159
Vietnams"). En aanvankelijk met nogal konkrete aan
grijpingspunten (studieloon, onderwijsmethoden,
onderwijsprogramma's) begonnen, kwam door teoretiese
overwegingen zowel als door eksterne gebeurtenissen
(b.v. Maris, Posthumus, Veringa) steeds meer de be
stuurlijk-organisatorische opbouw van universiteiten en
maatschappij in het brandpunt van de kritiese belang
stelling te staan. Hierbij kwam nog een ander onderwerp
steeds vaker aan de orde, nl. de taktiek en strategie die
de geradikaliseerde voorhoede gebruikt. Overigens
ontstond die geradikaliseerde voorhoede" veeleer door
radikalisering van de ,,oude" (studenten)-top en slechts
voor een kleiner gedeelte door aanvulling (dit geldt in
hoge mate voor ,,Snellius"; het beeld is niet algemeen,
maar bij andere studierichtingen ook aanwijsbaar).
Tendenzen
De ontwikkeling in de studentenwereld werd tot ongeveer
1960 beheerst door de studentengezelligheidsverenigingen.
Na de voorstellen van Cals om aan de liberale, vrije studie
een eind te maken en het hevige protest hiertegen van
vooral delftse gezelligheidsverenigingen,1) begint de
studenten-vakbeweging in 1963 een nieuwe vorm van
belangenvertegenwoordiging. Internationale ontwikke
lingen zoals provo en vietnam maken de svb tot een bij
uitstek politieke beweging, die ook tracht de gehele
studentenwereld te politiseren. Het is niet overdreven
te stellen dat grote invloed is uitgegaan van studenten-
aksies in Berlijn en Parijs in het einde van de jaren zestig.
Door wijdverbreid onbegrip bij de machthebbers wordt
getracht ,,orde en gezag" op een vreselijk onverstandige
manier te herstellen of te handhaven, hetgeen leidde
tot enorme schokeffekten. Toenemende solidariteit bij
studenten en soms tussen studenten en arbeiders, hoewel
daar meestal het wantrouwen overheerst, veroorzaakt
voortdurend schrikreaksies bij de massa" wat zich uit in
stembusuitslagen die verschuivingen naar rechts tot
gevolg hebben.
1) 6)p grond van motieven die echter heel weinig uitstaande hebben met de
radikalisering anno '65 en later.