Impressies in kaart gebracht
GBKN
Organisatie rond de grootschalige basiskaart van Amsterdam
Hoff
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
ARTIKELEN
anovni«
Sucncnwerfcingsv
beheer van geografische informatie, kaartproductie, grootschalige topografie TREFWOORDEN
management of geographic information, map production, large scale topography KEYWORDS
gestion de 1 information geographique, production de carte, topographie grande echelle MOTS-CL^S
De afdeling Landmeten van Geo-informatie Amsterdam
(gea) beheert de grootschalige kaart van de gemeente Am
sterdam. Deze wordt in de praktijk het dtb ofwel Digitaal
Topografisch Basisbestand genoemd. Geen originele naam,
want er is minstens een andere instantie die haar grootschali
ge kaartmateriaal diezelfde naam heeft gegeven. Andere as-
pecten rond 'onze' dtb zijn mogelijk unieker: de complexe
organisatorische structuur van een stad opgedeeld in stadsde-
len, het veelsoortige terreingebruik. In dit artikel geef ik u
een impressie van wat daarbij zoal een rol speelt.
Enkele droge feiten
Amsterdam is een zogenaamde zelfregi-
strerende gemeente en maakt haar eigen
grootschalige kaartmateriaal: het Digitaal
Topografisch Basisbestand (dtb) dus.
Het is een kaart die het hele grondgebied
van de gemeente afbeeldt, verdeeld over
ruim 1370 kaartbladen, die ieder een ge-
bied van 375 m bij 475 m omvatten. De
kaart heeft een uitgebreidere inhoud dan
een Grootschalige Basiskaart Nederland
(gbkn) en wordt zodanig gemaakt dat ze
bij afbeelding op schaal 1:500 het best
leesbaar is. De nagestreefde nauwkeurig-
heid is, uitzonderingen daargelaten, 5 cm
voor de bebouwing en 15 cm voor de
rest. En de actualiteitsdatum mag niet
ouder zijn dan 2 jaar, waarbij het plan is
dit sterk te verbeteren.
Het dtb is in twee opzichten plat: de
derde dimensie wordt niet afgebeeld en
het bestand bestaat uit grafische demen
ten waarvan de codering het afgebeelde
soort topografisch dement aangeeft; ver-
der geen labels, geen vlakvorming.
De inwinning van mutaties
Binnen de gemeentegrens vindt men een
Ineke Hoff is verantwoor-
delijk voor de productie
en bijhouding van het
Digitaal Topografisch
Bestand van Amsterdam.
Geo-informatie Amster
dam, Postbus 94109,
1090 GC Amsterdam,
[t] 020 - 5964622, [e]
ihoff@geo.amsterdam.nl
grote variatie in terreinsoorten: van weilanden tot de oude bin-
nenstad, van park tot industriecomplex. Bij de inwinning van
mutaties voor het dtb moet men rekening houden met deze
verschillende soorten topografie. Vooral meten in de binnen-
stad is geen sinecure: oponthoud door verkeersopstoppingen,
ladende en lossende vrachtauto's, het vinden van een parkeer-
plaats in de buurt waar gemeten moet worden. En als eindelijk
het toestel Staat opgesteld is het leed nog niet geleden: massa's
mensen die door het beeld van het toestel lopen, vrachtauto's
die de grond, met toestel en al, doen trillen. De meting vor-
dert dan niet zo snel. Uitwijken naar andere meetmethoden is
meestal niet mogelijk: de hoogte van de bebouwing maakt een
GPS-ontvanger onbruikbaar en in luchtfoto's onttrekken om-
valling, schaduw en boomkruinen het maaiveld aan het zieht.
Dat geldt overigens niet alleen voor de binnenstad, maar 00k
voor de 18e-eeuwse bebouwing die daaromheen ligt. Een
voordeel is dan de grote hoeveelheid grondslagpunten die de
Amsterdamse landmeter tot zijn beschikking heeft. Binnen de
bebouwde kom zijn namelijk stelselmatig de hoeken van gevels
dusdanig in coördinaten bepaald dat deze als grondslagpunten
kunnen worden gebruikt. Vaak zijn er vanuit een willekeurige
standplaats meer dan genoeg van deze zogenaamde gevelpun-
ten zichtbaar om de posirie van die standplaats te bepalen. Po
lygoneren is dan overbodig. Deze overvloed zijn we zo gewend
dat we bij metingen in de polders, grote groengebieden en der-
gelijke er rekening mee moeten houden extra tijd in te plan
nen voor het leggen van grondslag.
Het havengebied en de industrieterreinen kennen zo hun ei
gen sores: niet ieder bedrijf verleent even makkelijk toestem-
ming om het terrein te betreden om er te meten. Soms zijn
veiligheidsmiddelen nodig: heim, veiligheidsbril, schoenen
met stalen neuzen. Vervuilde grond komt men 00k tegen en
niet alleen op industrieterreinen: het zijn juist vaak bouwplaat-
sen in de oude binnenstad, waar bijvoorbeeld leerlooierijen
eeuwen geleden loodveronrreiniging hebben veroorzaakt.
Landmeten in Amsterdam is vaak vuil werk. Wat te denken
van de hond die de poot van het statief als boom gebruikte, of
liever van zijn baas: hij stond erbij en keek ernaar. Een gevel-
hoek aanmeten die door de kroegbezoekers als urinoir is ge
bruikt. Een trottoirband met nog niet opgehaalde, openge-
scheurde vuilniszakken. Zo'n leuk vak, landmeter!
17