56
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
I998-XXIV-3
PLEINEN
STEEG! ES
LES RUES
RUELLES
AVENUES
ALLEES
PLACK
SQUARES
Het voorliggend exemplaar van de
provincie Brabant vermeldt in zijn in-
leiding "de allerlaatste ontwikkelingen
in kaart te hebben betracht", wat jam-
mer genoeg niet het geval is. Inder
daad een eenvoudige vergelijking van
genoemd exemplaar met oudere kaar-
ten en zelfs heel concreet met de uitga-
ve van 1992 op groter formaat kan dit
alleen maar bevestigen. Een niet-bijge-
werkte verkleinde kopie werd de basis
voor de nieuwe uitgave, met alle gevol-
gen vandien. Wellicht zijn bepaalde
deelfilms verloren gegaan, waardoor
bijvoorbeeld voor de Streek van Tervu-
ren-Overijse (p. 108) een kleurenselec-
tie (opgerasterd van de oudere druk
werd gebruikt! Deskundigen weten
wat het gevolg hiervan is voor de lees-
baarheid van de teksten. In de inlei-
ding is er sprake van schalen 1:10.000
en 1:20.000, doch de redacteur vergat
het resultaat van het reductieproces.
De waarde van 1:13.000 en 1:26.000 is
een betere benadering van de effectieve
schaal. Daarbij komt nog dat de aan-
gegeven verhouding van 1 op 2 voor de
algemene kaarten t.o.v. de detailplans
slechts een zeer grove benadering is.
Zo zijn de stadsplannetjes achteraan
nu eens groter dan weer eens kleiner
voorgesteld, schommelend van onge-
veer 1:11.600 tot 1:19.000, zelfs een-
maal onaangekondigd 1:6.500. Dit eu-
vel kon eenvoudigweg vermeden wor
den door er een schaalstok aan toe te
voegen. Daarbij komt dat de kaartlezer
niet opmerkzaam gemaakt wordt op
het feit dat de schaal van de ene blad-
zijde naar de andere plotseling verän
dert zoals bijvoorbeeld van p. 204 naar
p. 205 of van p. 227 naar p. 228 of van
p. 228 naar p. 229 en alle volgende.
Ook voor de gedetailleerde stadsplan
netjes zou het interessant zijn te weten
op welke bladzijde de verdere uitbrei-
ding in noordelijke, oostelijke, zuide-
lijke of westelijke richting terug te vin-
den is. De originele uitgave van 1992
vermeldt op de kleinschalige kaarten
welk gebied uitvergroot werd. Dit is in
deze compacte uitgave achterwege ge-
bleven, wat geenszins een verbetering
betekent.
Het lijkt ons bijzonder eigenaardig dat
'bebouwd' gebied niet enkel werd
voorbehouden aan de aaneengesloten
dorpskernbebouwing maar ook aan de
villawijken van voor de jaren zeventig.
Enkele voorbeelden maken dit duide-
lijk: de residentiewijken van Tervuren
en van Heverlee ten zuiden van de
spoorlijn is als 'bebouwd gebied' aan-
gegeven, maar gelijkaardige nederzet-
tingen in Leuven-Korbeek-Lo, Herent,
Linden, Leuven-Kessel-Lo, Oud-He-
verlee, Holsbeek, Blanden enz. komen
als 'lege' verkavelingen naar voren.
Deze wijken zijn inderdaad alle tijdens
de laatste decennia opgetrokken. Ik
kan me van de indruk niet ontdoen
dat hiervoor geen terreinwerk verricht
werd en het basisdocument hiervoor
alleen maar een (kleinschalige) expli-
ciete wegenkaart was! De uitgever kan
maar best alle villawijken op een ge
lijkaardige manier voorstellen, zij het
al dan niet onderscheiden van de
dichtbebouwde gemeentekernen.
Het is niet eenvoudig om bij een her-
uitgave van stratenplannen, zeker als
het gaat om uitgestrekte gebieden, alle
topografische veranderingen bij te
houden en bij te werken. Dat men
hierbij bestaande plannen raadpleegt is
zeer logisch. Een gevaar hierbij is dan
wel dat die verschillende basisdocu-
menten niet steeds dezelfde inhoud
bedoelen voor welbepaalde morfologi-
sche klassen. Waarom zouden een 'am-
bachtszone' en een 'industriegebied',
die uiterlijk een identiek beeld verto
nen, op een verschillende grafische
manier moeten voorgesteld worden,
zoals dat het geval is voor het noorden
van Haasrode? Waarom worden gelijk
aardige zones in Rotselaar (p. 51), in
het grensgebied Wilsele-Holsbeek (p.
69) en in Louvain-la-Neuve (p. 230)
dan weer helemaal niet aangeduid?
Druktechnisch is een voorliggende uit
gave zeker een uitdaging. Een reductie
van de oorspronkelijke documenten
laat ook vlugger kleine verschillen in
drukkwaliteit zien zoals 'vet-' en 'ma-
ger-gedrukte' bladzijden tegenover el-
kaar. Dit wordt gei'llustreerd door de
bladzijden 82-83 en 84-85 of de rijkge-
vulde 230, die de leesbaarheid niet be-
vordert.
Als slotsom kunnen we stellen dat de
compacte uitgave van de Standaard-
kaarten een goed idee is, dat de grafi
sche weergave algemeen gezien aan-
trekkelijk is maar dat een overhaaste
realisatie sporen heeft nagelaten. Deze
publicatie is dus zeker voor verbetering
vatbaar.
F. Depuydt
Historische Gemeente Atlas van
Nederland.
Productie, vormgeving en scans:
Henno M. Zelis
Programma: ir. Frits Zelis. [Z.pl.]:
Nederlandse Genealogische
Vereniging, afdeling Computer
genealogie, [1996].
Cd-rom. Prijs leden: 30.-, niet-leden
40.-, excl. verzendkosten.
Voor zover mij bekend is dit de eerste
volledige facsimile van een oude atlas,
die op cd-rom verschijnt. Direct rijst
natuurlijk de vraag, of we bij een cd-
rom nog wel van een facsimile mögen
spreken. Een facsimile hoort per de-
finitie zo gelijk mogelijk te zijn aan het
origineel, en we kunnen de digitale be
standen op een cd-rom moeilijk zien
als gelijk aan een oude kaart. Maar dat
is wetenschappelijke haarkloverijIk
houd het voorlopig maar op een cd-
rom facsimile.
De cd-rom Historische Gemeente Atlas
van Nederland bevat de ongeveer 1200
kaartjes die omstreeks 1870 door J.
Kuijper vervaardigd zijn en uitgegeven
werden door Hugo Suringar te Leeu-
warden: de reeks Staat bekend als de