üt 42 KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT 2OOI-XXVII-4 tot nu toe onmogelijk gebleken het hele proces van het on-de- mand genereren van kaarten te automatiseren. Aan de ene kant is het begrip van de kaartenmaker van het digitale ob- jectmodel beperkt tot hetgeen expliciet is beschreven. Aan de andere kant is hetgeen de kaartenmaker kan afleiden uit de gebruikerseisen vaak niet veel meer dan een grof kader be- staande uit niet-uitputtende regels, voorschriften en beperkin- gen. Style-sheets, scene-graphs of individuele Symbolen kan men nog zo goed van te voren vastleggen in een objectmodel, toch zal hun automatische implementatie vaak resulteren in een onacceptabele grafische weergave. Daarom moet een kaar tenmaker veel beslissingen al doende, op interactieve wijze ne- men om een er correct uitziend kaartproduct te realiseren. De reikwijdte van kartografische producten AI sedert een ver verleden hebben kaarten gediend als favoriete communicatiegereedschappen om mensen te helpen persoon- lijke mentale modellen ('tertiaire modellen') van hun levende omgeving te construeren of bij te stellen. Moderne kaarten hebben zieh ontwikkeld uit een naturalistische en foto-realisti- sche documentatie van de werkelijkheid. Door de succesvolle overgang van kaartontwerptechnieken van naturalisme naar abstractie hebben kaartenmakers meer en meer vrijheid gekre- gen om de grafische weergave van onzichtbare of verborgen as- pecten van ruimtelijke concepten in hun kaarten te integreren. Gekenmerkt als ze zijn door een ruimtelijk verwijzingskader, een afbeeldingsschaal, generalisatie en symbolisatie, worden kaarten beschouwd als het toppunt van de kartografische we- tenschap en kunst. Recente ontwikkelingen in de kartografie neigen echter tegen deze 'heilige' traditie van het vak in te gaan. Meer en meer beroepskartografen keren zieh af van de standaardkaarten om te experimenteren met nieuwe uitdruk- kingsvormen. Aan de ene kant worden abstracte kaartsymbo- len, om dichter bij intuitieve leesprocessen te komen, ver- vormd, verwerkt en geconcretiseerd door de toepassing van anamorfoses, multimedia en animatietechnieken (zie figuur 2). Aan de kant van het successievelijke vervormen (morphing) wijkt het abstraheren geheel voor het fotorealisme of naturalis me. Aan de andere kant worden de ontwerpelementen van kaartsymbolen teruggebracht of geminimaliseerd ten behoeve van de analyse van ruimtelijke gegevens, zodat al wat tenslotte overblijft als grafische weergave een topologisch skelet is. Veel kartografische informatiesystemen bieden interactieve kaarten aan die makkelijk hun uiterlijk kunnen wijzigen in kaartverwante weergaves en andersom. Tijdens een gesimuleerde 'fly- through' kunnen de gebruikers gemak- kelijk een landschap bekijken, en er- doorheen navigeren, terwijl het overgaat van een verticaal, via een oblique in een horizontaal aanzicht. Kaartverwante weergaven wijken af van kaarten wanneer we uitgaan van de geo metrische eigenschappen (zoals een vo- gelvluchtkaart), de dimensies van het projectie-oppervlak (zoals reliefweergave op een globe), de ontwerpstijl (zoals foto-realisme), de weergave media (zoals een beeldkaart) en de manier van waar- neming (zoals audio-visuele presentatie). De verbinding tussen kaartverwante weergaven en kaarten wordt gekenmerkt door de overeenkomst of vergelijkbaar- heid met betrekking tot het ruimtelijke referentiekader, de inhoud van het kaart(verwante)-product en het schaal- bereik. Kaartgebruikers hebben geleerd om ver- schillende kartografische producten te apprecieren. Ze zijn betrekkelijk onge- voelig voor de grens tussen kaarten en kaartverwante weergaven. Of kaartsym bolen nou op de oorspronkelijke tafere ien lijken of niet, kan de kaartgebruikers 00k weinig schelen omdat elk goed ont- worpen kartografisch produet hun nieuwsgierigheid op zijn eigen manier prikkelt. De waarheid is dat kartografi sche producten hun eigen waarde blijven houden als grafische kunstobjecten, 00k al zijn de weergegeven gegevens niet meer actueel of bruikbaar. Een anamorfose-visualisatie gebaseerd op gebiedsgroottes die proportioneel zijn met de betreffende waarden, op polyfo- cale projecties of op dynamische lenzen ■I 'lllllliii BS iiMin" Figuur 5 - Flet weer- gave-oppervlak als ontwerpelement: kartografische lenzen of anamorfoses (naar [Rase, 2001]).

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 2001 | | pagina 48