Overzicht GBKN-vervaardiging
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
2000-XXVI-2
Kadastervestigingen, waarbij medewerkers van het Kadaster de
uitvoerende organisatie invullen. In Noord-Holland bestaat
dit zelfs uit een organisatie met een part-time directeur en een
vijftal medewerkers, die in dienst zijn bij de Stichting Basis-
kaart Noord-Holland. In Brabant en Limburg is de verant-
woordelijkheid voor het beheer bij het nutsbedrijf Essent neer-
gelegd.
De circa 50 gemeenten hebben de vervaardiging in de regel
volledig zelf risicodragend gefinancierd en voldoen met hun
basisbestand aan de gestelde productspecificaties. In het bij-
houdingsproces speien overigens momenteel veel meer ge
meenten op een of andere manier een rol, hetzij voor signale
ren van mutaties, hetzij voor inwinnen van de mutaties of voor
volledig bestandsbeheer.
Tussen het lsv-gbkn enerzijds en de rsv's en gemeenten an-
derzijds bestaat geen hierarchische relatie. In het lsv-gbkn zijn
de koepelorganisaties Energiened, Unie van Waterschappen,
vng en vewin vertegenwoordigd waarvan leden deelnemen
aan de rsv's. Alleen kpn en Kadaster zijn rechtstreeks zowel in
het lsv-gbkn als in de rsv's vertegenwoordigd. Gevolg hier-
van is dat het lsv-gbkn tot nu toe slechts een beleidsinitieren-
de en adviserende rol heeft gehad. De rsv's en gemeenten
kunnen de adviezen naast zieh neer leggen en voor eigen be
leid kiezen, waardoor de diversiteit in aanpak is ontstaan. Figuur 1 -
Productie-overzicht
per 1-1-2000.
Peildatum 31 december 1999
0 Gereed 3.537 000 ha 99.3%
Nog met gereed 25.000 ha 0.7%
Verkooppunt bij gemeente
Verkooppunt bij Kadaster
Oveng verkooppunt
Provinciegrens
Gemeentegrens
Productie en bijhouding
Vooral na 1990 is de productie van de
gbkn in een versnelling gekomen. Nage-
noeg 70% van het totaal in kaart te
brengen oppervlak is in de laatste tien
jaar vervaardigd. Dit is vooral veroor-
zaakt door de automatisering van de be-
drijfsprocessen bij de gemeenten en
nutsbedrijven die hierbij een digitale ba-
siskaart hard nodig hadden. Nog steeds
zijn er grote conversieprojecten gaande
met name bij de nutsbedrijven waarbij
duizenden beheerkaarten van kabels en
leidingen worden gedigitaliseerd.
Per 1 januari 2000 was 99,3% van Ne-
derland in kaart gebracht. Alleen in de
provincies Overijssel, Limburg en Zuid-
Holland moesten nog 25.000 ha. ver
vaardigd worden. In figuur 1 is hiervan
een overzicht te vinden.
Volgens de huidige planning zal de laat
ste gbkn aan het eind van 2000 in de
gemeente Hardinxveld-Giessendam wor
den opgeleverd. Hiermee wordt in het
25c jaar van het bestaan van de gbkn de
volledige vervaardiging een feit.
Voor het totale bedrag dat gei'nvesteerd
is in 25 jaar is moeilijk een nauwkeurig
getal te geven. Vooral uit de beginjaren
is niet meer te achterhalen hoeveel er is
uitgegeven; daarnaast zijn binnen de ge
meenten de kosten niet altijd apart gere-
gistreerd voor het gemeentelijk basisbe
stand maar verwerkt in de kosten van de
landmeetkundige of vastgoedafdeling.
Geschat wordt dat er zeker 400 miljoen
is gei'nvesteerd door de samenwerkings-
verbanden en gemeenten gezamenlijk.
Vanaf de oplevering van het eerste be
stand is er al gesproken over de bijhou
ding van de bestanden. Nu de vervaardi
ging gereed is, worden in de meeste sa-
menwerkingsverbanden per jaar afspra-
ken gemaakt over de hoeveelheid te ver-
wachten mutaties en de daarvoor beno-
digde budgetten. Op deze wijze wordt
vooraf de financiele bijdrage bepaald
voor elke deelnemer en afnemer. Soms
zijn de kosten gebaseerd op het aantal
punten per mutatie met een bijbehoren-
de puntprijs voor inmeting en verwer-
king, soms gebaseerd op een prijs per
mutatie, waarbij de omvang van de mu
tatie de prijs bepaalt.
Ook worden afspraken gemaakt welke
organisaties de daadwerkelijke opsporing
van mutaties uitvoeren, de inmeting er-
van verzorgen en de mutatiebestanden
aanleveren. Meer en meer is er een ver-
schuiving gaande van uitvoering door
het Kadaster naar uitvoering door de
partieiperende gemeenten en naar uit
voering door marktpartijen, (landmeet
kundige ingenieursbureau's).
42