KARTOGRAPISCH TIJDSCHRIFT
2002-XXVTII-4
Aantal kaarten
per continent
en Nederland
in 1877 en heden
10 kaarten
Nederland
Overig Europa
Figuur 2. Anamorfose
van het aantal kaar
ten Nederland versus
de overige secties van
de atlas voor de eerste
editie van de Bosatlas
(1877) en de lautste
(2001). De vormge-
ving van de anamor
fose van de eerste edi
tie is ontleend aan
Geerlings e.a. [1781].
lijks of niet in relatie waren te brengen tot een Nederlandse
probleemstelling. Voorbeelden hiervan zijn het Snowy River
project, de stedelijke uitleg van Canberra, de industriele struc-
tuur van de Damodarvallei, de inrichting van een volkscom-
mune in China en de stedelijke structuur van Brasilia enz.
Die Sterke nadruk op Nederland is de onvermijdelijke conse-
quentie van het feit dat het Nederlandse aardrijkskundeonder-
wijs in navolging van de pedagogische theorie van Klafki
[1994] in toenemende mate het karakter heeft gekregen van
onderwijs gegroepeerd rond maatschappelijke sleutelproble-
men. Die algemeen maatschappelijke doelstelling gaat ver. In
de kerndoelen zoals die in 1998 worden vastgesteld lezen we,
dat het vak aardrijkskunde zieh mede ten doel steh: 'het ont-
wikkelen van inzicht in het funetioneren als democratisch
burger op verschillende ruimtelijke schaalniveaus', 'ontwikke-
len van een methodische aanpak voor het onderzoeken van
een maatschappelijk vraagstuk', en 'het op een doordachte
wijze leren aandragen van mogelijke oplossingen voor maat
schappelijke keuzeproblemen'. Het is logisch dat bij die bena-
deringswijze vooral die problemen als sleutelproblemen wor
den aangewezen, die vanuit het Nederlands perspectief op dit
moment als zodanig gezien worden en waarmee leerlingen
verondersteld worden hetzij direct, hetzij indirect in contact
te komen: migratie, vervoer, multiculturele samenleving, zorg,
milieu enz. Deze Sterke orientatie op het eigen erf komt wel-
licht nog sterker tot uitdrukking in de atlassectie die sinds de
50e editie 'Eigen Omgeving' heet. Het is een poging de twee
miljoen eigen omgevingen van leerlingen tot een handzame
typologie van landelijke en stedelijke omgevingen terug te
brengen. Kartografen zullen dit niet het mooiste en meest
overtuigende deel van de atlas vinden. Bij een gebruikerson-
derzoek, nog vöör het uitkomen van de J2e editie, bleek dat
dit bij aardrijkskundedocenten echter de hoogst gewaardeerde
atlassectie is.
Uiteraard is dit katern in de papieren atlas opgenomen, omdat
Eigen Omgeving om didactische redenen in alle onderwijsvel-
den van het voorgezet onderwijs waar aardrijkskunde gegeven
wordt, zowel in onder- als bovenbouw een belangrijk 'domein'
is. Veel van het daarover gegeven onderwijs gaat over de eigen
wijk of buurt. Om die reden vinden we in de Statistiekmodule
van de cd-rom niet alleen de CBS-cijfers van alle 558 gemeen-
ten, maar 00k nog eens van alle 2374 wijken en de 10.737
buurten van ons land. Hiermee kunnen kaarten gegenereerd
worden op gemeenteniveau, zodat leerlingen 00k thematische
kaarten van hun Eigen Omgeving kun
nen raadplegen.
Organisatie van de
informatie-ontsluiting
In het huidige onderwijs moeten leerlin
gen zelfstandig informatie ontsluiten.
Informatievaardigheden zijn zelfs tot
verzelfstandigde onderwijsdoelen uitge-
groeid. Daarom dient een moderne atlas
een grote verscheidenheid aan hulpmid-
delen te bevatten om de beschikbare in
formatie toegankelijk te maken. Pas bij
de laatste door Ormeling sr. geredigeer-
de editie (de 48c uit 1976) wordt de in-
troduetie van een zogenaamd thematisch
register als een belangrijke nieuwe inno-
vatie aangekondigd. Naast de bladwij-
zers, het (geografische namen-) register
en de 'inhoudsopgave naar regio' was het
toen de vierde ingang om informatie te
ontsluiten Het was bescheiden en telde
in het totaal nog geen 100 trefwoorden.
Nu is de omvang daarvan meer dan ver-
tienvoudigd.
Om de informatie te ontsluiten heeft al
leen al de papieren atlas nu tenminste
zeven belangrijke ingangen: het Domein
register, het uitvoerige Zaakregister, de
Algemene (regionaal georganiseerde) In-
boud, het Landenregister, het Register van
aardrijkskundige namen, de Bladwijzers
en Statistiek: de cijfers achter de kaarten
in tabelvorm. Daarnaast kent de 'cd-rom
Extra' tenminste nog een tiental elektro
nische ingangen. We noemen de meest
opmerkelijke: Bosatlas Online (het inter
net) om een uitgebreide referentieatlas te
raadplegen (met meer dan anderhalf
miljoen namen, terwijl het papieren re
gister niet meer dan 20.000 namen telt)
en om satellietbanden van Nederland op
te halen (met twee afzonderlijke zoekin-
gangen: postcode en navigatie-tool), een
Zoekmachine en een aantal Statistiek-in
gangen waarin gezocht kan worden op
thema en op regio of de combinatie daar
van met een onderliggende relationele
database, waardoor 00k aangrenzende
zoekresultaten benaderd kunnen wor
den.
Deze schijnbare overdaad is een logisch
gevolg van nieuwe opvattingen over na te
streven onderwijsdoelen en de funetie die
een schoolatlas daarbij kan vervullen. Die
was in 1976 een andere dan nu. In een
uitvoerig voorwoord bij de laatste door
hem geredigeerde editie maakte Orme
ling sr. duidelijk wat volgens hem de
funetie van een schoolatlas was. Hij zag
de Bosatlas als een 'steunverlenende kaar-
tenverzameling' die het de docent moge-
lijk moest maken zijn lesstruetuur te base-
20