de geodetisch ingenieur en het recht
Met slechts geringe overdrijving kan men stellen, dat de geodetisch ingenieur
aan vaderszijde afstamt van een wiskundige grootvader en een juridische groot
moeder. Het psychologische voordeel van zulk een aanduiding van verwant
schap is, dat zij voldoende ruimte laat om andere randgebieden der geodesie
naar het tweede grootouderpaar te noemen. Doch op de vadertitel maakt on
miskenbaar aanspraak de civiel-landmeter die zelf geboren is uit dat merkwaar
dige huwelijk, destijds door Napoleon voltrokken en genaamd kadaster. Het is
achteraf een raadsel, hoe het in dat huwelijk met twee wetenschappen op één
kussen altijd zo goed gegaan is, te meer nu het slechts uit fiscale motieven werd
gesloten.
Het behoeft overigens niet te verwonderen, dat de opvoeding van de enige
zoon uit dit huwelijk niet steeds even gemakkelijk is geweest. Lange tijd had
deze civiel-landmeter namelijk, wat men tegenwoordig zou noemen, een moe
dercomplex. Met andere woorden: een eenzijdige belangstelling voor het recht,
speciaal het privaatrecht hetwelk nu juist, door zijn eerbiedwaardige leeftijd
en hoge ontwikkeling, van te veel wiskundige attenties niet direct gediend was.
Toch heeft dit privaatrecht aan de landmeter van het kadaster bijzonder veel
te danken. Zonder hem zou, zeker in de moderne tijd, geen openbare grond-
registratie meer mogelijk zijn en daarmee zou de hoofdonderscheiding van het