Standaarden inTOPIONL
29
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
N.J. Bakker
ARTIKEL
standaardisatie, topografische kartografie, productie van geografische informatie, onderzoek
standardisation, topographic cartography, production of geographical information, research
standardisation, cartographie topographique, production de l'information geographique, recherche
TREFWOORDEN
KEYWORDS
MOTS-CLES
topionl wordt de objectgerichte opvolger van TOPiovector,
het topografische basisbestand dat momenteel door de Topo
grafische Dienst wordt geproduceerd. Bij de ontwikkeling
van topionl wordt zoveel mogelijk aangesloten bij nationale
en internationale standaarden. Voor de uitwisseling, het ge-
bruik en de koppelbaarheid met andere datasets zijn stan
daarden van essendeel belang. Naast de bekende Nederland-
se standaarden als nen 3610 en nen 1878, betreffen dat de
ISO- en de OpenGis-standaarden.
Inleiding
Deze bijdrage is een aangepaste weergave
van de presentatie welke is gehouden op
de NVK-studiedag Kartografische Datafor
maten en conversies op 14 november
2002.
De Topografische Dienst (tdn) ontwik-
kelt momenteel een nieuw objectgericht
vectorbestand op de schaal 1:10.000. Dit
zal de opvolger worden van de huidige
TOPiovector. Bij de ontwikkeling van
het nieuwe bestand speien standaarden
een belangrijke rol. Een van de belang-
rijkste doeleinden van het nieuwe be
stand is een optimale uitwisseling moge
lijk te maken tussen dit topografisch ba
sisbestand en vele andere topografische
en thematische bestanden, welke in Ne-
derland worden geproduceerd. Aanslui-
ten bij internationale standaarden is van
essentieel belang om in de nabije toe-
komst 00k uitwisseling mogelijk te ma
ken met geografische basisbestanden
welke binnen Europa geproduceerd wor
den. Bij de ontwikkeling van topionl
hebben we te maken met diverse stan
daarden. Naast de uitwisseling van de
digitale gegevens is het van belang aan te
sluiten bij de standaarden die in Neder-
land en internationaal zijn en worden
ontwikkeld betreffende het gegevensmo-
Drs. N.J. Bakker, Afdeling
Onderzoek en Ontwikke
ling, Topografische Dienst,
Postbus 115,
7800 AC Emmen,
[e] nbakker@tdn.nl
del, dat wil zeggen de wijze waarop de objecten worden inge-
deeld met onder andere als resultaat een objectcatalogus. Ten-
slotte dienen de datasets gevisualiseerd te worden. Is hier een
standaardpresentatie voor nodig of is de gebruiker vrij om op
zijn eigen wijze de gegevens vorm te geven?
Deze bijdrage geeft een overzicht van de standaarden die mo
menteel in gebruik zijn, en de standaarden die in de toekomst
gehanteerd zullen worden.
Standaarden voor gegevensmodellen
De huidige TOPvector-bestanden zijn eind jaren tachtig, begin
jaren negentig ontwikkeld met een CAD-structuur en zijn ge
produceerd als Microstation DGN-files. In de zogenaamde user-
data is de TDN-codering opgeslagen en deze vormt in feite een
rechtstreekse vertaling van de legenda's van de topografische
kaartseries.
Als gevolg van de technische ontwikkelingen op het gebied
van hardware en Software namen het afgelopen decennium de
gebruiksmogelijkheden van de geografische gegevens sterk toe.
Dit leidde 00k tot andere gebruikerswensen als complexere
analyse, koppeling met andere bestanden, snellere levering van
data en de internet-toepassingen. Deze wensen zijn onder
meer vastgelegd in de aanzet tot het Geografisch Kernbestand.
Tegenover de gebruikerswensen zijn de volgende beperkingen
van de huidige topvector-structuur op te merken: kaart-gerich-
te data, bewerkelijke conversies van CAD naar gis, interpreta-
tieproblemen van gebruikte TDN-coderingen, vermenging ter-
reinmodel met kartografisch model, beperkte thematische in-
houd, moeilijk koppelbaar met andere gegevens en leveren van
mutaties is problematisch.
Bij de ontwikkeling van een nieuw gegevensmodel met object
catalogus van topionl hebben de volgende overwegingen een
rol gespeeld. Het model dient aan te sluiten op Nederlandse
en buitenlandse standaarden en dient een open, uitbreidbaar
karakter te dragen. In Nederland geldt als norm het terrein-
model vastgoed, NEN3610. Internationaal wordt veel gebruik
gemaakt van de DlGEST/FACC-standaard. Deze standaard is in
eerste instantie voor militair gebruik ontwikkeld, maar wordt
nu 00k voor civiele internationale datasets gehanteerd (onder
meer GlobalMap en EuroRegionalMap). Ook zijn buitenland
se modellen van diverse Europese landen in ogenschouw geno-