149
nooit moeilijkheden gehad. Alleen in het begin moesten we hun wantrouwen
overwinnen, want ze konden zich moeilijk voorstellen dat blanken werkelijk
het moeras in zouden gaan. Dit hadden blanke Jamaicanen immers nog nooit
gedaan. Bovendien zouden zich alligators in het moeras verborgen houden.
Als vissers waren ze wel steeds op de rivieren, maar niet in het eigenlijke moeras.
Toen wij echter wel het moeras in gingen, ondanks modder en Sawgrass, zonder
schijnbaar rekening te houden met de alligators, was hun vertrouwen snel ge
wonnen. De alligators waren er wel, maar er was veel jacht op gemaakt, zodat
de weinige die er nog waren, zeer schuw waren. We hebben ze slechts een
enkele keer van dichtbij gezien.
De werkzaamheden buiten het moeras, o.a. de peilmerkenverdichting, werden
door twee door ons opgeleide Jamaicaanse opnemers uitgevoerd. Het verzame
len van inlichtingen, het verkennen van het gebied, het bepalen van water
hoogten in de putten, het uitrekenen en karteren van de metingen enz. werd
tijdens de weekends gedaan.
Het waterpassen in het moeras geschiedde met de NK 2 van Wild. De bodem
waarop het statief stond, was zeer zacht, waardoor elke, zelfs geringe beweging,
van de waarnemer de bel van het niveau sterk deed uitwijken. Om dit tegen
te gaan trachtten we de invloed van de bewegingen van de waarnemer op het
instrument zoveel mogelijk te verminderen, door tussen de poten van het
statief op de bodem een grote plank te leggen, waarop de waarnemer stond.
Maakte hij een beweging, dan werd dit opgevangen door een groot draagvlak,
waardoor de zachte bodem weinig bewoog. De grond was zo zacht, dat we
ook niet op normale wijze een statief konden opstellen. We maakten een kunst
matige opstelling door drie holle buizen van 1 m lengte en een doorsnede van
4 cm in de zachte bodem te drukken. Het statief werd op deze buizen geplaatst.
Doordat de buizen op kleef bleven hangen, kregen we een voldoende stevige
opstelling om een goede aflezing mogelijk te maken. De nog overblijvende
zakking van het instrument werd zo goed mogelijk geëlimineerd door na de
normale achter- en voor-aflezingen nog een tweede achter-aflezing te doen en
deze te middelen met de eerste. Dezelfde moeilijkheid deed zich voor bij het
vinden van opstelpunten voor de baak. Bovendien bleven de baken soms een
uur op dezelfde plaats staan vanwege de moeilijke begaanbaarheid van het