Als het vaartuig zich verplaatst, ontstaat een verandering in het fase verschil tussen de beide zendertjes en deze is een maat voor de afstands- verandering. Een eveneens aan boord geplaatste ontvanger meet deze faseveranderingen tot op 0,01 lane, wat dus overeenkomt met 0,02 (resp. 0,01) meter. De radiopositielijnen zijn dus cirkels. Absolute afstanden kunnen niet gemeten worden en men moet dus van een bekend punt uitgaan en daar bij voorkeur ook op terugkeren, aange zien het systeem geen L.I. heeft. Met een duplicaat installatie (op andere frequentie) kan een tweede afstandsverschil bepaald worden, waardoor bij voldoende snijding dus plaatsbepaling mogelijk is. Bij demonstraties op de Rotterdamse Nieuwe Waterweg (1956) bleken schepen soms ernstige reflecties te geven, waardoor meerdere lanes „geslipt" werden; aangezien de lanes slechts 2 of 1 meter breed zijn, worden dergelijke „slips" niet gemakkelijk ontdekt. Het systeem heeft uiteraard slechts beperkte toepassingen, mede omdat men gevaar loopt van reflecties door gebouwen e.d., doch ook omdat men een kans loopt bepaalde radiotelefonie-verbindingen te storen of zelf daar door gestoord te worden, welke kans vergroot wordt doordat de gebruikte modulatie een ontvangstband van 2500 c/s nodig maakt. De Radiolog is een single user systeem. 10.10 Canadian Microwave Position FixerDit impulssysteem van het 3 cm (^10 000 c/s) radar type is bedoeld voor hydrografisch kustwerk en ontwikkeld door de Canadian Research Council. Op drie punten A, B en C langs de kust staan 3 cm impuls-zendertjes op gesteld, welke continu uitstralen over een grote sector zeewaarts (b.v. 180°). Op het schip S staat een 3 cm radar opgesteld, welke echter alleen is ingericht voor ontvangst en niet voor zenden; deze radar heeft een parabolische antenne welke één omwenteling per seconde maakt. Van wege de 1° bundelbreedte van deze antenne, pikt zij alleen energie op als zij achtereenvolgens op A, B en C gericht is. Op het moment dat S op A gericht is, komt een elektronische teller in werking; deze is onderverdeeld in stappen van 0°,02. Zij wordt weer ge sloten zodra S de richting naar B bereikt heeft. Een tweede dergelijke teller registreert de hoek tussen B en C. Op niet al te kleine afstanden wordt geen onaanvaardbare fout geïntrodu- 123

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1960 | | pagina 124