Aggrcgätic van objecten uitTOPIOvector
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
I998-XXIV-2
F.N. Jongerius
theoretische kartografie, digitale kartografie, generalisatie, onderzoek trefwoorden
theoretical cartography, digital cartography, generalisation, research keywords
cartographie theorique, cartographie numerique, generalisation, recherche i mots-CI ES
Als een van de laatste facetten van de kartografie wordt
de generalisatie van kaarten nog vaak met de hand uit-
gevoerd. Het is echter 00k het deel van het vakgebied
waarin de laatste jaren veel onderzoek is gedaan naar de
mogelijkheid tot automatiseren. Er zijn inmiddels pro-
gramma's op de markt waarmee (een deel van) de gene
ralisatie geautomatiseerd kan worden uitgevoerd. Deze
programma's garanderen op dit moment echter nog
niet dezelfde kwaliteit als het handwerk, dus is onder
zoek nog geboden. Aan de tu Delft is in samenwerking
met de Topografische Dienst Nederland onderzoek ge
daan naar het automatiseren van generalisatie, met als
doel het maken van een schaalonalhankelijk bestand.
Hierin kan de gebruiker zelf bepalen welke schaal en
welke toepassing hij wil benutten. In dit artikel wordt
verslag gedaan van dit onderzoek.
Inleiding
Op dit moment zijn de digitale be
standen van de Topografische Dienst
allemaal gerelateerd aan een beperkt
schaalbereik. TOPiovector bijvoorbeeld
kan zonder aanpassingen gebruikt
worden van schaal 1:5.000 tot
1:25.000. In het onderzoek lag de na-
druk op het vergroten van deze marge
door middel van aggregatie van objec
ten. Aggregatie kan worden omschre-
ven als het samenvoegen van objecten
die te klein zijn om afzonderlijk in het
kaartbeeld te blijven bestaan, maar
door samenvoeging weer groot genoeg
worden.
Bij het onderzoek is gekozen voor
TOPiovector, omdat dit bestand een
grote nauwkeurigheid en een grote
mate van detail kent. Door aggregatie
toe te passen kan het mogelijk zijn het
bestand 00k op kleinere schaal dan
1:25.000 weer te geven. TOPiovector
bestaat uit een viertal kaartlagen, vlak-
Fieke-Neel Jonge
rius is Trainee geo-
informatie bij de
Meetkundige
Dienst van Rijks-
waterstaat
Postbus 5023,
2600 GA Delft,
tel. 013-2691477,
e-mail: F.N.Jonge-
rius@mdi. rws. min
venw.nl
ken, lijnen, huizen en punten. Omdat bij aggregatie alleen
de vlakken een rol speien, is voor dit onderzoek gebruik ge-
maakt van de vlakken. Indien in dit artikel gesproken
wordt over TOPiovector worden alleen de vlakken bedoeld.
TOPiovector is in oorspronkelijke vorm niet geschikt voor
dit onderzoek. Bij de aggregatie is het namelijk van belang
dat de samen te voegen vlakken alleen gescheiden zijn door
een enkele lijn. Wegen worden in TOPiovector weergegeven
als lijnvormige vlakobjecten, maar vanwege hun vorm en
betekenis zijn ze niet geschikt om mee te doen aan het ag-
gregatieproces. De wegen uit TOPiovector zijn daarom ver-
vangen door de hartlijnen uit TOPioWegen.
Tijdens het onderzoek bleek dat de integratie van topio-
Wegen in TOPiovector niet automatisch uit te voeren is in
Arc/Info. Daarom is besloten om een klein deel van een
kaartblad handmatig te integreren. Hierdoor ontstond het
uiteindelijke proefbestand, een stuk van 2x2 km uit kaart
blad T45DZ1. Het proefbestand is weergegeven in figuur 1
(pagina 22).
Aggregatie
Er zijn twee vormen van samenvoeging, het samenvoegen
van twee vlakken die tegen elkaar aan liggen en dezelfde
thematische eigenschappen hebben, en het samenvoegen
van vlakken die niet tegen elkaar aan liggen maar wel de
zelfde thematische eigenschappen hebben (bijvoorbeeld
kleine eilanden in een meer of zee). Deze tweede vorm van
samenvoegen is bij dit onderzoek buiten beschouwing gela-
ten. Het hebben van dezelfde thematische eigenschappen
houdt niet in dat de codering van de verschillende polygo-
nen exact hetzelfde moet zijn, het kan voldoende zijn als
slechts een deel van de eigenschappen overeenkomt. Die
classificatiehierarchie speelt een belangrijke rol bij aggrega
tie.
Bij de uitvoering van een geautomatiseerde aggregatie is het
te aggregeren bestand nodig, hier TOPiovector, en daarnaast
natuurlijk een computerprogramma om de aggregatie uit te
voeren. Dit computerprogramma moet zo flexibel zijn dat
de gebruiker zelf de noodzakelijke parameters voor aggrega
tie kan bepalen.
23