
ge) onderzoek gedomineerd door stu-
dies op het gebied van ontwerp en
produetie. Hierbij werd kort aandacht
besteed aan het werk van o.a Perkins
en Parry [1996] en Balchins Media
Map Watch [1985].
Vujakovic benadrukte dat voor veel
mensen kaarten in de media nog
steeds de belangrijkste, zo niet de eni-
ge bron van geografische informatie
vormen, op grond waarvan hun we-
reldbeeld wordt gevormd. Bovendien
zijn het vaak juist de geopolitieke
kwesties, die in de media worden ge-
i'llustreerd met een kaart. Hij is van
mening dat de 'gevestigde orde' haar
ideologie via elke vorm van communi-
catie overdraagt, dus 00k haar wereld-
beeld via de kaarten bij het nieuws. Als
voorbeeld dient de manier waarop Eu
ropa in de media wordt afgebeeld. De
rol die oude 'mythen' hierbij speien
moet niet onderschat worden. Een
hiervan ziet West-Europa als de stabie-
le kern van het continent ('fort Euro
pa'), een bastion tegen invloeden van
buitenaf. Ten oosten en zuidoosten
hiervan ligt de instabiele 'randzone'
(een mythe die weer versterkt wordt
door recente gebeurtenissen op de Bal
kan). Op kaarten zien we dit terug in
een voorstelling met het westen van
Europa in rüstig groen, terwijl de con-
flictgebieden in het oosten bezaaid zijn
met alarmerende vuren en afbeeldin-
gen van oorlogsmaterieel.
Een andere 'mythe' is het Europa van
de regio's, dat als oplossing wordt aan-
gedragen voor de (ethnische) Proble
men van de conflictgebieden. Ook dit
wordt sprekend uitgebeeld in een veel-
kleurige kaart die eruit ziet als een vre-
dige lappendeken.
Aan beide beeiden van Europa ligt
echter hetzelfde (westerse) gedachte-
goed ten grondslag, dat tot uiting
komt in de eensgezindheid waarmee
aan de voormalige oostbloklanden een
westers model wordt opgedrongen.
Dit kan bekritiseerd worden als een
mythe van het 'opschuiven' van de
grens van het kapitalisme, gebaseerd
op de overtuiging dat de Sovjetunie is
ineengestort dankzij de superioriteit
van westerse idealen zoals demoeratie
en vrije markt. Hierin ligt een aankno-
pingspunt voor toekomstig onderzoek
naar het gebruik van visuele metaforen
en mythevorming.
Nederland
Over de stand van zaken op het gebied
van onderzoek in ons land werd ver
slag gedaan door Willem Wijnen in
'The Netherlands - 20 years of re-
search in newspaper maps'. Na een
kort overzicht van wat op internatio-
naal niveau de Stromingen zijn werd
verder ingegaan op de ontwikkelingen
in Nederland vanaf 1976. In dat jaar
werden door de Nederlandse Vereni-
ging voor Kartografie de jaarlijkse stu-
diedagen gewijd aan kaarten voor de
massamedia. Hier werd de basis gelegd
voor later onderzoek op dat gebied.
31
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
1998-xxiv-i