KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
(in de legenda hadden ze beter ook tot
die landschappen gegroepeerd kunnen
worden); de beschrifting is vrij moeilijk
leesbaar; de kaart is gelukkig weinig ge-
generaliseerd. Op de excursiekaart op
de achterzijde (schaal circa 1:55.000),
van Zuidoost-Utrecht, zijn de kleuren
van de eenheden wat opgebleekt, zodat
de fietspaden die men moet berijden
om de aardkundige waarden te verken
nen goed uitkomen. Nummers van
ANWB-paddestoelen zouden voor de
orientatie nog goede diensten hebben
kunnen bewijzen. Waarschijnlijk zijn
bewust de autowegen niet benadrukt,
omdat de schaal van de aardkundige
waarden op een enkele uitzondering na
een rüstige beschouwing vereist.
Het boekje heeft een bijzonder plezie-
rige toon, is duidelijk geschreven en
zeer duidelijk gei'llustreerd (ik mis al-
leen een pijl met de stroomrichting van
het ijs in figuur 3-8), en is zeer wervend
om ermee op de fiets te klimmen om
ook dit aspect van de provincie te gaan
verkennen. Inwoners van andere pro-
vincies mochten hopen dat er daarvan
ook dergelijke gidsen versehenen!
F.J. OrmeLing
lkn - De Landschapsecologische
Atlas van Nederland (op cd-rom).
Wageningen: DLO-Staring Centrum,
1997.
Productie: DLO-Staring Centrum, ikc
Natuurbeheer (Ministerie van lnv),
pudoc en Caseware.
Prijs 50,-
In 1994 werd het lkn (Landschapseco
logische Kartering Nederland)-project
afgesloten, dat de productie van een
digitaal bestand voor de landschaps-
ecologie in Nederland behelste. Doel
was alle in Nederland voor de land-
schapsecologie relevante gegevens in
een database onder te brengen. De ge
gevens van het bestand zijn daarna een
aantal jaren vanuit Wageningen aan
gebruikers tegen een bedrag van 80,-
per uur ter beschikking gesteld. Waar
schijnlijk rnede omdat althans de bio
tische gegevens aan veroudering on-
derhevig zijn en men niet het plan
heeft deze te actualiseren, wordt het
bestand thans, tegen een gering be
drag, op cd-rom gedistribueerd. Ge-
bruikseisen ervoor zijn: Windows 3.1
of hoger, 8 Mb ram, aanbevolen reso-
lutie 800*600, 256 kleuren.
In de serie Landsdekkende bestanden in
1998-XXIV-3
Kaarten
(verschwende bronnen)
Lijsten
(verschwende bronnen)
Bodem/GT
Geomorfologie
Grondwater
Topografie
Oppervlaktewater
Zoogdieren
Herpeto fauna
Broedvogels
Flora
Prov. vegetatie-
opnamen
BEWERKINGEN
BODEM-GT
GEOMORF
1
2
3
GRONDWATER
EKG
FAUNA-C
Figuur 1. Opbouw van het LKN-bestand uit verschillende bronnen.
het Kartografisch Tijdschrift is het LKN-
bestand al aan de orde geweest (zie KT
1997.4). Het bevat informatie over de
bodem, grondwater (regenwater/kwel),
geomorfologie (relief, vorm, vormings-
processen en ouderdom), oppervlakte
water (hoeveelheid, stroming, her-
komst), landschapstypen, ecotopensys-
temen, aantal plantensoorten met ge-
lijke milieu-indicatie (m.b.t. saliniteit,
vegetatiestruetuur, vochttoestand, voed-
selrijkdom en zuurgraad) en fauna
(broedvogels, zoogdieren, reptielen en
amfibieen) (zie figuur 1). AI deze infor
matie, inclusief documentatie en ont-
sluitingssoftware en de volledige tekst
van alle LKN-rapporten Staat op de cd-
De gebruikersinterface is eenvoudig
maar zeer adequaat. Men kan een the-
ma (bijvoorbeeld geomorfologie) aan-
klikken en doorgaan naar deelaspecten
daarvan (bijv. relief), vervolgens naar
kaarten of rapporten vragen, bij de
kaart inzoomen, afzonderlijke pixels
bevragen, afzonderlijke legenda-eenhe-
den opvragen, de kleurstellingen wijzi-
gen, en bovendien, en dat is zeer we-
zenlijk, kaarten met elkaar vergelijken:
men kan 2 tot 4 kaarten tegelijk oproe-
pen, in de gewenste uitsnede, welke
dan naast elkaar op het scherm komen.
Wanneer men afzonderlijke pixels be-
vraagt kan nog worden aangegeven
welk deel van dat vlak bepaalde eigen-
schappen heeft. Over een deelbestand
zoals het relief wordt ook nog statisti
sche informatie gegeven: welk deel van
het oppervlak (42.000 cellen van 1 x 1
km!) in elke onderscheiden klasse valt.
De resolutie van de bestanden bestaat
dus uit vakken van 1 x 1 km; alle gege
vens zijn naar deze vakken geaggre-
geerd/gedegregeerd. Dat maakt verge-
lijking makkelijk en snel, hoewel het
daarnaast een wat abstraherend effect
heeft (zie ook een afdruk van het be
stand in figuur 2).
Lineaire vormen in het landschap wor
den op hun best hierdoor als snoeren
van blokjes aangegeven. Het lijkt me
een bestand waarvoor ook bij het aard-
rijkskunde-onderwijs, dat immers
thans ook de doelstelling heeft de
leeerlingen met eenvoudige bestanden
te leren werken, leuke toepassingen te
vinden zullen zijn, al was het alleen
maar gebruik naast de kaarten in de
Bosatlas. De prijs zal dergelijk gebruik
niet in de weg staan.
F.J. Ormeling
Figuur 2. Detail van de kaart van het re
lief binnen de hoofdgroep geomorfologie.
61