KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
zieh ook op een markt-economisch verantwoord beleid in-
zake geografische informatie zal kunnen beroepen.
De dataset van het PETiT-project zou precies een van de toe-
komstige datasets kunnen worden nodig voor het beleid in-
zake geografische informatie op Europees vlak. Naast deze
dataset zullen er ongetwijfeld nog andere datasets, waar-
schijnlijk opgebouwd rond andere spilschalen, moeten be-
schikbaar gesteld worden om problemen op te lossen die
een grote geometrische nauwkeurigheid of een meer gede-
tailleerde inhoud vergen (1:50.000?) of nog algemener mö
gen zijn (1:1.000.000?).
Nieuw op te lossen problemen
Maar zover zijn we nog niet. Zoals reeds gezegd is het basis-
document waarop de Europese Commissie haar toekomstig
beleid inzake geografische informatie zal steunen, nog verre
van politiek goedgekeurd en het debat dat daar rond plaats-
gevonden heeft heeft ondertussen trouwens reeds een aantal
nieuwe problemen opgeworpen die best eerst uitgeklaard
worden.
Ik noem er drie als voorbeeld. Het eerste betreft de bescher-
ming van de databanken, waaronder natuurlijk ook geogra
fische databanken gerekend moeten worden. Het tweede
probleem betreft de toegang tot publieke informatie en het
derde tenslotte het uitdrukken van de behoeften aan geo
grafische informatie voor de Commissie, de diensten van de
Commissie en prive Pan-Europese toepassingen.
megrin was van meet af vragende partij opdat er onder an
dere in die drie domeinen voorafgaand aan elke politieke
principebeslissing klaarheid zou geschapen worden omdat
we van oordeel waren dat deze problemen de politieke be-
slissing op essentiele wijze zullen conditioneren.
Er werd intussen reeds klaarheid geschapen met betrekking
tot het probleem van de databanken. Daar kwam reeds een
Europese richtlijn tot stand die ook de lidstaten ertoe ver-
plicht heeft hun nationale wetgeving ter zake zo aan te pas
sen dat nu databanken, en dus ook de datasets waarmee wij
werken, beter beschermd zullen zijn tegen onrechtmatig ge-
bruik. Deze richtlijn is uiteraard ook van belang voor de
met openbare budgetten opgebouwde officiele geografische
datasets die in het verleden te vaak zeggen we maar, voor
prive-initiatieven 'geplunderd' werden.
Verder is er een Groenboek in omloop over de toegang tot
publieke informatie. Sommige verantwoordelijken van de
Europese Commissie denken daarbij aan het algemeen vrij
toegankelijk maken van de zogenaamde publieke informa
tie en voor sommigen is daar ook de geografische informa
tie onder te verstaan. Ze verwijzen daarvoor graag naar de
Verenigde Staten van Amerika waar de op federaal niveau
opgebouwde geografische datasets vrij en gratis toegankelijk
moeten zijn.
Dit standpunt kan moeilijk aanvaard worden door de offi
ciele Europese kartografische instituten omdat geen enkele
van de 34 instituten voor honderd procent door de overheid
gefinancierd wordt en de instituten soms voor een tamelijk
hoog percentage eigen inkomsten moet genereren om hun
uitgaven te dekken. Het vrij ter beschikking stellen van de
toegang tot de geografische informatie op Europees vlak zou
ipso facto ook de bescherming van de datasets op nationaal
vlak ondermijnen, wat natuurlijk tot onaanvaardbare gevol-
gen zou leiden voor de budgettaire evenwichten in een pu
blieke sector die globaal tienduizenden technici te werk steh.
De Commissie en de ledenlanden zullen derhalve een aan-
1999-XXV-3
vaardbaar compromis moeten vinden om deze kwestie te
regelen.
Slotopmerking
Tot slot is er een zeer nuttige evolutie aan de gang met be
trekking tot de bewustwording omtrent de behoefte aan
geografische informatie voor een coherent beheer op het Eu
ropees vlak en men is druk bezig de uitdrukking van de be
hoefte voor de verschilfende potentiele gebruikers van de
Commissie en de Diensten te onderzoeken. Vooral euro-
STAT waar traditioneel de grootste know how ter zake en ook
de grootste belangstelling voor deze problematiek aanwezig
is, treedt hier zeer actief en constructief op de voorgrond.
We kunnen alleen hopen dat de debatten vanaf nu aan een
versneld tempo zullen mögen doorgaan, zodat in afzienbare
tijd een coherente Europese politiek tot stand komt met be
trekking tot het gebruik van de geografische informatie
door de Unie en haar burgers. Wij hopen natuurlijk dat
megrin, daar een belangrijke en constructieve rol in zal
mögen speien.
Summary
De Smet - MEGRIN, a European cross-border initiative for
the creation of integrated homogeneous geographic information
Systems
Keywords: use and produetion of geographical information,
digital topographic cartography, Copyright
The author, chairman of megrin, describes the objects in view
in order to arrive at homogenisation and integration of the
Standard topographic information supply within Europe, in Or
der to avoid that geographic information continue to be collec-
ted and visualised on an ad-hoc basis.
As an example of megrin activities he describes the petit pro-
ject, which is attempting to connect the topographic vector
1:250.000 scale databases ofthe member states. He describes the
conditions which must be met and the problems which are ari-
sing during the realisation of the project.
Resume
J. De Smet - MEGRIN, une initiative transfrontaliere europeen-
ne en vue de creation d'un Systeme d'information geographique
homogene et integre
Mots-cles: utilisation et produetion de l'information geo
graphique, cartographie numerique et topographique, droit
d'auteur
L'auteur, president de megrin, analyse les mesures envisager
pour realiser, Techelle europeenne, Tinformation topographi
que standardisee et integree, afin d'eviter que les informations
geographiques soient collectees et visualisees, comme par le pas
se, sur une base ad hoc.
Comme un exemple des activites de megrin, le projet PETIT
est presente ayant pour but de connecter les bases de donnees to-
pographiques vector) Techelle de 1:250.000 de differents Etats.
Sont analysees les conditions de realisation et les problemes qui
se sont presentes, pendant celle-ci.
15