37
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
2OO3-XXIX-4
Gambia) en enkele namen die waar-
schijnlijk uit een oogpunc van public re-
lations waren gegeven (Rio de Oro en
Cabo di Esperanza). Analyse van de 213
namen die een eeuw later zijn opgeno-
men op kaarten uit het Itinerario van Jan
Huygen van Linschoten längs dezelfde
kust toont dat de samenstelling van de
namen licht verändert: er zijn nog steeds
22% namen van religieuze oorsprong, en
de grote meerderheid is nog steeds be-
schrijvend (bijvoorbeeld, in vertaling,
Brede Rivier, Kaap der Palmen enz.),
maar er is nu 7% van de namen dat naar
ontdekkingsreizigers of leden van het
Portugese koningshuis verwijst (we zul-
len dat commemoratieve namen noe-
men) en 10% van de namen is nu duide-
lijk van inheemse oorsprong. Blijkbaar
waren de contacten met de inheemse be-
volking aangehaald. Vooral in de kustge-
bieden van Guinee en de Kongo vinden
we een groter aandeel inheemse namen.
Voorbij Kaap de Goede Hoop was dat
beeld anders. De Oostkust van Afrika
was van oudsher bekend, zij het dan
door tussenkomst van de Arabieren.
Vanaf 1498 waren daar om de Portuge-
zen naar India te begeleiden (Arabische)
loodsen en stuurlieden beschikbaar die
de oostkust van Afrika kenden en in het
Swahili met de daar wonende Bantoe-
volken konden spreken. Van de 102 na
men die op Blaeu's kaart van Afrika uit
1631 voorkomen is er maar 9% van chris-
telijk-religieuze oorsprong, en is 14% be-
schrijvend (in het Portugees). De rest
bestaat uit inheemse namen. Het is dus
relevant of een gebied al of niet binnen
de ecumene lag, en of er tolken beschik
baar waren die de ontdekkingsreizigers
konden helpen.
De Franse ontdekkingen in Canada
Als we de kaart van Frans Canada in de
in Dieppe rond 1547 vervaardigde Val-
lard-atlas bekijken, dan zien we längs de
rivier de Saint Lawrence slechts Franse
plaatsnamen (zij het hier dan in Portu
gese vertaling). Tijdens de eerste, mis-
lukte kolonisatiefase was er dus blijkbaar
niet zoveel contact met de inheemse be-
volking. Dat beeld valt 00k af te leiden
uit de kaart van het noorden van de At
lantische Oceaan van Cornelis Claesz uit
1592.
Pas op het eind van de 17c eeuw zou er
op Franse kaarten van het gebied een be-
hoorlijk aandeel inheemse namen ont-
staan, als gevolg van de ontdekkings-
tochten van De Champlain tussen de
Saint Lawrence, de Grote Meren en de
Mississippi. Na 1763 en de Britse verove-
Figuur 2. Detail van m
de kaart van Canada I
in de Vallard-atlas I
(Dieppe 1547). I
ring van Frans Canada trad er een geleidelijke Verengeising van
de Franse namen op, deels door vertaling ervan, deels door
weglaten van de Franse diakritische tekens. Pas na de Tweede
Wereldoorlog zou deze trend weer worden omgedraaid.
De Engelse kartering van Virginia
Virginia vormt een speciaal geval omdat zijn exploratie en ko-
lonisatie pas plaatsvonden nadat men de taal van de inheemse
bevolking had leren spreken. Dat leidde tot de productie van
kaarten met bijna uitsluitend inheemse namen, voorafgaand
aan de Europese ontwikkeling van het gebied. De kaart van
Virginia van John Smith uit 1612 bevat slechts 25 Engelse na
men tegen 190 inheemse namen, dus een kleine 11%. Wanneer
we de namen op deze vroege kaarten vergelijken met kaarten
van het huidige Virginia, dan zien we een volledig tegenover-
gesteld beeld: er blijkt dan slechts een klein aantal inheemse
namen te zijn bewaard. Bij analyse blijken dat allemaal water-
namen te zijn. Waarschijnlijk zijn door de conservatieve hou-
ding van zeelui die riviernamen bewaard, terwijl alle inheemse
landnamen door Engelse namen vervangen zijn.
Nieuw-Nederland in de 17c eeuw
In het noordoosten van Noord-Amerika werden door de ver-
schillende Europese staten tijdens hun exploratieve en com-
merciele activiteiten eigen series plaatsnamen gegeven. Het
was een gebied waarin de belangen van de verschillende staten
met elkaar botsten. Van 1624 tot 1674 bezetten de Nederlan-
ders een gebied dat grensde aan New England en dat zelfs ge-
deeltelijk overlapte, en de conflicterende aanspraken kwamen
Figuur 3. Detail van
de Pas caerte van
Nieu Nederlandt en
de Engeische
Virginies, ca 1670.