77
Uit de oorlogsjaren November 1940 dateert de oprichting
van het landmeetkundig gezelschap „Snellius", voortgekomen uit
de afdeling buitengewone leden van de Vereniging van Civiel-land-
meters en van zo uitnemend belang voor de versteviging van de band
tussen de landmeetkundige studenten onderling en die tussen stu
dent en docent. Het lijkt goed ter gelegenheid van het derde lustrum
van „Snellius" op deze plaats te zeggen hoezeer tot dusverre het
contact met „Snellius" door de landmeetkundige docenten op prijs
werd gesteld en hoe gaarne zij dit contact gedurende een lange reeks
van jaren zullen zien bestendigd.
Op 7 November 1946 aanvaardt Roelofs het ambt van hoogleraar
(9), in welke functie hij prof. Schermerhorn opvolgt, die als zo
danig in 1945 op zijn verzoek eervol is ontslagen. In Roelofs' plaats
wordt in Januari 1947 N. D. Haasbroek (geb. 1899) tot lector be
noemd (50), voor dien landmeter van het Kadaster en, na Tienstra's
benoeming tot lector in Wageningen in 1931, leider van de her
meting van Amsterdam.
In November van hetzelfde jaar heeft de benoeming van W. Baar-
da (geb. 1917) tot lector plaats (51). Evenals Tienstra, Roelofs en
Haasbroek was ook hij voor dien landmeter van het Kadaster en,
aan het bureau Zwolle van de dienst voor buitengewoon landmeet
kundig werk, belast met de kadastrering van de Noordoostpolder.
Zijn komst in Delft, waar hij ook nog enige tijd bij de Rijksdrie
hoeksmeting werkzaam was, betekende een verlichting van de zware
taak van prof. Tienstra bij wie zich in het cursusjaar 1946-1947, het
jaar van zijn rectoraat, de eerste verschijnselen openbaarden van
de vreselijke ziekte waaraan hij in 1951 zou sterven.
Toch is het Tienstra nog gegeven geweest het ideaal verwezenlijkt
te zien waarvoor hij, samen met prof. Schermerhorn, jaren had ge
streden: de instelling van de studie-richting voor geodetisch ingeni
eur. Bij de wet van 5 November 1948, Stbl. 489 werd n.l. de Hoger-
onderwijswet zodanig gewijzigd dat, behalve het diploma van civiel-,
bouwkundig-, werktuigkundig-, scheepsbouwkundig-, vliegtuigbouw
kundig-, electrotechnisch-, scheikundig-, mijn- en natuurkundig in-
