KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT I998-XXIV-2 ,y nM Figuur 3. Fragment 1:200.000, blad 10, uitg. 18/5. Topografische Dienst) Figuur 7. Fragment 1:200.000, blad 10, uitg 1952. Topografische Dienst) overigens meer een detailniveau van het bestand aan dan een gefixeerde schaal. In de praktijk wordt TOPiovec- tor gebruikt tussen de schalen 1:5.000 en 1:25.000. In feite wordt door de topograaf tij- dens de inwinning van de gegevens al een generalisatie uitgevoerd. De ge- bruikte luchtfoto bevat een overdaad aan details welke door het toepassen van de verkenningsvoorschriften wor den gegeneraliseerd tot het huidige TOPiovector bestand (figuur 14a). Van 1:10.000 naar 1:50.000 De generalisatie van 10.000 tot 50.000 is tot op heden merendeels handmatig verricht door middel van het vervaardi- gen van generalisatiemodellen. Deze werden vervolgens gescand en op het beeldscherm gezet en vanaf deze raster- achtergrond gedigitaliseerd (figuur 14b). De laatste drie jaar is 00k interac- tief gegeneraliseerd, dat wil zeggen dat de generalisatie direct op het beeld scherm plaatsvindt, gebruikmakend van gescande iuo.ooo-kaarten in raster als achtergrond. Pas recentelijk, met het gereedkomen van TOPiovector-be- standen, is het mogelijk gebruik te maken van een digitaal vectorbestand als basis voor het generaliseren. In de nabije toekomst zal gebruik gemaakt worden van de mutaties in TOPiovector. Voor wat betreft de inhoud worden nog steeds de generalisa- tieregels toegepast die in de jaren zestig zijn ontwikkeld. Van 1:50.000 naar 1:100.000 De aanmaak van een nieuw bestand 1:100.000 is begonnen in 1994. Bij de opbouw van dit digitale bestand is het uit- gangspunt geweest dat een digitaal bestand 1:50.000 voor- handen diende te zijn (figuur 14c). In de productiemethode van de 1:100.000 uit de 1:50.000 is getracht met de beschikbare Software een Optimum te creeren tussen semi-automatische generalisatie en interactieve genera lisatie. De gevolgde methode is interactieve generalisatie, waarmee wordt bedoeld het direct achter het beeldscherm ge neraliseren en digitaliseren van de kaart, gebruikmakend van zowel het raster- als het vectorbestand van de 1:50.000. De specificaties van beide bestanden, 1:50.000 en 1:100.000, zijn geanalyseerd en de objecten zijn opgedeeld in de enkele groepen: objecten die onveranderd behouden blijven, ob jecten die samengevoegd worden tot minder categorieen en objecten welke worden geselecteerd. Deze objecten worden zoveel mogelijk automatisch verwerkt, inclusief het verteke- nen en hersymboliseren. Dit laatste is mogelijk indien een digitale koppeling via de bijcodes in de coderingen aanwe- zig is (o.a. objecten welke parallel aan wegen en spoorwegen liggen). Deze dementen worden zo mogelijk automatisch verplaatst, rekening houdend met de visualisatie op de schaal 1:100.000. Voor de interactieve generalisatie van de rest van objecten wordt gebruik gemaakt van het TOP50vec- tor-bestand dat in raster op de achtergrond wordt geplaatst. Voor een aantal objecten blijkt het opnieuw opbouwen op basis van een rasterondergrond eenvoudiger en sneller dan het bewerken van de vectordata (figuur 15). Van 1:100.000 naar 1:250.000 Deze generalisatie is tot op heden nog niet uitgevoerd. De 1:250.000 is in de jaren zeventig gegeneraliseerd vanaf de 1:50.000. Daarna is het bestand steeds gemuteerd aan de hand van de wijzigingen in de grotere schalen. Ook is er sprake van een afwijkende cyclus, zodat er naast de beschik bare recente verkenningen aanvullende gegevens moesten worden verzameld (figuur i4d). Van 1:250.000 naar 1:500.000 Deze generalisatie is volledig gemaakt op basis van het be schikbare vectorbestand 1:250.000. Het uitgangspunt was om zoveel mogelijk de oorspronkelijke geometrie in stand te houden (figuur 14c). Generalisatie van 1:10.000 naar 1:500.000 Doel is uiteindelijk te komen tot een ge'integreerde produc tiemethode, waarin de standaard bestanden en kaarten op de kleinere schalen direct volgend op de herziening van TOPio vector gemaakt kunnen worden. Liefst geheel automatisch, maar voorlopig zal er nog het nodige interactieve handwerk nodig zijn. Automatische generalisatie Er zijn twee belangrijke redenen om de generalisatie van kaarten en bestanden te automatiseren: 41

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1998 | | pagina 47