148
PROJECTONDERWIJS ALS ALTERNATIEF ONDERWIJS
Inleiding
Reeds lange tijd voldeed het praktisch halfjaar (G 4) niet
aan de verwachtingen van de onderafdeling. Toen
professor Baarda en zijn staf met het voorstel kwamen
om in deze periode een experiment met projectonderwijs
aan te vangen, werd dit dan ook met enthousiasme
aanvaard.
In 1970 is voor de eerste maal een projectgroep gevormd.
Deze werd begeleid door een sociologe, een psycholoog
en een sociaal-psycholoog.
Aan mij als projectdeelnemer is gevraagd met mijn
ervaringen met het project Zuidelijk Flevoland een bij
drage aan dit lustrumboek te leveren. De naar mijn
mening interessantste punten uit het eindrapport van de
projectgroep dienden als leidraad voor het navolgende
verhaal.
Gelijkheid van alle deelnemers
Bij de huidige democratiseringsgedachte van het onder
wijs treedt projectonderwijs als vanzelfsprekend naar
voren. Eén van de belangrijkste kenmerken van project
onderwijs is namelijk de gelijkheid van al haar deel
nemers; dus gelijkheid van student en docent. Deze
gelijkheid heeft belangrijke voordelen: zo zal bij een eigen
keuze van het onderwerp de student met meer interesse
en motivatie gaan studeren. Bij dit soort onderwijs komt
het veel minder voor dat men een vak bestudeert,
waarvan men de relevanties niet inziet.
Een tweede voordeel is dat deze keuzevrijheid eerder zal
leiden tot een onderwerp dat meerdere vakgebieden
omvat, in tegenstelling tot de problemen die tijdens
colleges behandeld wordendeze beperken zich veelal
tot één vakgebied. Bij de bestudering van het zelf-gekozen
onderwerp worden de verschillende vakgebieden op
Hans van der Linde