Behalve de mijlpaal van het gedigitali-
seerd hebben van de topografische be
standen is er nog een andere mijlpaal
gepasseerd: we zijn het verschil tussen
topografische en thematische kaarten
nu kwijt: topografische kaarten waren
kaarten vol informatie, moeilijk lees-
baar omdat ze voor veel verschillende
soorten van gebruik de benodigde gege-
vens moesten kunnen bieden. Doordat
er nu topografische bestanden beschik-
baar zijn is de noodzaak al die gegevens
tegelijk in de kaart op te nemen verval
len: men kan volstaan met uit het be
stand dätgene te selecteren dat men ook
werkelijk voor een bepaalde toepassing
nodig heeft; de topografische kaart kan
men op die manier customizen. En
bovendien kan men de objectcatego-
rieen die men voor weergave selecteert,
visualiseren op de wijze die men zelf
wil. En men kan de bestanden generali-
seren zoals men dat wil zie ook de bij-
dragen van Jongeneel en Bakker).
We zijn blij dat dit nummer ook bij-
dragen biedt over het gebruik van to
pografische bestanden (Heuvelmans,
Bregt Van Raamsdonk). We hadden
daar graag nog meer voorbeelden van
gehad, en we hopen dat dat binnen
kort alsnog wordt gerealiseerd. Er zul-
len als maar meer instellingen en dien-
sten komen die, zoals de Dienst Lan-
delijk Gebied of DLO-Staring Cen
trum, de topografische bestanden 'ka-
merbreed' aanschaffen zodat iedere
werknemer er op zijn Computer over
beschikken kan.
Het hele scala van activiteiten rond de
topografische bestanden is daarmee in
dit nummer aan de orde gekomen; we
zijn blij met dit op initiatief van de
Topografische Dienst geleverde over-
zicht, en feliciteren haar graag met de
voltooiing van de digitale bestanden.
Omdat dit nummer niet in zijn geheel
in füll color gedrukt kon worden heb-
1998-XXIV-2
ben we de volgorde van de artikelen
moeten veranderen, waardoor deze
niet meer helemaal logisch is. Dat is
ook de reden dat de figuren in kleur
soms op een andere plaats staan dan
waar u ze zou verwachten.
We maken van de gelegenheid gebruik
om een tijdelijke functiewissel binnen
de redactie te melden. Connie Blok zal
de körnende tijd minder gelegenheid
hebben voor het redactionele werk dan
ze wel zou wensen, en Ferjan Ormeling
neemt gedurende die tijd het voorzitter-
schap weer van haar over, om haar taak
iets te verlichten. Ze blijft overigens ge-
woon deel uitmaken van het team.
de redactie
IN MEMORIAM
Andre Verroen 1934-1998
Op 29 maart 1998 overleed Andre Ver
roen, als gevolg van een hersenbloe-
ding ontstaan tijdens opgravingen van
de Archeologische Kring in Breukelen.
Het tekent het enthousiasme en de on-
gelooflijk brede belangstelling van
Andre. Tijdens de begrafenisdienst
bleek dat de kartografie waar hij zoveel
aan bijdroeg eigenlijk maar een klein
deel van zijn activiteiten betrof: naast
zijn centrale rol in het gezin was Andre
actief in de historische kring, de ar
cheologische kring van Breukelen, de
parochie (hij had ter gelegenheid van
het 200-jarig bestaan daarvan net een
historische beschrijving van de kerk
geproduceerd inclusief illustraties), en
maakte hij fietsroutebeschrijvingen.
Daarnaast had ook de kartografie zijn
hart: Andre is vanaf 1958 - dus 40 jaar
lang - een belangrijke steunpilaar ge-
weest van de Nederlandse Vereniging
voor Kartografie. Hij vond dat sociaal
en maatschappelijk engagement iets
normaals: wanneer je de talenten had
om ergens aan bij te dragen dan had je
daar ook de verplichting toe. Binnen
de Nederlandse Vereniging voor Kar
tografie heeft hij vooral de belangen
van de praktische kartografen behar-
tigd. Met Aart Karssen en Albert Ras
richtte hij een tijdschrift voor ze op,
het Kaartbulletin, dat tot 1975 bestond
als voorloper van dit Kartografisch
Tijdschrift, waarna hij ook de redactie
hiervan mede Voerde, tot 1976, toen
hij zieh ervan verzekerd had dat de be
langen van alle kartografen er goed in
behartigd werden.
Daarnaast was hij de ziel of de motor
achter de opleiding voor praktisch kar
tografen waarmee ze hun beroepsuit-
oefening op een hoger niveau konden
brengen, eerst bij pbna, later bij de
OGCU. Andre was de cursus-vraagbaak,
hoofd van de begeleidingscommissie
en examinator en tevens degene die er-
voor zorgde dat de nieuw gediplo-
meerden in kartografische kring be-
kend werden gemaakt.
Dat was allemaal vrijetijdswerk. Daar
naast had hij zijn baan, en door zijn
vak heeft hij jarenlang het gezicht van
de Amsterdamse kartografie bepaald.
De speeifieke stijl en kwaliteit daarvan,
daar stond hij voor. Door zieh met die
stijl en kwaliteit te vereenzelvigen heeft
hij het moeilijk gehad met de komst
van de Computer. We kregen het idee
dat hij daar net vrede mee had geslo-
ten - sedert kort gebruikte hij immers
ook in de communicatie met ons de e-
mail van zijn zoon, en profiteerde zo
ook van de plezieriger aspecten van de
Computer.
Andre was een heer, en wenste ook als
zodanig benaderd te worden - en we
denken dat hij ook daarmee het eigen
beeld van de kartografen zeer positief
heeft be'invloed. We hebben langdurig
van de inzet, werkkracht en wijsheid
van Andre mögen profiteren. We zijn
dankbaar voor het vele dat hij voor zijn
collega's heeft gedaan, en wensen zijn
gezin veel sterkte toe bij dit verlies.
F.J. Ormeling
4