Grote Bosatlas: Een multi-mediaconcept
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
ARTIKEL
J. Russchen J. Beute
atlaskartografie, praktijk
atlas cartography, applications
cartographie d'atlas, applications
TREFWOORDEN
KEYWORDS
MOTS-CLES
In april 2001 werd het eerste exemplaar van de 52e editie van
De Grote Bosatlas aangeboden aan minister Hermans van
Onderwijs. Deze nieuwe editie wordt door velen als een mijl-
paal in de ontwikkeling van De Grote Bosatlas gezien omdat
er voor het eerst sprake is van een volwaardig multi-media
concept waarin de diverse componenten van de atlas, folio,
cd-rom en Website, ieder op hun wijze een zinvolle bijdrage
leveren aan het totale concept.
In dit artikel zullen achtereenvolgens het uitgeefmotief, het
technisch ontwerp, de functionaliteit en de ervaringen met
de digitale componenten van de atlas aan de orde komen.
Drs. J. Russchen
is Hoofd Cartografie
Wolters-Noordhoff
Atlasprodukties,
[e] j.russchen@wolters.nl
Ing. J. Beute is werkzaam
als Projectmanager bij
Wolters-Noordhoff,
[e] j.beute@wolters.nl
Adres: Postbus 58,
9700 MB Groningen.
Het uitgeefmotief
Er is in een commercieie omgeving, dus
00k bij de uitgevers van De Grote Bos
atlas, altijd een concreet motief, een
drijfveer, nodig om een product op de
markt te introduceren dan wel ingrij-
pend te vernieuwen. Wanneer we ons af-
vragen wat de drijfveer was voor de in-
grijpende vernieuwing van De Grote Bos
atlas, dan hebben we de keuze uit twee
verschillende benaderingswijzen.
Een technologische drijfveer?
AI bij de presentatie van de 5ie druk in
1995 werd, door een overigens zeer seri
euze journalist, gevraagd of dat de laatste
papieren editie van De Grote Bosatlas zou
zijn. Toen we aangaven dat dit volgens
ons absoluut niet het geval was en dat
papier nog decennia lang een belangrijke informatiedrager zou
blijven, werd er door veel kenners enigszins meesmuilend ge-
gniffeld Over zoveel hardnekkig conservatisme. De toen, en
00k nu nog, veel voorkomende opvatting was dat het beschik-
baar komen van nieuwe technologie per definitie leidt tot een
ingrijpende evolude van het atlasconcept en het atlasgebruik.
Niets is minder waar. Het beschikbaar komen van de nieuwe
technologie heeft slechts dan een evolutionair efFect wanneer
dit leidt tot nieuwe denkwijzen en nieuwe geografische con-
cepten. Dat zo'n conceptuele ontwikkeling lang niet in alle ge-
vallen vanzelfsprekend is, bewijzen de vele mislukte voorbeel-
den van, technologisch hoogstaande, elektronische atlassen,
die qua concept vaak niet veel meer waren dan siecht door-
dachte vormen van 'paper on screen'.
Een didacdsche drijfveer?
Heeft de nieuwe technologie dan geen enkel efFect op het at
lasconcept van De Grote BosatlasWel degelijk, maar alleen
daar waar de nieuwe technologie de redactie in Staat heeft ge-
steld nieuwe vormen van geografische informatie toegankelijk
te maken en de gebruiker een actievere rol toe te kennen in het
analyseren, interpreteren en presenteren van geografische in
formatie. De nieuwe technologie is weliswaar voorwaarden-
scheppend voor het kunnen doorvoeren van vernieuwingen,
maar zeker niet de doorslaggevende factor. De enige factor die
een volstrekt dominante en doorslaggevende rol in het door
voeren van vernieuwingen in De Grote Bosatlas heeft gespeeld
is, als altijd, het Leerplan Aardrijkskunde.
Het Leerplan Aardrijkskunde
Bij veel mensen bestaat, door de dominante positie van de atlas,
de opvatting dat De Grote Bosatlas de generator is, of zou moe-
ten zijn, van de vernieuwing van het aardrijkskundeonderwijs.
Vernieuwingen in het concept van de atlas zouden in die op
vatting de noodzakelijke Stimulans zijn voor vernieuwingen in
het onderwijs. Vanuit deze visie dicht men aan de atlas dan
00k bijna magische krachten toe waar het gaat om het realise-
ren van veranderingen in het onderwijs.
Hoewel deze opvatting voor de redactie van de atlas zeer vlei-
end is, is zij toch volstrekt onjuist. Er is slechts een effectieve
manier om vernieuwingen in het aardrijkskundeonderwijs
door te voeren en dat is een aanpassing van het Leerplan Aard
rijkskunde. In dit leerplan wordt namelijk tot in detail vastge-
27