wiskunde en horizon, een persoonlijke ervaring Uit de schemer van eigen studie: De als tredmolen ervaren beschrijvende meetkunde, analytische meetkunde, analyse. Bij fotogrammetrie het bestaan van nog een meetkunde, de projectieve; bij kaartprojectie de differentiaal meetkunde. Gerekend wordt met goniometrie en trigonometrie, bij punts- bepaling kan dit soms handig bekeken worden met complexe getallen, een hoofdstukje uit de analyse. Er zijn de duisterheden van stelsels lineaire verge lijkingen en je hoort dat in vroegere jaren wel eens college is gegeven in een soort vergelijkingen, integraalvergelijkingen, een volslagen duister gebied en gelukkig te vergeten omdat geen contact met geodesie lijkt te bestaan. Bij analyse wordt opgemerkt dat soms behandeling met vectoren handig is, kregen we daarom de inleiding in mechanica dubbel, met en zonder vectoren? Waarnemingsrekening schijnt met een kansrekening te maken te hebben die berust op dobbelspelletjes, alleen wat is de sprong van dobbelsteen naar hoekmeting En dan die indexnotatie, is dat alleen een handige truc? Mechanica leerde iets over potentiaal, maar een schets van potentiaaltheorie bij hogere geodesie viel koud op het lijf, een extra douche daarbij door mysterieuze bolfuncties. Die schets paste zo goed bij het beetje theorie dat verteerd werd en bij de moedig volgehouden training op vraagstukken, een ingenieur had zich toch niet teveel

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1965 | | pagina 86