VAN DE REDACTIE
De redactie van het Kartografisch Tijdschrift
zoekt versterking!
We zien uit naar uw reactie!
200I-XXVII-I
Na onze welvoorziene kerstdis is her goed te beseffen dat die
niet overal zo welvoorzien was; gelukkig zijn er ook betrokken
kartografen die de mogelijkheden van ons vak uitbuiten om
ons te wijzen op de huidige en toekomsrige ontwikkelingen op
het gebied van de voedsel- en dus bestaanszekerheid. Het be
lang van de gebruikte kaartprojectie voor een dergelijke pre-
sentatie heeft Frans Depuydt in voorgaande artikelen op dit
gebied al aangegeven.
We zijn blij dat dit nummer weer een theoretische bijdrage op
het gebied van de projectieleer bevat, ditmaal van de twee
Utrechtse Studenten Elger Heere en Martijn Storms (ze zijn
net tot de redacties van respectievelijk Kartografisch Tijdschrifi
en Caert-Thresoor toegetreden), die de ideeen in deze van Peter
Mekenkamp verder uitwerken.
Op historisch gebied is er een bijdrage van Marco van Eg-
mond, hoofdredacteur van ons zustertijdschrift Caert-Thresoor,
over de kartografische ßrma Mortier, Covens en Zoon in de
19e eeuw: een knappe reconstructie uit secundaire bronnen,
die het verloren gaan van het bedrijfsarchief compenseert.
Het andere uiterste van het kartografische blikveld wordt be-
streken door Edward Verbree en Gert van Maren over de bij
drage van Virtual Reality aan de overdracht van de inhoud van
plannen op het gebied van de ruimtelijke ordening: gelukkig
blijkt er ondanks alle sombere berichten daarover toch nog
kartografisch-georienteerd onderzoek gedaan te worden aan de
Technische Universiteit in Delft.
Ons streven op alle Nederlands(talig)e kartografische promo-
ties in te gaan heeft geleid tot de bijdrage van Frans van der
Wel op basis van zijn dissertatie: hoe moet je onzekerheidsin-
formatie toepassen om de voor bepaald gebruik juiste ruimte
lijke informatie uit de almaar zwellende ruimtelijke informa-
tiestroom te halen? Het is niet altijd zo dat de meest nauwkeu-
rige ruimtelijke informatie voor elke toepassing of vorm van
besluitvorming ook de optimale is, en Frans helpt op weg bij
het selecteren van de optimale bronnen.
Nauwkeurigheid of onzekerheid is ook een belangrijk aspect
bij de internationale zeekaart in zijn elektronische uitvoering:
de Electronic Navigation Chart. Op de brug van onze oceaan-
stomers vindt men nu elektronische zeekaart-display-systemen
(ecdis), waarvoor men elektronische navigatiekaarten vervaar-
digt, die eerst kwaliteitstesten ondergaan voordat ze als zoda-
nig worden geaccepteerd. De bijdrage hierover is van Michel
Huet van het Internationaal Hydrografisch Bureau in Mona
co, dat deze kaartserie coördineert.
AI zeggen we het zelf: een behoorlijk gevarieerd nummer. En
dan hebben we nog niet eens de kaartbijlage van Marijn Bos-
ma vermeld, die besproken wordt door Albert Ras. En even-
min het neusje van de zalm, om in kerstdistermen te blijven,
de bijdrage van Freek Rurup over zijn typografische mental
maps: de door hem uitgewerkte manier om zijn herinneringen
met ruimtelijk verankerde herinneringen te ordenen, in kaart-
vorm. Het leidt tot heel bijzondere kartografische documen-
ten, en we hadden ze graag nog groter afgedrukt dan nu het
geval is. Wellicht dat zieh daarvoor nog een Sponsor aanmeldt!
De redactie van het KT is op zoek naar een nieuw redactielid, dat zieh speeifiek met de advertentiewerving bezig wil hou-
den. Advertenties vormen een wezenlijk onderdeel van het Kartografisch Tijdschrifi. Ze geven overzicht over de voor de
kartografie relevante produeten en diensten, zoals die door bedrijven en instellingen worden aangeboden. Daarnaast vor
men advertenties een belangrijke bron van inkomsten, nodig om het Kartografisch Tijdschrift uit te kunnen geven. Op dit
moment houdt reeds een redactielid zieh speeifiek met advertentiewerving bezig, bijgestaan door de overige redactieleden
en het bestuur. Het nieuwe redactielid zal er dan ook niet alleen voor komen te staan. Kennis van het moderne kartogra
fische werkveld wordt op prijs gesteld, maar is niet strikt noodzakelijk. Enthousiasme om een actieve bijdrage aan de tot-
standkoming van het Kartografisch Tijdschrifi te leveren Staat voorop. Voor wat betreft de te leveren tijdsinspanning kan
worden gedacht aan 8 dagen per jaar, inclusief de tijd benodigd voor het bijwonen van de redactievergaderingen.
Meer informatie over deze onbezoldigde funetie is te verkrijgen bij
Ferjan Ormeling
(voorzitter van de redactie, [t] 030-2531373, [e] f.ormeling@geog.uu.nl),
Chris Snabilie
([t] 020-6907447, b.g.g. 020-6268549) of
Albert Venemans
([t] 073-6817522 of 073-6139694, [e] b.a.venemans@dnb.rws.minvenw.nl).
Bij een van deze personen kunt u ook uw belangstelling kenbaar maken.
4
