KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
I999-XXV-3
agenda
13 juli - 7 november 1999 - Tentoon-
stelling Kadaster in kaart. Plaats: His
torisch Museum Apeldoorn. (Zie be-
richt eiders in dit nummer.)
16-23 juli 2.000 - isprs 2000 - Infor
mation for All Amsterdam. Informa-
tie: Klaas Jan Beek, itc, Postbus 6,
7500 aa Enschede, fax: 053-4874335, e-
mail: isprs@itc.nl.
augustus 2000 - 29c Internationaal
Geografisch Congres van de igu.
Plaats: Seoul, Korea. Informatie:
prof.dr. Woo-ik Yu, Department of
Geography, Seoul National University,
Seoul, 151-742, Korea,
fax: 00 82 2 8760401,
e-mail: igcseoul@plaza.snu.ac.kr.
Nadere informatie over de genoemde
activiteiten is, voor zover niet anders
vermeld, verkrijgbaar bij de secretaris
van de nvk, respectievelijk van de
werkgroepen (voor adressen zie pagina
2.).
BESPREKINGEN
Nationalatlanten. Entwicklung,
Konzeption, Gestaltung, Funktion
C. Witschel
Berlin: Verlag Sven von Loga, 1998
190 pp, 12 zwart-wit illustraties
ISBN 3-87361-262-3
Prijs: dm 49,-
De aanzetten van deze Leipziger dis-
sertatie liggen in het voorbereidende
werk voor de nieuwe Duitse nationale
atlas. Witschel heeft waarschijnlijk on-
der leiding van de hoogleraren Freitag
en Mayr een vergelijkende Studie van
bestaande nationale atlassen uitge-
voerd en die uitgebouwd tot het hier
besproken werk, waarin hij 56 van de
circa 120 tot nu toe versehenen natio
nale atlassen bespreekt qua historisch-
politieke achtergrond, conceptie, con-
ceptionele typering, kartografische uit-
voering en kartografische typering.
Het boek mondt uit in een aanbeve-
lingskader voor toekomstige nationale
atlassen, in het bijzonder voor de
Duitse. In een soort bijlage wordt in-
gegaan op de geschiedenis van het pro-
ject van de Duitse nationale atlas se-
dert ongeveer 1990.
Het werk is vooral inventariserend.
Nadat een operationele definitie voor
het begrip nationale atlas gegeven is, is
het belangrijkste wapenfeit een inde-
ling van de geschiedenis van de natio
nale atlassen in perioden:
de beginperiode (1899-1918)
de ontwikkeling tussen de wereld-
oorlogen (1919-1945)
de periode na de oorlog (1945-1960)
nationale atlassen van de jaren zestig
nationale atlassen van de jaren zeven-
tig
de periode van na 1980.
De grensjaren i960, 1970 en 1980 wor
den niet echt goed beargumenteerd.
Het jaar i960 is inderdaad een water-
scheiding in de atlasproduetie vanwege
het verschijnen in dat jaar van het
toonaangevende werk van Salisjtsjef,
Atlas Nationaux, maar het zal zeker 5
jaar geduurd hebben voordat de eerste
nationale atlassen die zieh daaraan
confirmeerden 00k uitkwamen.
De grote invloed van de Commission
d'Atlas Nationaux van de igu (Inter
nationale Geografische Unie), die van
1952-1972 onder leiding van Salisjtsjef
opereerde, wordt adequaat behandeld;
de invloed van de haar opvolgende
commissie, de igu Commission on
National and Regional Atlases, onder
leiding van Lehmann (1972-1976),
wordt niet vermeld, en evenmin die
van de Joint igu-ica Working Group
on Environmental Atlases (onder lei
ding van Vazquez Maure resp. Bick-
mote 1976-1984) noch de ica Com
mission on National Atlases (Rystedt,
Trainor, 1985-heden). Ook na 1972 zijn
er uit deze begeleidende commissies
veel nuttige aanzetten voor de produc-
tie van nationale atlassen gekomen,
maar dat is niet in deze Studie ver
werkt. Het ideaal van Salisjtsjef, door
standaardisering van legenda's voor
speeifieke thema's en van schalen uit-
eindelijk te komen tot een de hele we-
reld bedekkende thematische atlas,
komt niet aan de orde, niettegenstaan-
de de vele iGU-studies over standaardi
sering van de kartografische weergave
van speeifieke thema's.
Het (onvoldoende gecorrigeerde) boek
lijkt vanuit een bepaalde ideologie ge-
schreven. Van de in 1924 versehenen
Atlas dAlgerie et de Tunisie zegt de
schrijver dat het een atlas is die de uit-
buiting van deze twee Franse kolonien
moest dienen, en niet de nationale be
langen van bijvoorbeeld de Algerijnen.
Het lijkt me een anachronisme dat zo
te stellen; Algerije, zeker het noordelij-
ke, in departementen ingedeelde deel,
werd als deel van het Franse moeder-
land gezien. Maar bij de bespreking
van de Russische nationale atlassen
heeft de auteur het niet over de onder-
drukte bevolking. Koloniale atlaspro-
dueten zoals de Atlas of Egypt uit 1928
of de Atlas ofTanganyika uit 1942 wor
den wel genoemd, terwijl de veel betere
Atlas van Tropisch Nederland (1938) niet
wordt vermeld, laat staan beschreven.
Het boek gaat vrij diep op de beschre
ven produeten in; de auteur heeft
daarvoor eigentijdse besprekingen ge-
raadpleegd. Zo Staat er bijvoorbeeld
aangegeven hoezeer de eerste produe
ten politieke doelstellingen hadden:
Finland was in 1899 een deel van Rus-
land, en in februari van dat jaar was
het Russisch als bestuurstaal inge-
voerd. De nationale atlas werd nog
datzelfde jaar door het Finse Geogra
fisch Genootschap uitgegeven 'in de
twee nationale talen Fins en Zweeds en
in het Frans'. Zelden zal een weten-
schappelijk genootschap de overheid
zo gebruuskeerd hebben.
In de beschrijvingen van de individu-
ele atlassen worden goede en rake ty
peringen gegeven. Zo kenmerken de
atlassen uit de eerste twee periodes
zieh door inventariserende kaarten
(met name van de infrastruetuur), ko
men er in de volgende periode ook
analytische kaarten en na i960 ook
synthesekaarten. Het formaat verän
dert, maar ook de funetie: van natio
naal visitekaartje worden het produe
ten bedoeld om de problemen van het
betreffende Iand te helpen oplossen. Er
komen geleidelijk meer sociaal-econo-
mische kaarten en milieukaarten, en
relatief minder aardwetenschappelijke.
De weergavemethoden worden aan-
vankelijk complexer, maar na 1985
toch ook weer eenvoudiger om een
groter publiek te kunnen bedienen.
Deze Studie brengt een goed overzicht,
dat door systematische vergelijking tot
stand is gekomen. Het is een nuttige
bron voor degenen die zieh in het
fenomeen nationale atlassen willen
verdiepen, en dat geldt natuurlijk voor
de redactie van de nieuwe Duitse na
tionale atlas. Voor een grensverleggend
resultaat had de auteur echter dieper
moeten graven, niettegenstaande zijn
zeer interessante opmerkingen over de
verandering van de funeties van natio
nale atlassen.
F.], Ormeling
41