Over tijdschrift en tijdbeeld
17
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
P.W. Geudeke
ARTIKEL
geschiedenis van de kartografie, achtergronden, overzicht TREFWOORDEN
history of cartography, background, survey KEYWORDS
histoire de cartographie, informadon de reference, etude MOTS-CLES
De oogst van een halve eeuw kartografische periodieken
loopt ten einde. Kartografie... Kaartbulletin... Kartografisch
Tijdschrift geven samen een tijdbeeld van een beroepsveld
dat tot volle wasdom kwam. De tijdschriftredacties stonden
pal voor de eigen identiteit en de tijdschriften werden het ei
gen gezicht.
Er wordt opnieuw gezaaid. Binnen Geo-lnformatie Neder-
land liggen voldoende kansen voor toekomsdge redactieleden
het eigen karakter van de kartografie vorm te geven.
Tijdschrift en tijdbeeld
Er Staat een aantal overvolle dozen op
mijn werkkamer: Kartografie...Kaartbulle
tin... Kartografisch Tijdschrift. Zoveel jaar-
gangen, zoveel afleveringen, zoveel blad-
zijden. Zoveel letters, zoveel illustraties.
En dan al die lastige, losse kaarten die er
altijd uitvallen.
KARTOGRAFIE
MEDEDELINGEN VAN DE KARTOGRAFISCHE SECT1E VAN
HET KONINKLJJK NEDERLANDSGI AARDRIJKSKUNDIG
GBNOOTSCHAP
No 4
TIJDSCHRIFT VAN HET KONINKMJK NRDERLANDSCH
AARDRIJKSKUNDIG GENOOTSCHAP
Deel IXXVI, 3
LEIDEN
E. J. BRILL
1959
Drs. P.W. Geudeke is
oud-redacteur van het
Kartografisch Tijdschrift,
[e] p.w.geudeke@
planet.nl
Kartografie 1958-1961
Samen vormen ze het eigen gezicht van een halve eeuw karto
grafisch Nederland, waaraan binnenkort een einde komt. De
eigen vereniging wordt onderdeel van een groter geheel, het ei
gen tijdschrift gaat op in een bredere periodiek. Binnen een
halve eeuw kwam een vakgebied tot volle ontplooiing en ging
het een eigen gezicht tonen.
De inhoud van die dozen geeft een tijdbeeldeen schildering,
een karakterisering van het tijdperk van de eigen kartografi
sche organisatie. Daarin vallen enkele fasen te onderscheiden:
van het ontwaken van de identiteit (1958-1968) tot professiona-
lisering (1968-1978). Dan dient zieh het tijdperk van de auto-
matisering aan met nieuwe vragen en nieuwe antwoorden
(1978-1988). Tenslotte verschuift het accent van kartografie
naar geo-informatievoorziening en gis (1988-1998) en wordt de
vraag naar de eigen identiteit weer actueel (1998-2003).
De inhoud van die dozen laat 00k een beeld van een tijd
schrift zien: een beeld in de betekenis van iets wat bijzonder
mooi in z'n soort is. Dat geldt bij uitstek voor de inhoud van
al die afleveringen, maar kan 00k gei'llustreerd worden aan de
buitenkanten, met name van het Kartografisch Tijdschrift. le
dere vier jaar is het oorspronkelijke ontwerp van kleur ver-
schoten. Vanaf 1995 komt daaraan een einde en krijgen we als
nieuw ontwerp het bonte mozaiek van Nederlandse kaartpro-
dueten. In 1999 volgt de laatste periode met het accent op de
mens: een laatste ode aan het kartografendom? of aan de ge-
bruikers?
Met de tijd mee
Tijdschrift en tijdbeeld hebben het begrip tijd gemeenschap-
pelijk. Hoe een en ander in de tijd is verlopen, hoe het tijd
schrift met de tijd meeging, vormt dan 00k de leidraad bij
mijn terugblik op een halve eeuw kartografische periodieken.
Over wat het betekent orn bij de tijd te blijven en met de tijd
mee te gaan leveren diverse verhalen van Marten Toonder een
gedegen inzicht. Het begrip tijd komt het meest uitvoerig aan
de orde in het verhaal Tom Poes en de Klokker uit 1954 [Toon
der, 1954]. De tijd wordt vaak voorgesteld door een bewegende
stroom, de tijdstroom. In het genoemde verhaal nemen Heer
Bommel en Joost tijdelijk de taak over van de klokker, een
personificatie van de tijd, en zij bevinden zieh dan plotseling
in een bootje op de rivier van de tijd.