laatste jaren ook gyroscopen en traagheidsnavigatie-instrumenten ont wikkeld welke aan zeer hoge eisen voldoen. Ofschoon op dit gebied de nieuwste resultaten niet gepubliceerd zijn kunnen we toch aannemen, dat de middelbare fouten in de registratie van de richting of van de verticaal waarden van 3C niet te boven behoeven te gaan. 3. Toekomstmogelijkheden Het is uiteraard steeds een hachelijke onderneming om gissingen te doen met betrekking tot mogelijke toekomstige ontwikkelingen. Niettemin willen wij dit artikel niet zonder enkele aanwijzingen in deze richting besluiten. Wat betreft de fotogrammetrische camera's en het luchtfoto- grafische beeld kunnen wij in de toekomst verwachten dat enkele der beste fabrikanten ertoe zullen overgaan om op het moment der opne ming behalve het terreinbeeld ook een rooster van punten in het nega- tiefvlak af te beelden. Daardoor wordt het mogelijk om coördinaten van beeldpunten ten opzichte van dit puntrooster te meten, waardoor niet alleen stereocomparatormetingen op eenvoudiger wijze kunnen worden uitgevoerd, maar waardoor vooral ook de invloed van onregelmatige rek en krimp in de film teruggebracht kan worden tot waarden die in de fotogrammetrie niet meer storend zijn. Er valt bij de luchtcamera's tevens een streven waar te nemen het beeldformaat tot 12x12 cm te verkleinen. Wat betreft de beeldkwaliteit kunnen wij verwachten dat deze successievelijk verder verbeterd zal worden, mede gestimuleerd door de toepassing der nieuwere contrasttransmissietheoriedeze kan ook onze inzichten omtrent de beeldvorming aanmerkelijk verbeteren. Of schoon er reeds enkele superwijdzicht lenzen in de fotogrammetrie ge bruikt worden kunnen wij verwachten dat de produktie en de toepassing hiervan uitbreiding zal ondergaan. Wat betreft de vliegtuigen kunnen wij, ook wanneer wij het gebruik voor militaire verkenningsdoeleinden buiten beschouwing laten, toch wijzen op de toepassing van raketten en kunstmatige satellieten als voertuigen der luchtcamera. Wellicht kan dit nieuwe wegen openen, met name voor geodetische metingen. Bij de bepaling van de oriënteringselementen der camera op het moment van de opneming kunnen wij in de naaste toekomst meerdere mogelijk heden verwachten en is het tevens aannemelijk dat, gestimuleerd door uitvoering van ruimteprogramma's, dergelijke bepalingen in de toekomst 156

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1960 | | pagina 157