KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
2002-XXVIII-4
atlas wordt meer gestuurd door algeme-
ne, begripsmatige kennis die in de leer-
stof is verworven. De overzichrskaarten
worden hierbij wel gebruikt, maar op
een uiterst bescheiden wijze. We zagen
dat zij dienen als topografische referentie
en dat zij verder slechts incidenteel func-
tioneel worden benut bij de opgaven.
Een belangrijke oorzaak van deze 'te-
loorgang' is, dat landen en gebieden in
de schoolaardrijkskunde niet langer als
zodanig een belangrijk kenobject vor-
men. Kaartvaardigheden en thematische,
begripsmatige kennis zijn wel belangrijk.
Een intensief gebruik van thematische
kaarten ligt dan voor de hand. Het
speurwerk op overzichtskaarten naar de
vormenwereld en naar zaken als grootte
of relatieve ligging raakt op de achter-
grond.
Balans
De staatkundige en natuurkundige over
zichtskaarten vormen de harde kern van
iedere atlas. Volgens Ormeling (zie zijn
artikel eiders in dit tijdschrift) zijn de
overzichtskaarten 00k in die zin het
meest 'eigene' van de atlas, dat zij het
minst gemakkelijk via een ander medi
um dan de 'papieren atlas' beschikbaar
gesteld kunnen worden. Wat atlasge-
bruik betreft, is in de aardrijkskunde-
lessen grote vooruitgang geboekt in de
richting van een meer analytische bena-
dering en een hoger cognitief niveau.
Maar het verkennen van (delen van) de
wereld met behulp van de overzichts
kaarten is enigszins in onbruik geraakt.
Toch liggen er 00k op dit terrein nieuwe
mogelijkheden nu zieh een koerswijzi-
ging binnen het aardrijkskundeonder-
wijs begint af te tekenen.
Recent vindt binnen het aardrijkskun-
deonderwijs een discussie plaats over een
nieuwe koers. Uit analyses van de vige-
rende aardrijkskundeprogramma's komt
naar voren dat in het aardrijkskundeon-
derwijs aan geografische overzichtsken-
nis en aan het opbouwen van een geo-
grafisch wereldbeeld niet systematisch
aandacht wordt geschonken [van der
Vaart, 2001]. In de nota Aardrijkskünde
in de liste eeuw [Oost, 2001] wordt mede
op basis van discussies met allerlei be-
trokkenen bij het aardrijkskundeonder-
wijs geconcludeerd dat de vorming van
een eigentijds geografisch wereldbeeld
hoofddoel van het schoolvak aardrijks-
kunde moet zijn. Aardrijkskunde moet
concreter en herkenbaarder, zeggen
aardrijkskundedocenten. 'Dat is geen
pleidooi voor ouderwetse regionale geo-
Kader 4. Atlasvragen
in Wereldwijs (1998)
p. 62,
vraag 4: KB65; GBl25; [GBI03]Gebruik fig. I blind kaartje
Japan met cijfers bij 8 Steden en nummers bij 5 wate-
ren/gebergten - vdV/vdS],
Vul met behulp van de atlas de namen in bij fig. I.
Leer de topografie.
p. 63,
vraag 8: KB65 en 73; GBl25 en 140; [GBI2I en 136]
Wat is waar?
0 Japan heeft hogere bergen dan de VS.
0 Tokyo ligt op ongeveer dezelfde breedte als Las Vegas.
0 Het meest noordelijke punt van de VS ligt noordelij-
ker dan het meest noordelijke punt van Japan.
p. 65,
vraag 12: KB72 en 81C; GB140 en 162; [GB136 en 158J
Waar hebben de volgende Amerikaanse Steden hun
klimaat aan te danken? Denk aan ligging, relief, zee-
stroom en windrichting.
Salt Lake City:
New Orleans:
San Francisco:
P- 71,
vraag 8: KB73; GB 142; [GBl 38]
De natuurlijke omstandigheden in de Com Belt zijn
erg gunstig. Waar of niet waar?
Er is weinig relief:
Er is voldoende neerslag:
De roodgele bodems overheersen:
De gemiddelde temperatuur is 's zomers hoger dan 20
graden C:
p. 75,
vraag 7: K.B83; GBl66 en 167; [GBl64, 165 en 166]
De Aziatische NIC's zijn zo snel gegroeid door hun
produetie op import/export te richten. De binnenland-
se afzetmarkt is namelijkgroot/klein
Bron: [Doorn, Janssen Schuiringa (red.), 1998],
grafie in encyclopedische zin, maar van een moderne aanpak
van zelfstandig werken gericht op regio's', aldus een van de do-
centen [van der Schee, 2000, p.5].
Het boek Wijkende grenzen was een van de eerste pogingen om
moderne regionale geografie in Nederland opnieuw vorm te
geven [Hoekveld et al., 1989]. Naast een aantal theoretische
Verhandelingen bevat dit boek een boeiende bespreking van
verschillende regio's in de wereld. Het is echter jammer dat in
dit boek niet systematisch gebruik gemaakt wordt van kaarten
om de regionaal-geografische analyses kracht bij te zetten. Be
ter is dat gelukt in de nieuwste versie van Geography: Realms,
Regions and Concepts van De Blij Muller [2002]. Wie dit
boek bestudeert, ziet hoe aantrekkelijk zo'n moderne regionale
geografie kan zijn. Per regio wordt gewerkt met een set kaar
ten, waarbij de overzichtskaart een centrale plaats inneemt.
Vervolgens wordt ingezoomd op overzichtskaarten van deel-
regio's en passeren fysisch-geografische, culturele, economische
en politieke kaartbeelden de revue. Samen geeft dit een helder
beeld van hoe een bepaalde regio op hoofdlijnen in elkaar zit.
41