4
VAN DE REDACTIE
2003-XXIX-I
Met de 29c jaargang beginnen we het laatste jaar als Kartogra-
fisch Tijdschrift. We hopen dat al onze auteurs nog actiever wil
len meewerken aan het nieuwe GiN-tijdschrift waar we dit jaar
de afspraken voor gaan maken dan voor het KT: het bereiken
van een veel groter in geo-informatie ge'interesseerd publiek
moet daar een belangrijk incentive voor zijn. We zullen probe-
ren in de nieuwe constructie belangrijke verworvenheden zoals
de kernkaternen, de uitstekende Website die het tijdschrift ex
tra toegankelijk maakt (onder andere door de on-line registers)
en de kaartbijlagen te behouden. Het allerbelangrijkste is ech
ter het vrijwilligers-netwerk rond het tijdschrift, zoals dat be-
staat uit de vertalers van de samenvattingen in het Engels en
Frans, de verzorging van de rubriek Uit de Tijdschriften, dan
wel het lidmaatschap van de redactieraad en de verzorging van
de publikatiereeks en de Website waardoor we onze extra toe-
gankelijkheid hebben bereikt. We hopen dat we met name die
groep van jonge kartografen 00k naar het nieuwe GiN-circuit
kunnen meenemen.
Voor dit KT-nummer zijn we blij dat Hans Ferwerda de ach-
tergronden van de Nederlandse participatie in de kartering van
de wereldzeeen heeft willen belichten. Nederland heeft in elk
geval tot 1992 (toen de zorg voor deze bladen aan Japan werd
overgedragen) bijgedragen aan de productie van de General
Bathymetric Chart of the Oceans (gebco) door het verzame-
len en compileren van 7 'plotting sheets' in de noordelijke
Stille Zuidzee ten oosten van Nieuw-Guinea, resp. tot op de
huidige dag voor zes bladen in het Caribische gebied. Hans
Ferwerda heeft zieh met alle aspecten van de gebco bezig ge-
houden, en dankzij hem wordt de Nederlandse inspanning op
dit gebied hier vastgelegd voordat alle kennis hierover in Ne
derland verloren is gegaan.
Het vastleggen van de locatie van diepzee-lodingen is door de
komst van navigatie-satellieten sterk vereenvoudigd, en Elger
Heere gaat daar op door, zij het niet op het water maar op
land: hij beschrijft het recreatief gebruik van gps op het land,
waar de nieuwe sport van het geo-caching op is gebaseerd. Hij
beschrijft naast de vele mogelijkheden mede de teleurstellingen
die gebruik van de voor dit doel verhuurde GPS-ontvangers
met zieh meebrengt.
Brengt het gps ons weer thuis na de wandeling, Barend Köb-
ben brengt ons weer helemaal bij de tijd met zijn bijdrage Over
svg (Scalable Vector Graphics), het grafische onderdeel van de
nieuwe XML-standaard. Barend's artikel kunnen we eigenlijk
als een update en aanvulling zien van het web-kartografie-
nummer van 2002. Belangrijke troef van svg is de (ver)schaal-
baarheid. Die heeft het gemeen met het Flash-formaat, en zijn
artikel besluit dan 00k met een vergelijking tussen de twee
programmeertalen.
Het artikel van Patrick Ogao hadden we vorig jaar al willen
plaatsen, want toen promoveerde hij op het hier beschreven
onderzoek naar het gebruik van temporele kartografische ani-
maties. Aan de hand van gebruikersonderzoek is gebleken dat
die animaties het beste werken wanneer ze worden uitgedaagd
zoals dat gebeurt als ze op interferentie gebaseerd zijn.
Het kernkatern Over WebdS, door Edward Mac Gillavry,
blijft in dezelfde digitale en interactieve sfeer als de bijdragen
van Heere, Ogao en Köbben. Edward beschrijft een zestal
WebGls-pakketten en steh de lezer in Staat die tegen elkaar uit
te speien in een 'benchmark': hij geeft aan op welke aspecten
men bij de beoordeling moet letten, en hoe men die moet we
gen ten behoeve van de eigen situatie cq. eisen.
We kijken dus zowel vooruit als naar belangrijke prestaties in
het verleden; tenslotte zijn we verankerd in dat verleden en
blijft dat ons fundament 00k bij de nieuwe GlN-behuizing die
we straks gezamenlijk zullen optrekken.