KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
2OO3-XXIX-4
werden in het algemeen begroet door de
internationale gemeenschap, tenminste
wanneer men een programma volgde
van geleidelijke overgang van de oude
naar de nieuwe namen. Zo'n program
ma was gericht op de namen die geasso-
cieerd werden met het koloniale regime.
Voorbeelden in Indonesie zijn Batavia
en Hollandia, en de bergnamen die ge-
noemd waren naar leden van ons ko-
ninklijk huis. Dergelijke veranderingen
waren minder populair wanneer de ge-
wijzigde namen ontdekkingsreizigers
hadden geeerd die voor het eerst berg-
toppen hadden beklommen in ontoe-
gankelijke gebieden waar tot dan toe
geen bestaande namen hadden kunnen
worden vastgesteld.
In de jaren tachtig en negentig begon
men in de Verenigde Staten en Canada
met pogingen om de bestaande gecodifi-
ceerde plaatsnamen, die geheel of ge-
deeltelijk door de kolonisten waren ge-
modificeerd, terug te veranderen in
overeenstemming met de nieuw vastge-
stelde officiele spelling van de inheemse
talen. Hoewel dit streven aanvankelijk
algemeen werd ondersteund, werd dit
proces al gauw geassocieerd met de acties
van inheemse minderheidsgroepen die
de rechten op de gebieden van hun
voorouders weer opeisten. De terugver-
andering van plaatsnamen werd door
hen al gauw gezien als een eerste stap in
dergelijke acties, en het hele proces werd
vervolgens met aanzienlijk meer reserves
tegemoet getreden.
Een model van de plaatsnamen-
ontwikkeling
De niet-Europese Ecumene
De Europese exploratie van de niet-Eu
ropese Ecumene (bijvoorbeeld van de
kusten van Zuid-, Zuidoost- en Oost-
Azie en Oost-Afrika) betekende meestal
het overnemen van de bestaande in
heemse namen en assimilatie ervan in de
talen van de ontdekkingsreizigers. Zo
ontstaan bijvoorbeeld namen als Bantam
(voor Banten) en Canton (voor Guang-
zhou). Door de ontdekkingsreizigers zelf
gegeven namen werden gewoonlijk al-
leen gegeven aan kleine, nog onbenoem-
de eilanden of aan nieuw gestichte ne-
derzettingen: Batavia of Fort William
(bij Calcutta), of aan voor de navigatie
belangrijke punten (zoals Java's Eerste
Punt enz.). Deze opgelegde namen wa
ren dus marginaal. Dat leidt tot de eerste
regel van ons model:
regel 1 - Binnen de Ecumene is de naamkundige invloed van
Europa beperkt.
De enige belangrijke invloed van de koloniale machten werd
uitgeoefend door de transcriptie- of transliteratiesystemen die
ze oplegden, en aan de hand waarvan hun namen bekend wer
den gemaakt aan de rest van de wereld.
regel 2 - Europese naamgevende invloed bepaalt zieh tot om-
zettingssystemen naar het Latijnse alfabet.
Het resultaat van de koloniale naamgevingpraktijk wordt over
het algemeen pas onderzocht op het moment dat de koloniale
machten hun vlag strijken. Afhankelijk van de soort relatie
met de vroegere koloniale overheid waren de hierop volgende
zuiveringsoperaties meer of minder drastisch, gefaseerd of ge-
monitord, zodat er geen schadelijke neveneffecten door zou-
den ontstaan: restauratie van inheemse namen wordt meestal
uitgevoerd nadat de officiele spelling van de betreffende in
heemse talen is vastgelegd.
We hebben gezien hoe de Europese machten in hun kolonien
hun eigen namen oplegden. Hoe later ze echter als kolonisator
ten tonele versehenen en hoe dichter bevolkt of hoe meer
geürbaniseerd die kolonien voordien waren, hoe kleiner het
aandeel van die door de kolonisatoren opgelegde namen was.
Na de Tweede Wereldoorlog werden deze tijdens de kolonisa-
tie opgelegde namen (deels) vervangen door de vroegere na
men in de inheemse talen. Vooral Afrika is het toneel geweest
van uitgebreide namen-dekolonisatie. Toegevoegd aan het
model geeft dat:
regel 3 - Dekolonisatie van plaatsnamen na ipyo.
Het gebied buiten de Ecumene
In het buiten de ecumene gelegen gebied worden namen opge-
legd die
regel 4 - de ontdekkingsreizigers herinneren aan hun gebieden
van herkomst of claims leggen op de nieuwe gebieden
zoals Virginia, New England, Nieuw Nederland, Nieuw Hol
land, Nova Scotia, Nouvelle France; Nieuw Amsterdam, Nova
Espana, Nova Galicia Cartagena;
regel - eigenschappen beschrijven van de benoemde objecten
Figuur 6. Haasis and
Lubrecht- The
American Union
Railroad Map, i8y2.
41