GS ES 52 31 KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT nebedden) en tekst moesten in bruin afgebeeld worden. Dit vormde een probleem, omdat dan het hele plot- programma van de Topografische Dienst aangepast zou moeten worden. Deze optie was dus ook niet haalbaar binnen het tijdsbestek van het onder- zoek. Uiteindelijk is er voor gekozen om scans van de betreffende topografi- 1999-XXV-2 Mililair Oo/unre 12.4 hoogtepunt b a steile rand b helling bodemgebruik a weide met sloten b bouwland met greppels c boomgaard d fruitkwekerij e boomkwekerij f weide met populieren g loofbos h naaldbos i gemengd bos j griend k heide I zand m dras en riet n heg en houtwal 0 hoogstamboomgaard p es q beschermd stads- oi dorpsgezicht oudheden antiquities oudheden worden in bruin weergegeven antiquities are shown in brown spot height es carpment siope Vegetation meadow with ditches arable land with trenches orchard orchard (low) tree nursery meadow with poplar deciduous forest coniferous forest mixed forest osier heath sand marsh and reed hedge and hedge-bank orchard (high) open field Protected city or village a oudheid algemeen b hunebed c grafheuvel d terp general antiquity cairn tumulus terp e historische bebouwing historic buildings f monument monument g monumentale dijk monumental dike Figuur 2. Het Bal- looerveld. Fragment van de topografische kaart met daarop afge beeld alle beschik- bare cultuurhistori- sche dementen. Bij selectie blijfi het kaartbeeld hetzelf- de: er vallen geen dementen weg. Fragment van de grijsdruk met daar op alle beschikbare cultuurhisto rische elementen. Figuur 3. Het nieu- we deel van de le- genda waarin de oudheden zijn op- genomen. sehe kaarten te vervaardigen en deze met behulp van een te- kenprogramma te voorzien van de cultuurhistorische gege- vens. Deze 'bijna analoge' manier van werken werd gerecht- vaardigd door het feit dat het doel van de proefkaarten was: 'het maken van een aantrekkelijk produet dat de echte to pografische kaart zo dicht mogelijk benadert en dat zo goed mogelijk illustreert hoe cultuurhistorische waarden aan een topografische kaart toegevoegd kunnen worden, op basis van het gemaakte voorstel'. De manier waarop deze proef kaarten vervaardigd werden, deed daarom minder ter zake. De deelopdracht om tijd en financien tijdens uitvoer van de proef te inventariseren, had bij deze invulling echter weinig zin omdat men, wanneer men zou besluiten tot daadwerke- lijke uitvoering van het project, bij de Topografische Dienst zeker op een heel andere manier te werk zou gaan. Het bewerken van de scans en dan met name de kleuren, viel niet mee, maar na het maken van vele proefafdrukken in Paint Shop Pro 5, kwam de juiste kleurcorrectie uit de bus. De geprinte scan leek nu zoveel mogelijk op een echte topografische kaart. Vervolgens zijn de cultuurhistorische elementen aan de scan toegevoegd in Macromedia's Free- Hand 7. In dit programma is ook de verdere opmaak van de kaarten verzorgd. Er is voor gekozen om van ieder proefgebied drie versies te maken (zie ook figuren 1 en 2): a. een versie met alle beschikbare cultuurhistorische elemen ten (om te laten zien wat het resultaat is van veel toege- voegde gegevens in het kaartbeeld), b. een versie met een selectie van cultuurhistorische gege vens (om te laten zien wat het toevoegen van een beperk- te hoeveelheid cultuurhistorische elementen voor het kaartbeeld kan betekenen), c. een grijsdruk met alle beschikbare cultuurhistorische ele menten (om een voorbeeld te geven van hoe een themati sche, cultuurhistorische kaart er uit zou kunnen zien). Het verschil tussen de versies a en b ligt in het feit dat in versie b enkele elementen niet afgebeeld worden. Het gaat hier om de essen, de beschermde stads- en dorpsgezichten en de aanduiding van de beschermde monumenten met een M. Eigenlijk worden hier dus twee mogelijkheden voorge- steld (conform de doelstelling van de stage): afbeelden van cultuurhistorische gegevens op een standaard topografische kaart (vgl. versie b) en het maken van een thematische kaart met de nadruk op cultuurhistorische gegevens (vgl. versie c). Versie a toont alleen aan dat het kaartbeeld ook te vol kan worden. Naast de drie kaarten is er ook een 'nieuwe' legenda opge- steld (zie figuur 3). Aan de scan van de legenda van de topo grafische kaart is op een zo onopvallend mogelijke manier een extra rubriek 'oudheden' toegevoegd, waarin onder an dere het hunebedsymbool is opgenomen. Ook zijn er drie nieuwe landgebruikscategorieen aangemaakt (es, hoogstam boomgaard en beschermd stads- of dorpsgezicht). Tijdens het maken van de proefkaarten en na overleg bin nen het samenwerkingsverband, bleek een aantal onderde- len uit het voorlopige voorstel niet haalbaar en zijn er een aantal wijzigingen voorgesteld: Van het aanduiden van beschermde monumenten met een M op de standaard topografische kaart wordt afge- zien. Deze aanduiding wordt wel op de thematische kaart gebruikt.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1999 | | pagina 33