220
trale metingen worden door particuliere bureaus uitgevoerd. Het verifiëren
van deze metingen geschiedt kantonsgewijs door de landmeters van het kadaster.
Na de bezichtiging van de gebouwen, drukkerij e.d. spoeden we ons naar
een Brauereiwirtschaft, alwaar ons een uitstekende lunch wordt voorgezet. De
lunch wordt aangeboden door de firma Haag-Streit en beleefdheidshalve bezoe
ken we 's middags deze firma. Het valt ons op dat diverse heren er de naam
Haag of Streit dragen. Een van de gidsen staat in het middelpunt van onze be
langstelling als we vernemen dat hij in het nationale Zwitserse elftal tegen
Holland heeft gevoetbald.
Na deze technische uitstapjes neemt de heer Hunsperger ons mee naar het
Rosenpark, vanwaar we Bern kunnen overzien. Hij vertelt ons van de Berner
geschiedenis, we horen de Berner beren brommen, nemen nota van een Berner
bak en bezichtigen vervolgens de Münsterkerk en het oude stadhuis. Kortom
Bern maakt indruk op ons.
De laatste excursiedag is gewijd aan de bezichtiging van stuwdammen, die aan
gelegd en geëxploiteerd worden door de Entreprises Electriques Fribourgoises.
We zien eerst de in aanleg zijnde stuwdam bij Schiffenen. Het werk ligt stil door
de strenge vorst. We krijgen een uitvoerige explicatie over het bouwen van
de dam in het algemeen en het landmeetkundige werk, dat er aan te pas komt,
in het bijzonder, 's Middags wordt een in gebruik zijnde dam bezichtigd. Daarna
bekijken we de stad Fribourg. Een aantal deelnemers doet dit op eigen houtje
en mist daardoor een uitgebreide borrel. Het is een afschuwelijk misverstand.
De thuisreis wordt in twee dagen weer via Duitsland volbracht. In Mayen, in
de Eiffel wordt overnacht. Op de kegelbaan doet zich nog een incident voor.
Een deelnemer wordt getroffen door een verdwaalde kegelbal. Hij staakt ter
stond het spel. Twee Snelliusleden maken zich onsterfelijk door in een ter
plaatse welbekend nachtcafé de bevolking diep te ontroeren met het zingen
van gevoelige duetten. Na de kerkgang stappen we in de bus. We passeren in
de middag de grens bij Aken. We gaan richting Leende. Na een door de heer
Richard us aangeboden of afgeperste borrel zetten we ons aan tafel voor het
laatste gesubsidieerde diner. De afwerking verloopt vlot en om half tien be
reiken we goed doorvoed het aanmerkelijk minder ijzige Delft.
