44
INTERACTIEF
2002-XXV1II-2
berichten
GIN en de geschiedenis van de
geo-informatie in Nederland
Toekomst, heden en verleden van de
geo-informatie in Nederland gaan mij
ter harte. Daarom zit ik ook in de redac-
tie van bijvoorbeeld Geodesia en De Hol-
landse Cirkel. In de eerste Nieuwsbrief
Geo-informatie Nederland (gin) voor
meer dan de helft van de oplage verzon-
den bij het februarinummer van Geode
sia wordt voor een mogelijke nieuwe,
brede vereniging een werken in secties
gesuggereerd. Het zou gaan om secties,
die een afspiegeling zouden vormen van
de huidige werkterreinen van 'de' vereni-
gingen. Genoemd wordt dan onder an
dere een sectie 'geschiedenis'. Vanuit de
nieuwe overkoepelende vereniging
zou(den) ook een of meer djdschriften
moeten worden uitgegeven. Niet niks en
er bestaat ook al van alles. Persoonlijk
zou ik het sterker hebben gevonden als
de GIN-Nieuwsbrief in een kadertje bij
voorbeeld bestaande tijdschriften ter
zake had genoemd. De redactie van de
GIN-Nieuwsbrief heeft dat overzicht zelf
wel, maar elke lezer niet.
De GIN-Nieuwsbrief bevat niet alleen
een lijst van verenigingen, die meewer-
ken aan de oprichting van gin, maar
zelfs van clubs die wel 'betrokken zijn'
maar nog niet eens participeren (knag
en Hydrographie Society). Organisato
risch zijn 'de' betrokken verenigingen
divers. Een deel kent natuurlijke perso-
nen als lid en een deel alleen rechtsper-
sonen. In die dus erg brede lijst komen
niettemin het historisch-kartografisch
tijdschrift Caert-Thresoor en de geode-
tisch-historische stichting 'De Hollandse
Cirkel' (met een gelijknamig blad) niet
voor. Dat vind ik vreemd. Een van de
deelnemers in de stichting 'De Holland
se Cirkel' is de stichting 'Geodesia' als
koepel van vier verenigingen, waarvan
de besturen meewerken aan de oprich
ting van gin. Daarnaast participeren de
werkgevers van GlN-initiatiefnemers roy
aal in de stichting 'De Hollandse Cir
kel'. Van Caert-Thresoor kan ik niet nala-
ten te vermelden dat het net 20 jaar be
staat en in 2002 de 750c abonnee hoopt
te begroeten. Het zijn dus geen margina
le gremia en uitgaven die door GIN
(vooralsnog?) worden genegeerd. Bij de
vraag naar het 'waarom' past geen moge-
lijk negeren van geschiedenis, want die
werd juist als voorbeeld voor een sectie
genoemd!
Door enerzijds geen enkel contact op te
nemen of maar te suggereren met Caert-
Thresoor en De Hollandse Cirkel en an-
derzijds al wel te publiceren Over een
GlN-voornemen tot een sectie 'geschiede
nis' wil gin kennelijk een verdere frag-
mentatie van de geschiedschrijving van
de geo-informatie in Nederland bevor
deren. Dat lijkt mij geen goede zaak.
Bundeling van krachten zou toch een
sterk punt van gin zijn? Men vist allen
in dezelfde vijver, zeker wat betreft echt
schrijvende redacteuren en auteurs.
Graag schrijf ik deze reactie op de gin-
Nieuwsbrief voor het tijdschrift Geodesia
en het Kartografisch Tijdschrift. Het lijkt
me historisch juist en leuk als daarin dis-
cussie wordt gevoerd Over ook het gin-
initiatief. Eigenlijk snap ik ook niet
waarom de GIN-Nieuwsbrief niet ge-
woon in Geodesia en het Kartografisch
Tijdschrift zou kunnen staan. Dat ik die
fusie leuk vind zal duidelijk zijn. Dat
was al zo bij een peiling in 1995.
A. den Boer
De Nieuw(st)e Kaart van Neder
land in digitale vorm
De inventarisatie van ruimtelijke plannen
van 2010 tot 2030 komt ook beschikbaar in
digitale vorm. Als GIS-bestand voor de
professionele gebruiker en ah digitale poster
op cd-rom.
Lokale plannen, structuurplannen, her-
structureringsplannen, infrastruetuur-
plannen, waterplannen, streekplan
nenwat zijn we allemaal van plan
met Nederland in de körnende jaren?
Een inventarisatie van alle toekomst-
plannen op het gebied van de ruimtelij
ke ordening wordt integraal in beeld ge
bracht op de Nieuwe Kaart van Neder
land. De vorige (en eerste) versie van de
Nieuwe Kaart verscheen in 1997 en be-
vatte bijna 3.000 projecten met betrek-
king tot wonen, werken, infrastruetuur
en natuurontwikkeling.
De tweede Nieuwe Kaart van Nederland
heeft als planhorizon 2010 tot 2030. De
Kaart bevat de schetsen en gegevens van
maar liefst 5.000 plannen, aangeleverd
door gemeenten, provincies, ministeries
en talloze stedenbouwkundige ontwerp-
bureaus. Nieuwe legenda-eenheden zijn
onder andere de herstrueturering van be-
staand stedelijk gebied en de plannen
van de waterschappen. Deze Nieuwe
Kaart van Nederland 2010-2030 is op 7
maart officieel gepresenteerd in Muziek-
centrum Vredenburg te Utrecht.
Ook deze tweede inventarisatie van
ruimtelijke toekomstplannen komt via
Bridgis in Tiel beschikbaar voor de pro
fessionele gebruikers van Geografische
Informatie Systemen (gis). Het bestand
is vanaf 4.000,-. leverbaar in drie
gangbare formaten (ArcView, Mapinfo
en nen 1878) Voor de Nieuwe Kaart van
Nederland heeft Bridgis met medewer-
king van de Topografische Dienst een
speciale versie van TopMapioo geschikt
gemaakt als ondergrondkaart. Deze
kaart is leverbaar vanaf 900,-.
Nieuw is de door Bridgis ontwikkelde
Nieuwe Kaart op cd-rom die kan wor
den beschouwd als een digitale 'poster'.
Het programma biedt de mogelijkheid
tot scrollen, zoomen, het aan- en uitzet-
ten van plantypen, gebieden selecteren
via een overzichtskaart of op plaatsnaam,
en plannen selecteren op naam. Van alle
plannen zijn naam en bronhouder te
raadplegen. De cd-rom gaat 50,- kos
ten.
Voor organisaties die slechts incidenteel
van het basisbestand gebruik willen ma-
ken komt de Nieuwe Kaart van Neder
land beschikbaar in de geografische mo-
nitor die Bridgis binnenkort via internet
gaat aanbieden.
verslag
Verslag studiedag De Franse
kaarten van Drenthe en de
noordelijke kust
Zo'n 400 belangstellenden kwamen af
op de studiemiddag De Franse kaarten
van Drenthe en de noordelijke kust (1811-
1813), die op 17 november 2001 in Assen
gehouden werd; een nog nimmer ver-
toond bezoekersaantal in de geschiedenis
van de NVK-werkgroep voor de Geschie
denis van de Kartografie (wgk). De wgk
was dan ook niet de hoofdorganisator
van de studiedag; daarvoor was de
Drentse Historische Vereniging (dhv)
verantwoordelijk. Deze actieve club, die
maar liefst 1300 leden telt, vierde met
het Symposium in Assen haar vierde lus-
trum. Ter gelegenheid van dit heuglijke
feit stonden drie lezingen en de aanbie-
ding van een faesimile vroeg-i9e-eeuw-
se Franse manuscriptkaarten in atlas-
vorm op het programma. Voor de
wgk een mooie gebeurtenis om bij aan
te sluiten.
De eerste spreker, historisch-geograaf
Hans Elerie, bekeek het Drentse land-
schap 'van binnenuit'. Aan de hand van
de omgeving van zijn eigen woonplaats
Anloo ging hij in op de landschappelijke
veranderingen, die sinds het uitbrengen
van de Franse kaarten waren opgetreden.