6
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
I998-XXIV-2
De Vector Product Format (vpf) implementatie van DIGEST
Annex C (facc) wordt gebruikt als digitaal opslagformaat
Het Vector Product Format (vpf), afgeleid van digest An
nex C en ontwikkeld in opdracht van de National Imagery
and Mapping Agency (nima) in de Verenigde Staten, is het
digitale opslagmodel van het VMap level 1 product. De ge-
gevens worden opgeslagen conform de Military Standard
Vector Product Format 240-y (vpf Mil-Std). Dit document
beschrijft in detail het standaardformaat, de structuur en de
organisatie van geografische gegevensbestanden, gebaseerd
op het VPF-gegevensmodel. Tabel 1 geeft een greep uit het
aantal vPF-producten.
Tabel 1. Een aantal
VPF-producten.
Alle VPF-producten kennen een identieke opbouw van de
opgeslagen informatie. Bovenaan in de hierarchie Staat het
gegevensbestand (bijv. eurnasia). Het gegevensbestand is
verdeeld over een aantal 'libraries', opgeslagen op een cd-
rom. Elke library is weer verdeeld in 'coverages' (themati
sche lagen). Aangezien VMap gebruikt wordt voor uiteen-
lopende doeleinden binnen de militaire wereld is gekozen
voor een breed scala aan onderwerpen.
De volgende thematische lagen worden onderscheiden:
1. grenzen ('boundaries'); 2. hoogten ('elevation'); 3. hydro-
grafie ('hydrography'); 4. fysiografie ('physiography'); 5- be-
volking ('population'); 6. transport ('transportation'); 7.
voorzieningen ('utilities'); 8. vegetatie (Vegetation'); 9. gege-
venskwaliteit ('data quality')
Tenslotte kent elke laag vijf elementklassen ('feature clas-
ses'), namelijk punten, knooppunten, lijnen, vlakken en
teksten. Figuur 1 geeft een overzicht van de hierarchische
opbouw van een VPF-product.
Een belangrijk kenmerk van een VPF-product is dat er ver-
plicht topologische relaties onderhouden worden tussen
'features' (eenheden) binnen een thematische laag, maar
niet tussen de lagen. Er is dus slechts sprake van horizontale
topologie. Tussen wegen en rivieren, opgeslagen op verschil-
lende lagen, bestaan dan 00k geen topologische relaties.
De Digital Geographie Information Exchange Standard (di
gest) is een omvangrijke verzameling van standaarden, ont-
worpen door de Digital Geographie Information Working
Group (dgiwg), een militaire werkgroep gevormd uit
NAVO-landen, met als doel de uitwisseling van raster- en
vectorgegevens tussen producenten onderling en gebruikers
te regelen. Deel 4 van digest is de Feature and Attribute
Coding Catalogue (facc). Deze lijst omvat naast coderingen
voor een uitgebreide verzameling aan geografische eenhe
den, de definitie van deze eenheden en de daarbij behoren-
de attributen, 00k een vertaling van de eenheden in de taal
van verschillende landen binnen de navo, waaronder het
Product
Schaal
VMap level 0 (Digital Chart of the World)
1:1.000.000
VMap level 1
1:250.000
VMap level 2
1:50.000
Urban VMap
1:12.500
Digital Nautical Chart (dnc)
Digital Topographie Data (dtop)
World Vector Shorelines (wvs)
Figuur 1. vpf-
struetuur met een
voorbeeld van de
implementatie
daarvan in VMap
level 1.
Nederlands. In VMap level 1 worden
dementen geclassificeerd volgens de
eisen gesteld in digest/facc.
Het beschikbaar stellen van het pro
duct aan de defensie-organisaties van
de coproducerende en partieiperende
landen (voornamelijk NAVO), in over-
eenstemming met de Algemene Princi-
pes van het VMap level 1 project
Volgens de Algemene Principes (Ge
neral Principles for the co-operative
produetion and exchange of VMap le
vel 1) verplichten de deelnemende lan
den zieh de geprodueeerde cd-rom's
kosteloos beschikbaar te stellen aan de
coproducerende en partieiperende lan
den. Coproducerende landen zijn lan
den die niet alleen materiaal leveren of
gegevens over het eigen grondgebied
produceren (partieiperend), maar
daarnaast 00k de VMap-productie van
andere delen van de wereld op zieh ne-
men. En aangezien elk land zieh dient
te houden aan de gestelde regels in de
diverse documenten is een bruikbare
uitwisseling van gegevens gewaar-
borgd. Ook moet elk land voorzienin
gen treffen voor een mogelijke massa-
produetie van de cd-rom's in geval van
een (wereldwijde) crisis.
Een wereldwijde afronding van het
project in hetjaar 2000
Volgens de planning moet in het jaar
2000 de hele wereld digitaal in kaart
zijn gebracht volgens de VMap level 1
specificaties. Dit houdt onder andere
een nauw contact tussen de produce-
rende landen in wanneer bijvoorbeeld
gebiedsdelen aangesloten moeten wor
den. Op dit moment lopen de resulta-
ten achter bij de planning. Gebleken is
dat het produceren op een mondiale
Feature class
Feature
Database
Coverage
Library
VPF Structure
level
TRANSPORTATION
EURNASIA
CD-ROM 49
AP030
Road line feature table
VMap level 1
implementation