100 km als men het systeem des nachts zou willen gebruiken voor nauw keurig werk. Andere faseverschilsystemen behoeven geen directe paarsgewijze syn chronisatie, doch gebruiken een zgn. reference-zender (meer zenders, meer frequenties, meer personeel). Nóch dag-, nóch nachtbereik worden er echter mee verbeterd. Impulssystemen daarentegen kunnen in beginsel onderscheid maken tussen grondgolf en sky wave (arriveert steeds later), hoewel dit in de praktijk niet altijd ondubbelzinnig mogelijk is. Zij zijn dus des nachts in het voordeel, zowel wat betreft de mogelijke lengte van de basislijnen als met betrekking tot sky wave effecten op de wegen tussen zender(s) en ontvanger. Automatische elektronische bediening op afstand van de zenders is voor alle systemen in beginsel mogelijk. De vereiste apparatuur is uiteraard ingewikkeld en kwetsbaar. In onderontwikkelde gebieden zijn de zender opstellingen dikwijls dusdanig moeilijk bereikbaar, dat een breakdown de voordelen van automatische bediening verloren doet gaanmen denke ook aan de mogelijke moeilijkheden met de stroomvoorziening door automatisch bediende generatoren. Automatische bediening wordt dan ook nagenoeg niet toegepast en lijkt alleen zin te hebben bij zeer kleine projecten. 7 Storingen De voornaamste oorzaken welke de ontvangst kunnen verstoren en/of de gewenste informatie vervormen, zijn: 1. Storingen door andere zenders; door een geschikte keuze van de frequentie zoveel mogelijk te vermijden; zie par. 4. 2. Eigen ruis van de ontvanger; kan door geschikte constructie laag ge houden worden. 3. Storingen door in de buurt van de ontvanger werkende elektrische apparaten; kunnen (vrijwel altijd) bevredigend afgeschermd worden. 4. Atmosferische ruis (atmospheric noise). 5. Kosmische ruis; is in vergelijking met 4. onbelangrijk. Atmosferische ruis ontstaat door de elektrische ontladingen in onweers buien. Vanwege de permanente onweersgebieden op lage breedten, is de atmosferische ruis in de tropen zeer veel sterker dan op hogere breedten. 107

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1960 | | pagina 108