KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
2002-XXVIII-2
tal kleinere rechtsom draaiende wervels.
Besloten wordt om een aantal malen op
een oost-west raai in detail metingen uit
te voeren waarbij deze raaien door het
centrum van een verhoging (of verla-
ging) in het zeeoppervlak gaan (figuur i).
Bovendien worden deze raaien gestart
vlakbij de kust van Mozambique zodat
ook bepaald kan worden of er een conti-
nue, zuidgaande stroming längs het Afri-
kaanse continent is.
AI op de eerste meetraai, ongeveer ter
hoogte van Maputo, wordt duidelijk dat
de satellietmetingen een uitstekende in-
dicatie geven over de Stromingen. Er
blijkt inderdaad een grote, linksom
draaiende, wervel aanwezig te zijn. Dit is
niet alleen duidelijk uit de snelheidsme-
tingen die op een serie stations vanaf het
schip worden uitgevoerd, maar ook uit
de informatie die we van de stuurlieden
krijgen. De Pelagia blijkt alleen goed op
de uitgezette koers te kunnen varen als
de stuurlieden flink compenseren voor
de drift waarmee het schip vanaf de oor-
spronkelijke koers wordt gezet. Uit deze
scheepsdrift wordt een goede indicatie
verkregen van de oppervlaktestromingen
(figuur i). Ook blijkt op deze raai dat er
geen Sterke zuidwaarts gerichte stroming
längs het Afrikaanse continent aanwezig
is. De zuidwaarts gerichte stroming
blijkt duidelijk samen te hangen met een
grote wervel met een diameter van een
paar honderd kilometer die ongeveer in
het centrum van het Kanaal ligt. De
hierdoor veroorzaakte ronddraaiende
stroming is naar het zuiden gericht aan
de westkant van de wervel en begint op
Figuur i. Traject van de Pelagia in het Kanaal van Mozambique samen met i) altimetrie metin
gen van de hoogte van het zeeoppervlak waarbij de blauwe gebieden een verlaging aangeven en de
rode gebieden een verhoging en 2) de oppervlaktestromingen zoals bepaald uit de scheepsdrift van
de Pelagia. Op de oost-west gelegen trajecten werden uitgebreide metingen verriebt. Resultaten van
snelheidsmetingen op 24 Zuid worden getoond in figuur 2.
grote afstand van het Afrikaanse continent. Vanwege tijdge-
brek is het niet mogelijk om de meetraai helemaal door deze
wervel te laten gaan. De metingen worden beeindigd nadat het
centrum van de wervel gepasseerd is en de metingen op het
laatste Station hebben kunnen aantonen dat de stroming aan
de andere kant van de wervel inderdaad tegengesteld van rich-
ting is zoals te verwachten is bij een ronddraaiende wervelstro-
ming. Deze noordgaande stroming wordt inderdaad op het
laatste Station van deze meetraai gevonden.
In figuur 2 zijn de resultaten van de snel
heidsmetingen op deze raai weergegeven
waarbij positieve (negatieve) getallen de
sterkte van de zuidwaarts (noordwaarts)
gerichte stroming aangeven. Duidelijk is
te zien dat de Stromingen ten gevolge
van de wervel het sterkst zijn nabij het
oppervlak. Bovendien is de invloed van
de wervel tot op de bodem, op grote
diepte, te zien. Het meest oostelijke Sta
tion laat zien dat de stroming op deze
plaats van richting is omgekeerd. Nabij
Figuur 3. Locatie van de stroommeter veranke-
ringen in het Kanaal van Mozambique die ge-
durende zp maanden de Stromingen ter plekke
hebben gemeten. De baan van een verloren ge-
waande, maar recent losgeslagen, verankering
(zie tekst) is getekend. Deze baan geeft duide
lijk aan dat er een ronddraaiende stroming is.
Resultaten van verankering ACS06 en ACS08
worden getoond in figuur 4.
Mozambique
Madagascar
ACS06
ACS08
baan losgeslagen verankering
39°E 40° E 41 °E 42°E 43°E 44°E 45°E
lengtegraad
lokatie stroommeter verankeringen in Mozambique kanaal
29