KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT I998-XXIV-4 Is hier sprake van hiaten in de archie- ven die Paul van den Brink onder ogen kreeg? De uitleg over de waterstaatskartogra- fie c.q. de gedrukte resolutiekaarten (pp. 36-41) is belangrijk en bovendien prettig verduidelijkt met diagrammen, maar blijft hier en daar toch wat cryp- tisch. "AI dit kaartmateriaal werd in kleine oplagen en onder embargo aan de leden van de Staren van Holland uitgedeeld", zo kan men lezen. On- middelijk rijst de vraag hoe klein die oplage dan wel was en uit welk ar- chiefstuk blijkt dat er een embargo be- stond. Is embargo niet een wat te zwaar woord om te gebruiken voor ge drukte kaarten? Natuurlijk waren deze cultuurtechnische kaarten primair voor eigen gebruik, maar de kaartin- houd hoefde toch niet geheim te blij- ven. Over de lijst van koperplaten en nog aanwezige drukken van de resolu tiekaarten, opgesteld door de landme- ter Jacob Engelman in 1801 (p. 41) had ik meer willen weten. Er zou wellicht een relatie gelegd kunnen worden met de kaartencollectie van de provincie Zuid-Holland. In deze collectie, die geraadpleegd had kunnen worden (ca- talogus P. Ernsting, i960; recent door mij herzien), bevindt zieh namelijk een groot aantal resolutiekaarten. De bovengenoemde Stelling uit de in- leiding over de 'kartografische refor- matie' is nogal arbitrair en wordt zeker niet helemaal waargemaakt, want on- derzoek naar de nauwkeurigheid van de bestudeerde kaarten heeft niet plaatsgevonden. In de zeer uitvoerige bronnenlijst her- kent men de voorliefde van de histori- cus voor archiefteksten in eerste in- stantie. Een goudmijn is het, dat valt niet te ontkennen. Maar hoe interes sant 00k, mij bekroop het gevoel dat deze zo uitgebreid opgenomen teksten wel wat ver gaan. Hoe Staat het eigen- lijk met de liefde van de auteur voor de kaarten zelf? Welke gedachte heeft ten grondslag gelegen aan de keuze van de afgebeelde kaarten? Soms is dat onduidelijk. Met welk doel zijn bij- voorbeeld de twee historiserende kaartjes, zonder verdere uitleg, op p. 44 afgebeeld? Wat daarbij vooral op- valt zijn wonderlijke toponiemen als 'Utrechterland' Gelderse Vallei en Veluwe), "t Land van Ysselsteyn' Lopikerwaard), 'Heusem' Huissen) en 'Zeventer' Zevenaar). De voor- gaande tekstpagina met de beschrij- ving van de loop der rivieren vraagt dringend om een overzichtskaartje. Maar dan toch niet deze twee? De kartobibliograhe, die in deze Studie terecht niet ontbreekt, roept bij mij 00k vraagtekens op. De beschrijvingen zijn uitvoerig, maar de kaarten die niet betrekking hebben op rivieren, alsook technische tekeningen en profielen hö ren niet thuis in deze kartobibliograhe. In feite geeft de lijst veel meer dan men in dit boek mag verwachten en is het een opsomming van de resoluties waarin beeldmateriaal voorkomt, 00k kaarten van de Waddeneilanden en Suriname zijn er in aan te treffen. Een paar opmerkingen over het ge bruik van het boek als naslagwerk. Het uitvoerige register is een hulpmiddel, waarmee ik al voor eigen onderzoek mijn voordeel deed. Foutjes zitten er overigens wel in, zoals de verwijzing bij mijn naam naar p. 273 'bladwij- zers van de rivierkaarten, 1725-1795' (ik ben dol op bladwijzers, maar hieraan heb ik part nog deel gehad). Nee, het schort aan de toegankelijkheid van de behandelde kaarten in de tekst zelf. Het zou veel zoektijd schelen als bij de kartobibliograhe was verwezen naar de pagina's in het tekstdeel, waar ze in- houdelijk worden besproken. Veel van de gedrukte resolutiekaarten komen in diverse afzonderlijke kaartenverzame- lingen voor, 00k hiernaar had met wei nig moeite verwezen kunnen worden. In druk uitgegeven catalogi geven daar zieht op. Zo is er bijvoorbeeld de al ge- noemde catalogus van de kaartencol lectie in het provinciehuis van Zuid- Holland. Een groot aantal resolutie kaarten, aanwezig in de kaartenzaal van de Faculteit Ruimtelijke Weten- schappen in Utrecht (de thuisbasis van Van den Brink), zijn trouwens veelvul- dig gebruikt voor de afbeeldingen. Waarom deze exemplaren niet - zonder uitzondering - genoemd in de kartobi bliograhe? Tot slot nog een opmerking over de ti- tel van het boek. Ik heb moeite met de uitdrukking 'In een opslag van het 00g' die op de goede kwaliteit van het kaartbeeld zou moeten duiden maar die mij doet denken aan 'naar den ogenschijn', waarmee iye-eeuwse land- meters in bepaalde gevallen en inci- denteel heel eerlijk aangaven dat de kaart die zij gemaakt hadden schets- matig, niet zo nauwkeurig was en zon der meetkundige grondslag getekend, maar wel geschikt voor het beoogde doel. Voorts is de opgegeven periode in de ondertitel (tot 1754) niet in over- eenstemming met het gebodene. Hoofdstuk 5 (weliswaar beknopt) en de bladwijzers met de kaartkaders be- slaan immers de periode tot eind i8e eeuw. Niettemin kan zonder meer worden gezegd dat deze dissertatie een aan- winst is voor ons vak. Een groot aantal speeiheke kaarten is nu beter te inter- preteren, doordat het ontstaan ervan uitvoerig wordt verklaard in relatie tot het organisatorische kader. De be schrijvingen van de bestuurlijke peri- kelen, met aandacht daarbij 00k voor karaktereigenschappen van hoofdrol- spelers als Cruquius, Velsen, Bolstra, Klinkenberg, Tirion maken de verha- len zeer levendig en prettig om te le zen. Y.M. Donkersloot-de Vrij anwb Wereldatlas, 2e druk Den Haag: anwb Media Arie Spaans, 1998 Kartograhe: Schaffmann Kluge, GeoData GmbH Co. kg 289 pp., 24 x 30 cm isbn: geen; uitgave alleen voor leden van de anwb Prijs: 19,75 De atlas kent een inhoudpagina, voor- woord en trefwoordenregister, een lexi- con met de namen van de landen van de wereld, waarnaast een lijst met in ternationale namen van staten en het werelddeel waartoe zij behoren. Dan volgen 57 pagina's met beschrij vingen van de landen, gei'llustreerd met foto's, alfabetisch per land met pa- ginanummer(s) en de vlag van het be treffende land. Hiermee geeft men de lezer enig inzicht in het landschap, de geschiedenis en de economie van de landen. Tevens worden hier de bevol- kingsaantallen, inkomens, hoofdste- den, staatsvormen, talen en valuta ge noemd. De illustraties, die overigens prachtig van kwaliteit zijn, hebben een speeihek toeristisch karakter, hetgeen bij de anwb voor zieh laat spreken. Het kartograhsch gedeelte van de atlas beslaat 159 pagina's kaartmateriaal en 64 pagina's register. De kaarten wor den telkens voorafgegaan door een summiere beschrijving van het conti- nent waarvan zij deel uitmaken. In de beschrijving wordt de aandacht geves- 46

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1998 | | pagina 48