De toekomst van het kaartbeheer De noodzaak en eilende van overleven of hoe blijven we bij zinnen KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT ARTIKELEN J. Smits kaartbeheer map curatorship conservation des cartes et plans TREFWOORDEN KEYWORDS MOTS-CLES Zowel de kartografie als het kaartbeheer maken moeilij- ke tijden door, waarbij traditionele waarden door tech nologische ontwikkelingen op de tocht lijken te staan. Voor zittende beheerders is het daarom des te belangrij- ker gevoelswaarden, die inherent zijn aan kartografische producten, te vrijwaren van een teloorgang in een toe- komstige technologische overvloed. Om dit te bereiken dienen zij zelf echter technischer te worden. De woor- den zinnig en zintuiglijk krijgen hierdoor een extra be- tekenis. Vooral wanneer deze worden toegepast op de waardering van de gebruiker van kartografische produc ten in het algemeen en de gevolgen die dit mogelijk heeft voor het toekomstige kaartbeheer. Overgangen Er zijn analogieen tussen de overgang van manuscripten naar gedrukte docu- menten en van analoge naar digitale documenten. Wanneer we de overgang van manuscript naar gedrukte werken nader beschouwen zien we in eerste in- stantie een degeneratie van expressie, omdat houtsnijden een grovere tech- nologie was vergeleken met de ganzen- veer. Vooral lijnen en Symbolen zijn grover en onregelmatiger. Pas wanneer de technologie het toelaat dat er een verdere precisering van expressie mo gelijk wordt, bijvoorbeeld door het ge- bruik van kopergravure of lithografie, worden de mogelijkheden die de ma nuscripten boden duidelijk voorbij ge- streefd. Ofschoon het bij digitale kartografie mogelijk is een schaal 1:1 te gebruiken lijken de meeste schermpresentaties grof in vergelijking met gedrukte kaar- ten. Ook omdat het kleurregime, ge- deeltelijk bei'nvloed door de Software en het scherm waarmee we werken, vaak vloekt met onze esthetische smaak. Jan Smits is reeds 20 jaar werkzaam als Kaartbeheerder bij de Koninklijke Bibliotheek (Prins Willem-Alexan derhofs, 2595 BE Den Haag, tel. 070-3140241, e-mail: jan.smits@kon- bib.nl). Tegelijkertijd is de kaartinhoud onderhevig aan verande- ring. Manuscriptkaarten zijn meestal werkdocumenten, symbolisch, juridisch enzovoort en geven meestal een lokale blik op ruimtelijke fenomenen. Gedrukte kaarten geven meestal een statische weergave van (delen van) de aarde en de invloed van mensen daarop en op elkaar, maar geven bo- vendien meer mogelijkheden zieh een realistischer beeld te vormen over ver verwijderde gebieden. De digitale kaart is waarschijnlijk in Staat een dynamischer representatie van wat nu op gedrukte kaarten afgebeeld is mogelijk te maken. Zij draagt het gevaar in zieh de beschouwer te vervreemden van haar basis in de werkelijkheid door haar inherente vir- tualiteit en mogelijkheden voor puur abstraheren. Maar de voortschrijdende vooruitgang van de technologie maakt het tevens mogelijk om zowel de diversiteit aan inhoud als complexiteit in symbolisatie en expressie in elke opeenvol- gende stage te vergroten1). Misschien dat een gedeelte van de degeneratie in expressie die bij een technologische ontwikkeling plaatsvindt het ge- volg is van het feit dat niet meer alleen professionals zieh met het creeren van ruimtelijke visualisaties kunnen bezig- houden, maar dat dit ook door niet-professionals, die ge- makkelijker grip op de nieuwe technologie krijgen, gedaan kan worden. Een ander belangrijk feit is dat nieuwe techno logie het toelaat dat meer mensen de Output, bewust of on- bewust, kunnen zien en manipuleren. Omdat de nieuwe massa's in eerste instantie niet goed getraind zijn in het le- zen van visuele representaties zullen zij minder kritisch zijn dan de professionals1'. Pas wanneer de nieuwe technologie zieh technisch en eco- nomisch bewezen heeft en professionals weer de bovenhand over de niet-professionals kunnen voeren zal de visuele re presentatie minder grof worden en kan er weer meer aan- dacht aan esthetiek geschonken worden. Tezelfdertijd zullen gebruikers de inhoud beter kunnen begrijpen, omdat zij be- ter in Staat zullen zijn de visuele representaties te lezen. De toekomst voor de kaartbeheerder zal er mogelijk uitzien zoals Andrew Tatham van de Royal Geographical Society hem in 1994 verwoord heeft: "We shall no longer provide the users with someone eise's selection and presentation of data, but with the data itself and with the means by which the users can 5

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1999 | | pagina 11