«j
mßß- 1
M«IPb'
M' r*W
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
I999-XXV-I
Kader 4. Op basis van hun communica-
tiedoelstellingen onderscheiden atlastypen.
schoolatlassen
navigatie-atlassen
planningsatlassen
referentie-atlassen
management/monitoringatlassen
neer een digitale historische atlas in
Staat zou zijn onmiddellijk een kaart
van Europa te tonen met de politieke
situatie op een willekeurig moment
(bijvoorbeeld in het jaar 1804), dan
zouden we dit een tijdsmachine kun-
nen noemen. Volgens hetzelfde princi
pe zouden we een atlas dus een verge-
lijkingsmachine kunnen noemen, om-
dat het ons in Staat steh vergelijkingen
te maken. We onderscheiden tussen
vergelijkingen in de tijd (vergelijken
van hetzelfde gebied en thema voor
verschillende momenten of perioden)
en tussen geografische vergelijkingen
(vergelijking van eenzelfde thema en
schaal voor verschillende gebieden) en
thematische vergelijkingen (vergelij
king van hetzelfde gebied en schaal
voor verschillende thema's). Tenslotte,
wanneer we kaarten voor navigatie ge-
bruiken, vergelijken we de kaart met
de werkelijkheid.
Een voorbeeld van een geografische
vergelijking komt van het eiland Bali:
omdat, in principe, atlaskaarten dezelf-
de Symbolen en schalen hebben en op
een homogene wijze zijn gegenerali-
seerd, kunnen we informatie aan ze
ontlenen door gebieden op de kaart of
zelfs verschillende kaarten met elkaar
te vergelijken. Wanneer we bijvoor
beeld naar de kaart van het eiland Bali
kijken, zien we meer dorpen en Steden
op de oostelijke helft van het eiland
dan op de westelijke. Daar leiden we
uit af dat de oostelijke helft dichter be-
volkt is, bijvoorbeeld omdat het
vruchtbaarder bodems heeft.
Op basis van dit soort vergelijkingen
Kader 3. Typen atlassen gebaseerd op de
soort vergelijking die ze mogelijk maken.
geografische atlassen
(vergelijking tussen gebieden)
geschiedenisatlassen
(vergelijking tussen perioden)
nationale/regionale atlassen
(vergelijking tussen thema's)
topografische atlassen
(vergelijking met de werkelijkheid)
thematische atlassen
(vergelijking tussen gebieden)
DISTRIBUTION OF EDUCATIONAL
INSTITUTIONS
By l'rovincc, By Level Ottering, 1972-1973
M3-00)
KINDERGARTEN
SECONDARY
VOCATIONAL
üai
f -■■■§£
Figuur 3. Inventa-
riskaart van de
aantallen en soorten
onderwijsinstellin-
gen op de Filipijnen
(uit: The Philippi
ne Atlas, Manila
1975)-
dat ze mogelijk maken kan men 00k verschillende typen at
lassen onderscheiden. We maken nu verschil tussen de vol-
gende typen (kader 5).
De atlas als een bewuste combinatie van kaarten
Omdat elke atlas gebaseerd is op een verhaal, of op een
rode draad of op een doelstelling, waar alle kaarten in de at
las aan moeten beantwoorden, is een atlas een bewuste
combinatie van kaarten. Alle speeifiek geselecteerde kaarten
bij elkaar moeten samen de gebruiker een verhaal verteilen,
dat ze tevens begrijpen wanneer ze de kaarten in een speci-
fieke volgorde lezen. Ze begrijpen het verhaal omdat ze elke
kaart met de volgende vergelijken, en omdat de uitgekozen
kaarten elkaars patronen verklaren.
De atlas begint meestal met een gebied dat de gebruiker al
kent, dat wil zeggen zijn woongebied of geboorteland. Van-
uit dat gebied wordt de rest van de wereld geleidelijk voor
de gebruikers ontvouwd, zodat ze het geleidelijk kunnen in
passen in hun cognitieve kaart ('mental map'), dat wil zeg
gen in de ideeen en opvattingen over de aarde die ze met
zieh meedragen.
De atlasstruetuur (die dus bestaat uit het in een speciale
volgorde aanbieden van de afgebeelde gebieden of thema's,
9