127
richting c (administratie van de grondeigendom en
cultuurtechniek) van de geodesie-studie waarom het
in dit eirtikel uiteraard ging om vaktechnische redenen
reeds veel aandacht aan deze problematiek wordt
besteed.
Men mag niet verlangen, dat het studieprogramma uit
sluitend is afgestemd op de taak van de ingenieur bij de
kadastrale ruilverkavelingsdienst. In dit licht gezien vol
doet de opleiding in zeer redelijke mate aan de te stellen
eisen, hetgeen voor de lustrumboekcommissie mogelijk
een onverwachte conclusie is.