ir. j. rol ff satellite geodesy executive director, central bureau for satellite geodesy, Smithsonian astrophysical observatory, Cambridge, mass, u.s.a. In het Snellius Lustrumboek van 1960 verscheen een artikel over het fotograferen van kunstmanen, waarin de verwachting werd uitgesproken dat dergelijke foto grafie in de naaste toekomst van zeer grote betekenis zou worden voor de geodesie. Deze verwachting was verklaarbaar. Uit waarnemingen van het kleine aantal satellieten dat zich tot 1960 in een baan om de aarde bevond, had men immers al enige belangrijke geodetische resultaten kunnen boeken. Er was een nieuwe waarde voor de afplatting van de aarde gevonden (1298.3 in plaats van de oude waarde 1:297.0). Ook was ontdekt dat de geoïde asymmetrisch was ten opzichte van de evenaar (de ,,peervormM van de aarde). Om meer geode tische resultaten te verkrijgen had men echter een groter aantal satellieten nodig, in sterk van elkaar verschillende banen. Nu, in 1965, bewegen zich honderden, door de mens gelanceerde voorwerpen om de aarde in banen die de meest uiteenlopende excentriciteit, inclinatie en grootte hebben. De magnitude van deze objecten varieert tussen 0 (Echo) tot 18 (Syncom). Gedurende de laatste vijf jaren zijn door verbetering van het instrumentarium, de vorderingen in de rekentechniek en de toegenomen erva ring in de waarnemingstechniek de metingen belangrijk nauwkeuriger ge worden. (De richting van camera naar satelliet op een bepaald tijdstip kan nu tot op 1 a 2 boogseconden worden bepaald.) Deze toename in nauwkeurigheid

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1965 | | pagina 126