KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
2002-XXVIII-4
moeten dan hoe dan ook onze toevlucht nemen tot een endo-
niem: rondom Parijs zien we dan zeer on-Nederlandse namen
als Orleans, Troyes en Beauvais, rondom Florence Bologna,
Livorno en Perugia. Dat lijkt nog steeds simpel: Frans in
Frankrijk, Italiaans in Italie en Duits in Duitsland. Maar wat
als er in een land of gebied twee verschillende talen worden ge-
sproken die dezelfde Status genieten, zoals in het Italiaanse
Zuid-Tirol?
In Zuid-Tirol hebben alle plaatsen, rivieren en bergen twee
namen, een Duitse (Bozen, Südtirol) en een Italiaanse (Bol-
zano, Alto Adige). In de multinationale staten van het Europa
van de 19c eeuw, zoals Oostenrijk-Hongarije, woonden ver
schillende volken volkomen door elkaar heen, waardoor veel
plaatsen namen hadden in drie of meer verschillende talen,
bijvoorbeeld Klausenburg (Duits) - Kolozsvär (Hongaars) -
Cluj (Roemeens).
De hedendaagse Bosatlasredactie hanteert voor zijn keuzen op
het gebied van geografische namen interne richtlijnen die zijn
gedifferentieerd per land, taal en naamcategorie. Met het 00g
op de internationalisering van onze samenleving wordt in toe-
nemende mate de voorkeur gegeven aan endoniemen boven
exoniemen en aan transliteratie boven transcriptie. Hierbij kan
voor het bepalen van de schrijfwijze, evenals voor het kiezen
van de transliteratiemethode, gebruik worden gemaakt van zo-
genaamde toponymic guidelines, regels voor de juiste weergave
van geografische namen die door lidstaten van de Verenigde
Naties worden aangeboden aan en 'gelegaliseerd' door de vij f-
jaarlijkse United Nations Conferences on the Standardization of
Geographical Names. Aan elke naam in de atlas ligt een redac-
tionele beslissing ten grondslag, die in de regel is genomen in
overeenstemming met een eveneens bewust door de redactie
gekozen systeem.
In de tijd waarin Pieter Roelof Bos zijn atlas samenstelde be-
stonden de Verenigde Naties nog niet, en was de natiestaat nog
niet de vanzelfsprekende staatkundige eenheid die hij thans is.
Ook de namen in de vroegere generaties Bosatlassen moeten
echter zijn gekozen op grond van expliciete en impliciete beslis-
singen en stellingnames van de auteurs c.q. redacteurs.
Het Europa van Pieter Roelof Bos
Toen meester Pieter Roelof Bos in 1877 de eerste editie van
zijn Sckoolatlas der Geheele Aarde het licht deed zien, stond de
staatkundige indeling van grote delen van de wereld, en Euro
pa in het bijzonder, op de helling. Terwijl het Europese impe-
rialisme en kolonialisme hun hoogtepunt naderden, bevond
het continent zieh zelf midden in een proces van natievor-
ming, waarin de tot moeilijk bestuurbare proporties uitge-
groeide erfelijke monarchieen niet bestand bleken tegen de
ontwakende nationale gevoelens van de talrijke etnische groe-
pen die zij in hun imperia verenigden. De onbeheersbare op-
stand van 'het gemene volk' die in 1789 leidde tot de val van
de monarchie van de Franse Bourbons veroorzaakte een schok-
golf die zieh in de decennia daarna voortplantte door geheel
Europa. Waar het zaad van de revolutie was gezaaid zou feoda-
le loyaliteit niet langer volstaan als legitimatie van staatkundige
eenheid, maar worden vervangen door het fictieve begrip van
de natie, dat volk en Staat met elkaar in overeenstemming
bracht. De langst levende feodale rijken verwerden door deze
ontwikkeling tot gedoemde anachronismen, iets wat zieh voor-
al onmiskenbaar manifesteerde in 'de zieke man van Europa':
het Ottomaanse sultanaat.
Behalve tot verbrokkeling leidde de natievorming ook tot het
ontstaan van nieuwe machtige conglomeraten. In 1871 (zes jaar
voor het verschijnen van de Bosatlas) werd onder Pruisische
leiding een vernieuwd Duits Rijk voltooid in de vorm van een
nationale Staat die alle Duitssprekende staten en provincies,
met uitzondering van de Zwitserse kantons en een aantal aan
de buitengesloten Habsburgse monarchie toebehorende pro
vincies in zieh verenigde - een proces dat ten koste was gegaan
van onder andere de Engelse (Elannover, 1837) en Oostenrijkse
monarchieen (Holstein, 1866), en het onder Napoleon Iii nog
eenmaal gerestaureerde Franse keizerrijk (Elzas-Lotharingen,
1871). Tezelfdertijd verenigde 'de Italiaanse natie' zieh, op basis
van een gedeelde eerbied voor de taal van Dante, tot een een-
heidsstaat door zieh onder leiding van het van Savoie en Nice
ontdane koninkrijk Sardinie te bevrijden van het juk van de
Habsburgers (Lombardije, 1859; Venetie 1866), de Spaanse
Bourbons (Napels en Sicilie, 1860) en de Paus (Romagna,
1860; Rome, 1870).
Het uiteenvallen van de oude imperia en het her en der verrij-
zen van nieuwe naties en natiestaten, met alle etnische ruilver-
kaveling van dien, nam zo'n vlucht dat slechts weinigen zon-
der actuele kaart het overzicht konden behouden Over wat Eu
ropa was. De atlas van Bos kwam dus op het juiste moment,
en niet louter vanwege de introduetie van het nieuwe school-
vak aardrijkskunde. Het was ook niet zonder reden dat de atlas
gedurende de eerste decennia van zijn bestaan praktisch ieder
jaar een nieuwe, herziene oplage kende.
Om een beeld te geven van de verhouding tussen de staatkun
dige actualiteit en de naaminhoud van de Bosatlas, zullen we
ons hier beperken tot een van die voortdurend aan etnische en
politieke verschuivingen onderhevige regio's binnen Europa:
het Balkanschiereiland bezuiden de Donau en Sava.
De Balkan in de eerste Bosatlas (1877)
Wanneer de atlas van meester Bos ter perse gaat, is op de Bal
kan een oorlog gaande. In deze tijd behoort het grootste deel
van het Balkanschiereiland tot het Ottomaanse Rijk (de dynas-
tieke naam van het imperium) ofwel Turkije (een nationale
naam, op dit moment gezien de samenstelling van 's rijks be-
volking nog nauwelijks toepasselijk). Turkije heeft zichzelf in
1875 bankroet verklaard vanwege de te hoog opgelopen buiten-
landse schulden, en wordt geconfronteerd met opstanden in
de provincies Bosnie en Hercegovina (1875) en Bulgarije
(1876). De opstand onder de Bulgaren is bij uitstek nationalis
tisch getint: etnische verschillen waren tot voor kort zo irrele
vant binnen de Ottomaanse wereld dat de autoriteiten zieh
plachten te beperken tot het onderscheid tussen Grieken
(christenen) en Türken (moslims), en het zou tot 1849 duren
voor het bestaan van de Bulgaren als zelfstandig volk über
haupt door de sultan zou worden erkend. Ten tijde van de op
standen zien de aan de Habsburgers en Ottomanen onderhori-
ge Slaven hun ondergeschikte Status niet langer als vanzelfspre-
kend, al staan ze in dubio of ze zieh naar Duits en Italiaans
voorbeeld moeten verenigen, in welk geval ze zieh kunnen ver-
zekeren van een 'super-Pruisen' in de persoon van Rusland, of
zieh individueel moeten profileren als naties. Servie, nog schat-
plichtig aan de sultan, en het zichzelf al (of nog immer) onaf-
hankelijk beschouwende vorstendommetje Montenegro ver
klaren de Ottomaanse leenheer in elk geval de oorlog, en in
april 1877 vallen Russische troepen het rijk binnen over het
grondgebied van de niet-Slavische vazalstaat Roemenie. Roe-
menie verklaart zichzelf een maand later, na beschietingen van
46