Server
ode 1
ode 2
Node 3
NCGI
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
2QOI-XXVII-2
NCGI,
zo werkt het.
Catalog
Service
'Corba IIOP
Web Server
Catalog
Service
HTTP
HTTP
IIOP
Catalog
Service
Catalog
Service
Corba IIOJ
Catalog
Service
Corba I- TTf
Catalog
Service
Gate kee per
Catalog
Service
Meta
data
Node 3c
Het zoeken naar metadata gaat als volgt in zijn werk:
1Een gebruiker met een standaard browser (Microsoft Explo
rer, Netscape) verbonden met het internet geeft de URL van
het NCGI op www.ncgi.nl
2. De browser maakt contact met de web-server van het NCGI
en stuurt een java applet (stukje Software) terug. Hiervoor
wordt HTTP als protocol gebruikt. (De web-server van het
NCGI is een stukje standaardsoftware dat draait op de Com
puter (server) van het NCGI).
3. De java applet wordt ontvangen door de browser en vormt
de zoekinterface. Het NCGI wordt dus in eerste instantie al-
leen maar gebruikt om een stukje Software (zoekinterface)
naar de gebruiker toe te sturen.
4. De gebruiker kan vervolgens een vraag (query) formuleren in
de zoekinterface.
5. De vraag wordt vervolgens weer verstuurd naar de Server
van het NCGI. Bij het NCGI wordt deze vraag opgevangen
door de Catalog Service (Software) die ook draait op de Ser
ver van het NCGI.
6. Wat is een Catalog Service?
Een Catalog Service is een OpenGIS-component die de vraag
naar metadata afhandelt. Let wel: de Catalog Service hoeft zelf
geen metadata bij zieh te hebben: in het geval van het NCGI is
er alleen sprake van een doorverwijzing naar andere catalogi
(aanbieders van metadata) die aan het NCGI gekoppeld zijn.
Het NCGI heeft zelf (in beginsel) immers geen metadata.
Zo is de Catalog Service van het ncgi verbonden met Catalog
Services van de verschillende aanbieders van metadata. Deze
kunnen vervolgens weer doorverwijzen naar Catalog Services
binnen de organisaties. Zo ontstaat een heel netwerk van Ca
talog Services die aan elkaar geknoopt zijn.
Een Catalog Service kan natuurlijk ook een brug vormen naar
een netwerk van Catalog Services van een ander clearinghou-
se. Het NCGI kan zo met het NCGI worden verbonden, zon-
der dat hiervoor extra ontwikkelingen moeten plaatsvinden.
Zo zou dus ook een netwerk voor de gemeenten kunnen
worden gekoppeld met een netwerk van waterschappen enz.
Uiteindelijk zal er aan het uiteinde van het netwerk metadata
aanwezig zijn, waardoor de vraag beantwoord kan worden.
De vragen die aan de Catalog Service van het NCGI worden
gesteld worden dus doorgesluisd en als het wäre parallel afge-
handeld door de verschillende nodes (of sub nodes of sub-sub
nodes enz.).
Voor de communicatie wordt gebruik gemaakt van CORBA.
Hierdoor kan elke Computer die verbonden is aan het inter
net worden ontsloten. Het mooie van CORBA is dat het alle
soorten Operating Systemen ondersteunt: NT, UNIX, VMS
enz. Kortom: iedereen kan aansluiten.
7. Uiteindelijk wordt de vraag dus door een van de nodes (aan
bieders van metadata) beantwoord. Het antwoord vindt zijn
weg terug Over de verschillende Catalog Services
8. Een node is met dit OpenGIS-concept (technisch gezien) ui-
termate simpel in de lucht te krijgen. Het enige wat men no-
dig heeft is een Computer aan het internet, en een stukje Soft
ware (een Catalog Service) en uiteraard een database met
metadata. Vervolgens kan de node worden aangemeld bij het
NCGI: klaar!
Het grote voordeel van deze architectuur is:
Snel operationeel, zonder hoge kosten.
Eenvoudig uitbreidbaar: iedereen kan zijn eigen netwerk van
catalogi eraan koppelen. Men kan zo diep nesten als men maar
wil.
Goed te beveiligen. Iedereen kan zelf aangeven welke Catalog
Services doorzocht mögen worden. Bepaalde delen kunnen
achter zogenaamde firewalls (digitale beveiligingen) worden
gestopt en alleen geautoriseerd worden aan bepaalde gebrui-
kers.
21