vliegtuig tot het terreinoppervlak continu worden gemeten en gere
gistreerd indien het vliegtuig volkomen horizontaal vliegt is deze registra
tie equivalent aan het profiel van het bevlogen terrein. Om goede resul
taten te bereiken moeten een aantal correcties worden toegepast zoals
de afwijking van een constante vlieghoogte, (te meten en te registreren
d.m.v. een statoscoop), het richten van de radarstraal zodanig dat nauw
keurig in verticale richting gemeten wordt (dit geschiedt door middel
van gyroscopen, welke de radarreflector nauwkeurig in verticale stand
houden, onafhankelijk van de vliegtuigbewegingen), synchronisatie van
de radarregistratie met de fotografische hoofdopname, enz. De nauw
keurigheid dezer metingen wordt tevens beïnvloed door de aard van het
oppervlak van het terrein of begroeiingindien dit oppervlak hard is voor
radarstralen, kunnen terreinprofielen geregistreerd worden met middel
bare fouten welke niet groter zijn dan circa 3 m.
2.3.3 Bepaling der hoekcoördinaten van de cameraresp. verticaliteit der op-
nemingsas
Dit is een der belangrijkste maar ook een der moeilijkste problemen der
luchtfotografie mede omdat het begrip „verticaliteit" vager wordt naar
mate men zich verder van de aardoppervlakte de ruimte in begeeft. De vele
versnellingen waaraan een vliegtuig onderworpen is maken het onmoge
lijk om hieruit nauwkeurig de richting der versnelling van de zwaarte
kracht te isoleren. Als fysische metingen die toch tot het gewenste doel
kunnen voeren noemen wijde fotografische registratie van de richting
der zon, het gebruik van de horizon als oriënteringselement, en het ge
bruik van de traagheid in de ruimte door middel van gyroscopen en
inertia-navigatie methodes.
Indien men synchroon met de verticale hoofdopneming nauwkeurig de
richting van de zon fotografeert ofwel de richting van de horizon, is het
mogelijk om uit deze gegevens af te leiden, welke de stand van het vlieg
tuig en opnemingscamera waren op het moment van opneming; het is
voor de fotogrammetrie vaak voldoende om de relatieve waarde hiervan
te weten, d.w.z. welke de afwijkingen in verticaliteit van de optische as
waren tussen opeenvolgende hoofdopnamen. Deze methodes welke rela
tief eenvoudig uit te voeren zijn kunnen toch een verwonderlijk hoge
nauwkeurigheid bereiken, nl. middelbare fouten van niet meer dan 3C.
Onder invloed van de raket- en satellietprogramma's zijn gedurende de
155