40 berg in Zuid-Limburg, was in ons land in 1893 als Laplacepunt be paald, om een verbinding te brengen tussen Leiden en enkele Duitse astronomische stations. Nu maakte de Europese netsvereffening het wenselijk in Leeuwar den en Ameland, twee stations van het primaire net, een Laplace- dubbelpunt te bepalen. Verdere uitbreiding van het aantal Laplace- punten is gewenst, teneinde een controle op de ligging van het net te krijgen en om bij een eventuele nieuwe vereffening van het net, in één geheel, de vergelijkingen van Laplace als voorwaarden te kunnen invoeren. Een nog op te lossen probleem is de aansluiting van het Neder landse en Belgische driehoeksnet, nu in België een nieuwe primaire driehoeksmeting wordt uitgevoerd. Uit bovenstaand geschiedkundig relaas en uit het summier over zicht van de tegenwoordige werkzaamheden moge blijken, dat er bij de Rijksdriehoeksmeting altijd wel plaats zal zijn, voor een aantal geodetische ingenieurs, die de voorkomende problemen ernstig wil len bestuderen en leiding kunnen geven bij de uitvoering daarvan.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1950 | | pagina 39