Gebruik van digitale topografische gegevens
bij de Dienst Landelijk Gebied
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
I998-XXIV-2
J.H. Heuvelmans
topografie, GIS
topography, GIS
topographie, SIG
TREFWOORDEN
KEYWORDS
MOTS-CLES
V*. «WS«.
De Dienst Landelijk Gebied is een van de grotere ge-
bruikers van topografische informatie in Nederland.
Door de introductie van de TOPiovector en van enkele
afgeleide producten is dit gebruik verder toegenomen
en integraal onderdeel geworden van het bedrijfsproces.
Inleiding
De Dienst Landelijk Gebied (dlg) is
een overheidsorganisatie die werkt aan
de ontwikkeling van de groene ruimte.
Zij doet dit in opdracht van de depar-
tementen Landbouw, Natuurbeheer en
Visserij (lnv), Verkeer en Waterstaat
(v&w), Volkshuisvesting, Ruimtelijke
Ordening en Milieu (vrom), Defensie
en van de provincies.
Haar hoofdtaken zijn:
adviseren van de overheid ten behoe-
ve van de ontwikkeling van beleid;
bereiken van multisectorale regionale
rurale ontwikkelingsplannen;
plannen, voorbereiden en uitvoeren
van landinrichting in Nederland;
verbetering van landbouw en de reali-
satie van natuurontwikkeling met be-
hulp van gereedschappen zoals wer-
ving, beheer en verkoop van gronden;
aangaan van beheersovereenkomsten
met boeren om natuurlijke condities
te stabiliseren of te versterken.
Steeds weer bepalen overheden hoe de
schaarse ruimte in ons land wordt ver-
deeld over functies zoals landbouw, na-
tuur, bos en recreatie. Dat vereist na-
tuurlijk aanpassingen in de inrichting
van een gebied. dlg werkt in projecten
aan die nieuwe inrichting. Waar nodig
start zij een nieuw project op. dlg
heeft daartoe een aantal instrumenten.
Drs. Jef Heuvel
mans is werkzaam
als projectmede-
werker GIS en Kar-
tografie bij de af-
deling Innovatie
en Kennismanage-
ment van DLG,
Postbus 20021,
3502 LA Utrecht,
tel. 030-2838334,
e-mail: j. h. heu vel-
mans@dlg.agro. nl.
De drie belangrijkste instrumenten zijn grondverwerving,
landinrichting en agrarisch natuurbeheer. Door inzet van
(creatieve variaties op) deze drie instrumenten worden di
verse knelpunten tegelijkertijd aangepakt.
De organisatie is reeds meer dan 60 jaar actief in Nederland
(zij het dat de naam en samenstelling een paar keer is gewij-
zigd: Cultuurtechnische dienst, Landinrichtingsdienst, Land
inrichting en Beheer Landbouwgronden, Dienst Landelijk
Gebied).
De organisatie kenmerkt zieh door een platte struetuur en
körte lijnen. Er zijn twaalf provinciale eenheden met aan
het hoofd de provinciale account-manager. De organisatie
wordt regionaal gestuurd (vier regio's).
De centrale eenheid in Utrecht (waar management, admini-
stratie, toepassingsgericht onderzoek en speeifieke techni
sche kennis zijn geconcentreerd) bestaat uit de afdelingen
Beleid en Strategie, Innovatie en Kennismanagement en
Bedrijfsvoering.
De organisatie heeft over een periode van vele jaren een in-
strumentarium ontwikkeld voor landinrichting dat zowel
een optimale ontwikkeling voor de doelgebieden als maxi
male partieipatie van alle betrokken, gei'nteresseerde partij-
en garandeert.
De meerderheid van de ongeveer 800 medewerkers is opge-
leid in rurale planning en ontwikkeling. Daarnaast is een
groot aantal gespecialiseerd in diseiplines als hydrologie, drai-
nage en irrigatie, civieltechniek op het gebied van weg- en
waterinfrastruetuur, ecologie en landbouweconomie en so-
ciologie.
Zowel vanuit het hoofdkantoor als vanuit de regiokantoren
worden de provinciale eenheden ondersteund met expertise
op gebieden als financieel- en projeetmanagement, compu-
tertechnologie, kartografie, Gis en landmeetkunde.
Topografische informatie
Topografische informatie is altijd al een onmisbaar hulp-
middel in het werkproces van dlg geweest, of het nu gaat
om de voorbereiding en uitvoering, het beheren of het advi
seren van de overheid. De topografische informatie wordt
gebruikt voor verschillende doelen:
27