KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
2000-XXVI-I
om de macht, die zo vaak ook op Volke
ren- en talenkaarten de allesbepalende
factor is, te benadrukken. Aan de 'pro-
ceedings' wordt gewerkt.
F.J. Ormeling
Verslag studiedag NVK-werk-
groep voor de Geschiedenis van
de Kartografie te Rotterdam op
12 november 1999
De studiedagen van de NVK-werkgroep
voor de Geschiedenis van de Kartografie
(wgk) zijn in historisch-kartografenland
zo langzamerhand een begrip geworden:
een groeiend deelnemersveld, een immer
gevarieerd programma en een onmisken-
baar platform voor de broodnodige con-
tacten tussen professionele en niet-pro-
fessionele bewoners van de kartografen-
wereld. Ook op de twintigste studiedag
in het bestaan van de wgk - gehouden in
Rotterdam op 12 november 1999 - waren
deze kenmerken weer volledig van toe-
passing. Onder het overkoepelende the-
ma De kartografie van Rotterdam en de
eerste Nederlandse reisten overzee konden
de bijna tachtig belangstellenden genie-
ten van vier uiteenlopende lezingen, het
bezoeken van een kaartcollectie en het
bezichtigen van een tentoonstelling. Rot
terdam heeft in het verleden een meer
dan behoorlijke rol gespeeld in het ver-
ruimen van de geografische horizon.
Eind i6e en begin 17c eeuw maakte de
stad, in navolging van Amsterdam, een
ongekende groei mee. Meer dan eens was
de haven van Rotterdam het vertrekpunt
voor verre reizen naar de Oost en de
West. Uiteraard vonden zowel de interne
groei van de stad als de externe expansie
overzee hun neerslag in kaarten. Een his-
torisch-kartografische studiedag over dit
onderwerp was dus zeker op zijn plaats.
De vier lezingen hadden 's ochtends
plaats in het Gemeentearchief Rotter
dam, tegenwoordig gehuisvest in een
nieuw gebouw aan de Hofdijk nabij ns-
station Hofplein. Het goed geoutilleerde
complex is zeker een bezoek waard. Zo
telt het archief niet minder dan 10.000
kaarten, 325.000 foto's en 90.000 boe-
ken over Rotterdam. Alle archiefstukken
op een rij beslaan een planklengte van
veertien kilometer. Gemiddeld weten elk
jaar 35.000 bezoekers het gemeentear
chief te bereiken.
In de eerste lezing van de studiedag ging
P. Ratsma, voormalig hoofd van de to-
pografisch-historische atlas in het Ge
meentearchief Rotterdam, in op enkele
plattegronden en prospecten van Rotter
dam omstreeks 1600. Als uitgangspunt
nam Ratsma het prentje van Rotterdam
dat op het titelblad Staat van het reis-
journaal van Olivier van Noort, de eer
ste Nederlander die van 1598 tot 1601
rond de wereld voer. Het prentje - dat
ook de uitnodiging voor de studiedag
sierde - is een kleine navolging van een
in 1599 door de Leidse drukker Henric
Haestens uitgegeven gezicht op Rotter
dam. Samen met een stadsbeschrijving
behoort dit prospect bij een stadsplatte-
grond, eveneens in 1599 door Haestens
uitgegeven. De combinatie kaart, pros
pect en stadsbeschrijving kwam aan het
einde van de i6e eeuw in de Nederlan-
den in zwang. Naast het verspreiden van
kennis van de desbetreffende stad werd
hiermee een ideaalbeeld van de stad ge-
presenteerd. Beide aspecten van Haes
tens' uitgaven - de topografie en de re-
presentatie - plaatste Ratsma temidden
van een serie gedrukte kaarten en pros
pecten van Rotterdam uit de periode
1575-1625, waaronder die van Braun
Hogenberg, Serwouters en Van Ber-
ckenrode. Op deze manier gaf hij een
treffend beeld van de ruimtelijke ont-
wikkeling van de stad en van de ideele
betekenis van de plattegronden en pros
pecten voor propaganda-doeleinden.
Na het verhaal van Ratsma, was het de
beurt aan dr. C.J. Zandvliet. De mede-
werker van het Rijksmuseum in Amster
dam behandelde de vroege jaren van de
Nederlandse overzeese kartografie. In
zijn 'causerie' poneerde hij de Stelling
dat de overzeese kartografie rond 1600
pas dan begrepen kan worden, als deze
wordt ingebed in en gerelateerd aan de
beeidende kunsten, de specifieke militai-
re en economische situatie en de toege-
paste wetenschap van die periode. Vol-
Figuur 1 - Drs. A. de Zeeuw r) was de gelukki-
ge winaar van de Caert- Thresoorprijs 1998, die
bij overbandigd kreeg doorprof.dr. G. Schilder
(foto: Marco van Egmond).
gens Zandvliet 'beschouwde men juist
in perioden van crisis - zoals die rond
1600 - kaarten als van vitaal belang om
greep te krijgen op een wereld in veran-
dering'. Vele fraaie dia's illustreerden de
wederzijdse invloed van achtereenvol-
gens de kunsten en wetenschappen, de
vaart op Oost- en West-Indie, de mili-
taire aspecten en de kartografie als on-
derdeel van decoratie in vergaderzalen en
paleizen.
Na de koffie sprak drs. J.C. Nix, conser-
vator van de Atlas van Stolk, over kaar
ten van Rotterdam en overzee in zijn to-
pografisch-historische collectie. Het was
de Rotterdamse houthandelaar Abraham
van Stolk, die rond 1835 de grondslag
legde voor de naar hem genoemde Atlas
van Stolk. Na Abrahams dood hebben
zijn nazaten gezorgd voor de instand-
houding en uitbreiding van de atlas. In
1967 werd de atlas in bruikleen aanvaard
door de gemeente Rotterdam, die de
taak op zieh nam de collectie in stand te
Figuur 2 - De studiezaal van de Atlas van Stolk, waar de deelnemers van de studiedag - gezien de
beperkte ruimte - groepsgewijs enkele kaarten en historieprenten konden bezichtigen (foto: Marco
van Egmond).
66