Polders en waterschappen hebben een dringende behoefte aan goed kaartmateriaal, maar zijn zich deze behoefte slechts zelden bewust. Hetzelfde geldt voor de gemeenten. Hier is echter enige bewustwording merkbaar, die zich hier en daar bij de grootste gemeenten reeds geuit heeft in het in het leven roepen van een eigen landmeetkundige dienst. Ongetwijfeld gaat van deze goede voorbeelden een bevruchtende werking uit, maar die werkt slechts zeer langzaam. Men ziet op tegen de hoge kosten van goed landmeetkundig werk en realiseert zich niet, dat deze slechts een onbeduidend deel van de totale kosten van een bouwplan vormen en evenmin dat de thans gevolgde methode, waar bij men overal en telkens opnieuw door eigen onvoldoende ervaren personeel laat meten, uiteindelijk meer kost. Als men inderdaad be hoorlijke na-calculaties van alle uitgevoerde werken maakte en de kosten voor metingen daarin verwerkte, zou men tot verrassende resultaten komen. Men ziet echter niet wat de eigen opzichters kos ten, omdat men zowel deze salarissen als de algemene kosten als een dode post beschouwt. In het algemeen is te zeggen, dat men in Neder land nog weinig landmeet-minded is. Dit is ongetwijfeld mede een gevolg van de te lage waarde, die men aan het diploma civiel-land- meter hechtte en het is te verwachten, dat het instituut geodetisch ingenieur hierin geleidelijk verandering zal brengen. Tot zolang zijn de kansen voor deze groep in Nederland gering, temeer waar een door de Staat gesubsidieerd lichaam als de Nederlandse Heide Maat schappij aanbiedingen, die ver beneden de kostprijs liggen en een Rijksdienst als de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat het be trekkelijk kleine gebied van particulieren en lagere overheidsdien sten mede afroomt. c. Buitenland. Grote landmeetkundige projecten zijn voor ingenieursbureaux al leen in het buitenland te krijgen, en zo zal de geodetisch ingenieur, die een plaats tracht te vinden in een ingenieursbureau erop bedacht moeten zijn, dat hij een belangrijk deel van zijn arbeidstijd elders 65

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1950 | | pagina 64