Bij de opkomst van GIS werden vele hoopvolle beloftes
geuit, maar men stuit in de praktijk (nog steeds) op
grote problemen. In de vakpers wordt sinds de opkomst
van GIS-gebaseerde kaartbestanden druk gediscus
sieerd over dit onderwerp. De werkelijkheid blijkt dat
nog altijd bij de verschillende kaartbestanden dezelfde
fysieke gegevens verschillend geïnterpreteerd worden,
ook als de gegevens op dezelfde schaal worden
weergegeven. De Grootschalige Basiskaart Nederland
(GBKN) heeft de neiging 'naar onderen' te redeneren
door twee naast elkaar gelegen gebouwen ook als
twee aparte gebouwen op de kaart te zetten, die in
de TOP10vector (die vaker 'naar boven' wordt ver
kleind) er al snel tot één gebouw worden gemaakt.
Hoogst verwarrend bij het bijeenbrengen van op
deze twee kaarten gebaseerde gegevensbestanden.
Er worden op vele fronten pogingen gedaan om
zowel de verschillende cartografische (basis)bestanden
als de bestanden uit de daaraan gerelateerde
verschillende GIS-programma's beter integreerbaar
en overneembaar te maken, maar hoewel langzaam
vooruitgang wordt geboekt, is de inspanning groot
en zal een volledige integratie van de databestanden
onhaalbaar en onbetaalbaar blijken te zijn.
De interviews in bijlage 2 geven een beeld van de
stand van zaken, de verwachtingen voor de toekomst
en de mogelijke consequenties bij het streven naar
een algemeen bruikbare ondergrond voor nationale
en regionale ruimtelijke ordening.
3.4 Vierde beschouwing:
Vrij tekenen en ontwerpen versus GIS
Elke kaart (van losse schets tot precieze beleidskaart)
veronderstelt bij het maken ervan een uitgebreide
kennis van de topografische en andere (ruimtelijke)
gegevenheden op basis waarvan een (indicatieve)
ontwikkelingsrichting of een (exacte) begrenzing van
een EHS-perceel kan worden ingetekend. Het tekenen
van een (beleidsmatige) kaartlegenda is immers geba
seerd op gegevens en afwegingen die veelal niet of
summier in de ondergrond van de beleidskaart zijn
terug te vinden. Andere informatie, bijvoorbeeld van
specifieke (sector)kaarten is daarbij van invloed.
Bij kaarten op (boven)regionale schaal speelt ook
26
nog eens een rol dat gewerkt wordt met een forse
abstrahering van de (fysieke) werkelijkheid. In voor
gaande paragrafen over verschaling en generalisatie
is al het een en ander hierover aan de orde gesteld.
De ontwerper van de beleidskaarten werkte tot voor
kort nog louter 'uit het hoofd' en 'met de hand'. Op
een ondergrond werden - al wikkend en wegend -
de beleidsuitspraken en harde keuzen geschetst en
uiteindelijk met pen ingetekend. De digitalisering van
de tekentechniek in programma's als Illustrator,
Freehand, Paint etc. veranderde in wezen weinig aan
deze integrerende en creatieve wijze van ontwerpen.
Het krijtje werd een muis, de tekentafel een tablet, de
calque een scherm en de lichtdrukmachine de printer,
maar de creatieve integratieslag vindt nog steeds in
het hoofd van de ontwerper plaats. Alle goede en
minder aangename kenmerken van het ontwerpen
blijven in principe behouden.
Met de opkomst van de Geografische Informatiesys
temen, en vooral na de spectaculaire verruiming van
de digitale weergavemogelijkheden gedurende de
laatste twee decennia, werd en wordt een steeds
groter deel van het kaartmateriaal via GIS gegene
reerd. De grondslag van de GIS-techniek wijkt echter
wezenlijk af van de 'vrij ontworpen' digitale kaart. In
GIS heeft elk lijn of vlakje een exacte plek en waarde.
3.5 De werelden van ontwerpers en GIS'ers
de legenda van nederland
DIGITALE ONTWERP-KARTOGRAFIE
structuur
ruimtelijke samenhang
verbeelden
kiezen
duiden
van bovenaf....
neiging tot samenvoegen
gevaar: simplificatie
geschikt voor: strategisch speurend
vereist: gedetailleerde gegevens
t.b.v. verantwoorde simplificaties
alleen visueel uitwisselbaar
TOPOGRAFIE
ruimtelijke verankering
benoemen objecten
vullen en linken
van objecten
bijhouden topografische feiten
DIGITALE GIS-KARTOGRAFIE
object
relaties tussen objecten
ruimtelijke data
rekenen
objectiveren
exact
van onderop
neiging tot onderscheidend detail
gevaar: overvoeren
en schijnprecisie
geschikt voor: planologisch juridisch
vereist: inzicht in beleidswensen
t.b.v. juiste selecties
data alleen uitwisselbaar bij zelfde
basis (GBKN TOP10Vector)