70
nemer komt, wordt meestal aangestuurd op een diepte/breedte verhouding
van ongeveer 3. In de jongste Zuiderzeepolders heeft dit geleid tot kavels die
1000 meter diep en 300 meter breed zijn. Daaruit volgt dus een afstand van
2000 meter voor parallel lopende wegen.
Het ideale geval van het éénkavelbedrijf is echter in ruilverkavelingen vee
moeilijker te verwezenlijken tengevolge van twee omstandigheden:
a. Bij grote kwaliteitsverschillen van de grond zal de ruiling zelden zo geregeld
kunnen worden dat een volledige concentratie van de grond wordt bereikt.
b. Bij concentratie van bedrijfsgebouwen kunnen niet alleen maar gronden vlak
bij die gebouwen toegedeeld worden.
Het is duidelijk, dat verplaatsing van bedrijven, dat wil zeggen nieuwbouw van
bedrijfsgebouwen wél kan leiden tot een ruim wegennet en derhalve minimale
kosten van wegaanleg.
Veelal zullen de genoemde omstandigheden echter maken dat in de toekomstige
situatie vele bedrijven hun activiteiten zullen moeten spreiden over twee, drie
of meer kavels.
Onder die omstandigheden zullen de kavels belangrijk kleiner zijn, dan bij het
éénkavelbedrijf. Zelfs al wijzigt zich de diepte/breedte verhouding enigszins
omdat minder gebruikspercelen per kavel voorkomen, het eindresultaat zal
een dichter wegennet opleveren.
Na de berekening van de gewenste bedrijfsgrootte, de noodzakelijk geachte
kavelspreiding en de minimum verliezen per kavel kan derhalve a priori een in
zicht in de dichtheid van het toekomstige wegennet worden verkregen. Voor
de cultuurtechnische ontwerper is dan echter de taak weggelegd het te scheppen
wegenpatroon in te passen in en aan te passen bij het bestaande stramien van
wegen, watergangen en boerderijen en daarbij zal hij een aantal alternatieve
mogelijkheden moeten overwegen die tenslotte tot een bevredigende oplossing
leiden.
De verplaatsing van bedrijfsgebouwen is een tweede kernpunt bij het ruil-
verkavelingswerk. Naarmate meer bedrijven worden verplaatst, zal het ideaal:
één kavel per bedrijf dichter benaderd kunnen worden. Door de verplaatsing
kan een aanzienlijke afstandsverkorting bereikt worden, die in de vorm van
bezuiniging op het transport als voordeel berekend kan worden. Om deze