80 Gaan wij b.v. over tot een korte bespreking van de oriënterings metingen die de mijnwerker op gezette tijden heeft uit te voeren. De overbrenging van het azimuth en de coördinaten van de oppervlakte naar de ondergrondse werken geschiedt in de regel en bij ons in Limburg tot op heden altijd, door middel van loden in de schachten. De elders toepasselijke methoden, zoals oriëntering door hellende schachten en magnetische oriëntering, kunnen wij gevoeglijk buiten beschouwing laten, daar hellende schachten, z.g. „stollen", bij onze tegenwoordige mijnen niet meer voorkomen en magnetische oriën teringsmetingen feitelijk door het mijnreglement verboden worden. Een toekomst als oriënterings-instrument meen ik te moeten toe kennen aan de z.g. „Meridianweiser", die in Duitsland door de Ruhr Feinmechanik G.m.b.H., met medewerking van Lehmann, Rellensmann, Jungwirt e.a. is geconstrueerd. Over de werking van het apparaat zegt de constructeur: „Ein schnell laufender Kreisel mit horizontal gehaltener Drehachse, stellt seine Figurenachse unter den Einfluss der Erddrehung in der nord-süd Richtungj". De onnauwkeurigheid ligt beneden een minuut. Wegens de kost baarheid van de instrumenten en de vereiste specialistische behan deling, zal aanschaffing door de Mijnbouwmaatschappijen wel uit gesloten blijven en zullen dus de nodige oriënteringsmetingen in de (verre) toekomst wel aan speciale firma's opgedragen moeten wor den. Het oriënteren door middel van schachtloden wordt, bij de zich voortdurend naar de diepte verplaatsende mijnbouw, allengs meer en meer bezwaarlijk. In de voornaamste plaats is dit bezwaar gelegen in de afnemende nauwkeurigheid. Deze is thans al uiterst moeilijk binnen de vereiste grenzen te houden indien de lodingen moeten plaatsvinden in één schacht, dus met behulp van 2 loden op korte onderlinge afstand. Men denke aan de sterke luchtstroming, die ze ker niet volgens ongestoorde banen door de schachten trekt en die de loden afdrijft. Vele opstellen zijn aan deze vraagstukken gewijd en in meerdere leerboeken wordt de stof behandeld. Door enkelen, o.a. Wilski, is de centrische methode, dat wil zeg-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1950 | | pagina 79